3.4 Klimaatverandering en duurzaamheid in de VS

3.4 Klimaatverandering en duurzaamheid in de VS
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 4

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

3.4 Klimaatverandering en duurzaamheid in de VS

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag leren?
Ook in de VS is klimaatverandering al merkbaar. De temperatuur stijgt en neerslagpatronen veranderen. Hoe beïnvloedt dit de landbouw en het leven in het land? En wat heeft dit te maken met duurzaamheid?

Leerdoel: Wat is het verband tussen klimaatverandering, de manier van leven in het land en duurzaamheid?

Slide 2 - Tekstslide

Wat zijn de vijf klimaatfactoren

Slide 3 - Open vraag

Wat is de oorzaak waardoor het klimaat veranderd.

Slide 4 - Open vraag

Voeg zoveel mogelijk gevolgen in van klimaatverandering

Slide 5 - Woordweb

Slide 6 - Tekstslide

Wat voor verwachtingen zijn er met betrekking tot de hoeveelheid neerslag in de toekomst?

Slide 7 - Open vraag

Slide 8 - Tekstslide

Waarom betekend meer neerslag niet automatisch meer water?

Slide 9 - Open vraag

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Welk continent heeft de grootste ecologische voetafdruk?
A
Noord Amerika
B
Afrika
C
Azië
D
Europa

Slide 15 - Quizvraag

Welk continent heeft de laagste ecologische voetafdruk?
A
Noord Amerika
B
Afrika
C
Azië
D
Europa

Slide 16 - Quizvraag

Waardoor is de ecologische voetafdruk van Noord-Amerika zoveel hoger dan Afrika?

Slide 17 - Open vraag

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Link

Wat was jouw ecologische voetafdruk? Was die hoger of lager dan het gemiddelde van Nederland en leg uit waardoor dat komt.

Slide 20 - Open vraag

Examenvraag van de Dag

Slide 21 - Tekstslide

In de bron zijn in de legenda vier vormen van bodemgebruik vervangen door de cijfers 1, 2, 3 en 4.
Welk bodemgebruik komt bij cijfer 1 het meest voor?
A
katoen
B
mais
C
melkveeteelt
D
tarwe

Slide 22 - Quizvraag

Bekijk bron 15
Waar staan de landbouwproducten juist bij de cijfers 1,2,3 en 4 van de landbouwgordels uit bron 15?
A
1=katoen, 2=mais en soja, 3=zomer- en wintertarwe, 4=zuivelveeteelt
B
1=katoen, 2=zuivelveeteelt 3=mais en soja, 4=zomer- en wintertarwe
C
1=zomer- en wintertarwe , 2=mais en soja, 3=zuivelveeteelt, 4=katoen
D
1=zomer- en wintertarwe , 2=zuivelveeteelt, 3=mais en soja, 4=katoen

Slide 23 - Quizvraag

Bekijk de bron. Door de klimaatverandering verschuift de taiga in Noord-Amerika. Verschuift de taiga in Alaska naar het noorden of naar het zuiden? Geef een argument voor je keuze.

Slide 24 - Open vraag

Om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen kan overgestapt worden op auto’s die op elektriciteit rijden in plaats van op benzine of diesel. Zelfs als iedereen nu elektrisch gaat rijden, zal de uitstoot toch maar weinig afnemen, want auto’s zijn ook nu maar voor een klein deel
verantwoordelijk voor de uitstoot van broeikasgassen.
Noem nog een reden waarom rijden met elektrische auto’s de uitstoot van broeikasgassen maar weinig vermindert.

Slide 25 - Open vraag

Succescriteria I
  • Je kunt op hoofdlijnen beschrijven hoe de gemiddelde temperatuur, de gemiddelde hoeveelheid neerslag en de neerslagintensiteit in de VS de afgelopen eeuwen is veranderd.
  • Je kunt uitleggen waarom een toename in de neerslaghoeveelheid in een gebied meer water beschikbaar is voor mensen en natuur om te verbruiken. Hierbij gebruik je de begrippen verdamping, neerslagintensiteit, piekafvoer, temperatuur en waterbalans.
  • Je kunt aan de hand van een kaart benoemen in welke gebieden de kans op verdroging, verzilting en verwoestijning in de VS groter wordt en verklaren waarom dit zo is.
  • Je kunt aan de hand van een kaart benoemen in welke gebieden de zeespiegelstijging kan leiden tot overstromingen en verzilting en verklaren waarom dit zo is.
  • Je kunt 3 voorbeelden noemen van extreme weer- en klimaatomstandigheden en uitleggen welke gevolgen deze hebben voor de samenleving.
  • Je kunt uitleggen op welke manier de VS bijdraagt aan klimaatverandering.

Slide 26 - Tekstslide

Succescriteria II
  • Je kunt beschrijven waarom de ecologische voetafdruk een maat is voor de duurzaamheid van een land en zijn inwoners.
  • Je kunt uitleggen wat het betekent als de gemiddelde voetafdruk van de inwoner van een land groter is dan 1,7 hectare en wat als deze kleiner is dan 1,7 hectare.
  • Je kunt een beargumenteerde mening geven over je eigen ecologische voetafdruk.

Slide 27 - Tekstslide

Begrippen
Ecologische voetafdruk      De ruimte die we per persoon innemen op aarde, weergegeven in hectare. Het is een maat voor de 
                                             duurzaamheid van een land en zijn inwoners.

Slide 28 - Tekstslide