ENC Literatuurgeschiedenis

Fijn dat je er bent!


Je hebt alleen een pen nodig
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1,2

In deze les zitten 20 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Fijn dat je er bent!


Je hebt alleen een pen nodig

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Fictie-uurtje
Iedere donderdag

Informatie over fictie:
  • Hebban olla vogala

Klassikaal boek lezen

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel

Ik kan weet iets over de oudste zin in het Nederlands




Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Monniken schreven vroeger boeken in het Latijns

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De oudste zin in het Nederlands geschreven

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hebban olla vogala
Hebban olla vogala nestas hagunnan,
 hinase hic enda thu,
 wat unbidan we nu

Wat zou dit betekenen?
Fantaseer zelf een vertaling over
dit liefdesgedicht.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Hebban olla vogala nestas hagunnan,
 hinase hic enda thu,
 wat unbidan we nu

Alle vogels zijn met hun nesten begonnen
Behalve jij en ik
Waar wachten we nog op

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verder met klassikaal lezen

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Taalfamilies 
Taalfamilies 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Europese talen
Welke Europese talen ken je? 

En welke spreek jij? 

We gaan luisteren naar 2 Europese talen.

Slide 12 - Tekstslide

Welke Europese talen ken je? En welke spreek jij? We gaan luisteren naar 2 Europese talen. Jullie moeten raden welke taal je hoort. De leerlingen kunnen kiezen uit meerdere antwoorden. Welke talen herkende je meteen? En welke wist je echt niet? 
Welke taal is dit?
En welke taal is dit?

Slide 13 - Tekstslide

Klik op de geluidsicoontjes! 
Nederlands

links
twee
komen
jaar

Duits 

links
zwei
kommen
Jahr

Slide 14 - Tekstslide

Sommige talen lijken erg op elkaar. Kijk maar eens naar deze Nederlandse en Duitse woorden. Bijna hetzelfde!
Spaans

cuándo
pensar
amar
mes

Italiaans 

quando
pensare
amare
mese

Slide 15 - Tekstslide

Kijk eens naar deze Italiaanse en Spaanse woorden. Lijken die op elkaar? Hoe zou dat dan komen?
Italiaans en Spaans zijn, net als Nederlands en Duits, broer en zus.

Italiaans = agosto 
Nederlands = augustus 
Spaans = agosto
Duits = August

Slide 16 - Tekstslide

Nederlands, Duits, Spaans en Italiaans zijn ook neefjes en nichtjes van elkaar. Op het eerste gezicht lijken ze heel anders, maar toch zijn sommige woorden hetzelfde. Kijk maar!

Indo-Europese taalfamilie = 448 talen

Slide 17 - Tekstslide

Net als veel andere talen die in Europa worden gesproken behoren Nederlands, Duits, Spaans en Italiaans tot de Indo-Europese taalfamilie. Dat kan je zien doordat deze talen, als je goed kijkt, allemaal een beetje op elkaar lijken. Bij de Indo-Europese taalfamilie horen nog veel meer talen, zoals Engels, Russisch, Noors, Kroatisch. Deze talen hebben allemaal dezelfde voorouder: het Proto-Indo-Europees.
Opdracht
Schrijf iedere taal onder de goede taalfamilie

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Taalfamilies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies