Hoofdstuk 5.1

1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Wat weet je nog over beweging van vorig jaar?

Slide 2 - Woordweb

Kennen en Kunnen van paragraaf 5.1
  • Wat is een eenparige beweging en een eenparig versnelde beweging?
  • Wat zijn de grootheden en de eenheden?
  • Wat is de beginsnelheid, de eindsnelheid en de gemiddelde snelheid?
  • Rekenen met de formule s = v x t  of s = v(gem) x t.
  • Rekenen met de formule a = v : t
  • Zelfstandig opdrachten maken.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

welke grootheid wordt aangegeven met de letter "v"
A
snelheid
B
afstand
C
versnelling
D
tijd

Slide 5 - Quizvraag

welke grootheid wordt aangegeven met de letter "s"
A
snelheid
B
afstand
C
versnelling
D
tijd

Slide 6 - Quizvraag

welke grootheid wordt aangegeven met de letter "a"
A
snelheid
B
afstand
C
versnelling
D
tijd

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Welke grootheid zet je bij de horizontale as van een Vt-diagram
A
De letter X van de X-as
B
De v voor de grootheid snelheid
C
De t voor de grootheid tijd
D
Het maakt niet uit het gaat om de afstand (s)

Slide 10 - Quizvraag

Slide 11 - Tekstslide

Hoeveel meter is 12 kilometer?
A
120
B
1200
C
12 000
D
120 000

Slide 12 - Quizvraag

Hoeveel seconden is 10 minuten?
A
10
B
600
C
60
D
3600

Slide 13 - Quizvraag

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Bereken de afgelegde weg van een eenparige beweging. De snelheid is 20 m/s en de tijd is 1 minuut.
A
20 km
B
20 m
C
1200 km
D
1200 m

Slide 17 - Quizvraag

Bereken de snelheid als een formule 1 auto 1,5 km rijdt in 15 seconde
A
22,5 km/h
B
100 m/s
C
22,5 m/s
D
100 km/h

Slide 18 - Quizvraag

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Bereken de afstand met de oppervlakte methode (maak rechthoeken)
A
73,3 km
B
220 km
C
100 km
D
60 km

Slide 21 - Quizvraag

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Bereken de gemiddelde snelheid als de beginsnelheid 10 m/s en de eindsnelheid 30 m/s is.
A
10 m/s
B
20 m/s
C
30 m/s
D
40 m/s

Slide 24 - Quizvraag

Bereken de versnelling als de beginsnelheid 10 m/s en de eindsnelheid 30 m/s is en de tijd die over de versnelling is gedaan is 20 s
A
1 m/s2
B
2 m/s2
C
3 m/s2
D
4 m/s2

Slide 25 - Quizvraag

Wat is een eenparige beweging?
Dit is een beweging waarbij
A
de snelheid nooit hetzelfde is
B
de snelheid vergroot
C
de snelheid vermindert
D
de snelheid constant is

Slide 26 - Quizvraag

een automobilist rijdt met een gemiddelde snelheid van 90 km/h. Hoelang heeft de automobilist nodig om 270 kilometer te rijden?
A
1 uur
B
2 uur
C
3 uur
D
4 uur

Slide 27 - Quizvraag

Welk vervoersmiddel heeft op kruissnelheid een gemiddelde snelheid van ongeveer 1000 km/h
A
een voetganger
B
een hogesnelheidstrein
C
een verkeersvliegtuig
D
een straaljager

Slide 28 - Quizvraag

90 kilometer per uur is evenveel als 90 000 meter per 3600 seconde. Hoeveel m/s is dit?
A
90 m/s
B
0,0009 m/s
C
25 m/s
D
2500 m/s

Slide 29 - Quizvraag

De snelheid van een fietser (een gewone amateur net als de meeste van ons) is ongeveer:
A
0 km/h tot 10 km/h
B
10 km/h tot 20 km/h
C
20 km/h tot 30 km/h
D
30 km/h tot 40 km/h

Slide 30 - Quizvraag

De snelste sprinter ter wereld loopt de 100 meter in een kortere tijd dan 10 seconden (9,58 s)
Wat is de snelheid in kilometer per uur ongeveer?
A
40 km/h
B
30 km/h
C
20 km/h
D
10 km/h

Slide 31 - Quizvraag

Vallen is ook een speciaal soort beweging.
Als je uit een vliegtuig springt (als parachutist) is de vrije val die je dan maakt een ....... beweging
A
eenparige
B
eenparig versnelde
C
eenparig vertraagde
D
onregelmatige

Slide 32 - Quizvraag

Kennen en Kunnen van paragraaf 5.1
  • Wat is een eenparige beweging en een eenparig versnelde beweging?
  • Wat zijn de grootheden en de eenheden?
  • Wat is de beginsnelheid, de eindsnelheid en de gemiddelde snelheid?
  • Rekenen met de formule s = v x t  of s = v(gem) x t.
  • Rekenen met de formule a = v : t
  • Zelfstandig opdrachten maken.

Slide 33 - Tekstslide

Exit  opdrachten

Lever de berekening en het antwoord op deze vraag in.


"
Max Verstappen heeft dit
weekend in australie de GP gereden.

Totaal heeft hij 1 uur en 28
minuten over de race gedaan.

Het cirquit is 5,303 km lang
en de race gaat over 58 ronden. Bereken de snelheid van Max Verstappen tijdens de race in km/h en m/s."








Bereken de gemiddelde
snelheid (in km/h) van Max Verstappen.




Slide 34 - Tekstslide

Huiswerk voor de volgende les
Bekijk de filmpjes die hierna komen.

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Video

Slide 37 - Video

Slide 38 - Video

Slide 39 - Video

Slide 40 - Video