2.3 De stad verandert deel 1

Een stad is nooit af... er wordt constant gebouwd en verbouwd in steden. Kijk maar naar Emmen!

Steden veranderen dus constant, maar niet op dezelfde manier
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 33 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Een stad is nooit af... er wordt constant gebouwd en verbouwd in steden. Kijk maar naar Emmen!

Steden veranderen dus constant, maar niet op dezelfde manier

Slide 1 - Tekstslide

2.3 De stad verandert

Slide 2 - Tekstslide

Opdracht
Welke veranderingen hebben er de laatste jaren in de stad Emmen plaats gevonden?

-Schrijf een aantal veranderingen op in je schrift
-Schrijf mogelijke voordelen van deze veranderingen erbij

Slide 3 - Tekstslide

Vandaag
-De grens tussen stad en platteland vervaagt

-Westerse steden (Amerikaanse en Europese steden) en niet-westerse steden veranderen

Slide 4 - Tekstslide

Grens tussen stad & platteland vervaagt
-Tegenwoordig is deze grens een brede overgangszone

-De stad waaiert namelijk uit over 
haar wijde omgeving met wegen
bedrijventerreinen en voorsteden

Slide 5 - Tekstslide

Grens tussen stad & platteland vervaagt
In rijke landen komt dat door:
-Suburbanisatie
-Het ontstaan van een randstad of edge city

Slide 6 - Tekstslide

Suburbanisatie
=proces waarbij mensen en bedrijven vanuit de stad naar het omringende platteland verhuizen

Slide 7 - Tekstslide

Randstad / edge city
=op een knooppunt van wegen gelegen nieuwe stad aan de rand van een grote stad

-Hier kunnen mensen wonen, werken en winkelen

Slide 8 - Tekstslide

Grens tussen stad & platteland vervaagt
Arme landen:
-Bevolking in steden en stadjes in de randzone groeien sneller dan in de megastad

-Veel migranten verstigen hier

-Voordelen: meer ruimte, goedkoper wonen, je kunt er voedsel verbouwen en de stad is alsnog dichtbij

Slide 9 - Tekstslide

Maar zoals we net al zagen... de stad verandert!

Zo ook de westerse stad!

Slide 10 - Tekstslide

De westerse stad verandert
-Amerikaanse stad


-Europese stad

Slide 11 - Tekstslide

De Amerikaanse stad
randstad

Slide 12 - Tekstslide

De Amerikaanse stad
Suburbs: voorstad. Ruim opgezette woonwijken buiten de stad met laagbouw.

-Hier wonen mensen met een 
hoger inkomen


Slide 13 - Tekstslide

De Amerikaanse stad
Gigantische winkelcentrums (shopping malls)

Oudere woonwijken
-Dicht bij het centrum
-Hoge dichtheid
-Wonen mensen uit lagere inkomensgroepen 
want rijken vertrokken naar de suburbs
-In veel steden zijn dit probleemwijken

Slide 14 - Tekstslide

De Amerikaanse stad
CBD (Central Business District)=deel van stadscentrum waar zakenwereld zit. Vaak  hoogbouw/wolkenkrabbers

-Chique winkels, uitgaansgelegenheden 
en kantoren
-Erg duur om te wonen!

Slide 15 - Tekstslide

De Amerikaanse stad
randstad

Slide 16 - Tekstslide

Opdracht
-We kunnen de Amerikaanse stad indelen in 5 ringen zoals in de afbeelding

-Geef aan in welke ring CBD, 
suburbs, edge city, oudere 
woonwijken, woonwijken midden-
inkomens & shopping malls thuishoren

Slide 17 - Tekstslide

CBD
Oudere woonwijken
Suburbs, edge city, shopping malls
Woonwijken middeninkomens

Slide 18 - Tekstslide

Europese stad
-Historisch centrum (i.p.v. CBD)

-Net als in Amerikaanse steden 
gentrification

-Transnationale gemeenschappen

Slide 19 - Tekstslide

Gentrification
=proces waarbij oude stadsbuurten (dichtbij het centrum) worden opgeknapt. Wonen wordt er wel duurder

-In deze opgeknapte stadsbuurten 
gaan rijke stedelingen vaak wonen

Slide 20 - Tekstslide

Transnationale gemeenschappen
Door internationale migratie worden grote, westerse steden steeds meer multicultureel. Zo ontstaan:

Transnationale gemeenschappen= etnische minderheid, vaak met een niet-westers migratieachtergrond in de westerse stad. De gemeenschap onderhoudt op tal van manieren contact met het moederland (bv. via social media)

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Niet-westerse stad

Slide 23 - Tekstslide

Niet-westerse stad
-Chaotischer opgebouwd 
-Dit komt omdat deze steden razendsnel, zonder veel planning zijn gegroeid

Toch zit er enige orde in deze chaos!

Slide 24 - Tekstslide

Opbouw niet-westerse stad
-Een of meer zakencentra, CBD wordt 
steeds meer als in rijke landen

-Verspreid liggende industrieterreinen, 
soms vlak bij centrum

Slide 25 - Tekstslide

Opbouw niet-westerse stad
-Woonwijken van de rijken met villa's achter hoge hekken

-Krottenwijken waar nog plaats is, 
vaak waar rijkere mensen niet willen 
wonen

Slide 26 - Tekstslide

Krottenwijken
-Nieuwkomers vestigen zich in bestaande krottenwijken
-->Zo komt er verdere verdichting van de krottenwijken

Verdichting= toename van de woningdichtheid per hectare


Slide 27 - Tekstslide

Krottenwijken
Rijke mensen willen daar niet wonen want:
-Te gevaarlijk: steile hellingen, langs spoorwegen
-Het stinkt er
-Ligt te ver van het centrum

Slide 28 - Tekstslide

Krottenwijken
-Aan de rand van de stad liggen de jongste krottenwijken

-De oudere krottenwijken zijn opgenomen in de stad en meestal opgeknapt

Slide 29 - Tekstslide

Opdracht
-Schrijf Amerikaanse, Europese en niet-westerse stad naast elkaar op in je schrift

-Noem voor elk van deze steden minimaal 3 kenmerken en leg deze kenmerken indien mogelijk uit

(10 minuten)


Slide 30 - Tekstslide

Amerikaanse stad
-Suburbs
-Shopping Malls
-CBD in centrum
-Gentrification
-Edge cities

-Hogere inkomens buiten de stad of op de rand, lagere inkomens in oude wijken rond centrum
.....

Europese stad
-Historisch centrum

-Gentrification

-Transnationale gemeenschappen

....
Niet-Westerse stad
-Vaak chaotischer
-Een of meer zakencentra
-Verspreid liggende industrieterreinen

-Woonwijken van rijken met villa's achter grote hekken

-Krottenwijken

Slide 31 - Tekstslide

Huiswerk
-Maken opdrachten 1, 2, 6 en 7 van paragraaf 2.3

Slide 32 - Tekstslide

Lesdoelen
-Jullie kunnen uitleggen hoe een westerse stad is opgebouwd;

-Jullie kunnen uitleggen dat verstedelijking steeds vaker plaatsvindt in de randzone van de stad;

-Jullie kunnen met een kaart of model de opbouw van een Amerikaanse stad beschrijven

Slide 33 - Tekstslide