Gebiedende wijs

Wat valt je ?

Let op!

Pak je computer!

Ga op je stoel zitten!

bladzijde 5.

1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
TaalBasisschoolGroep 5

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Wat valt je ?

Let op!

Pak je computer!

Ga op je stoel zitten!

bladzijde 5.

Slide 1 - Tekstslide

DE GEBIEDENDE WIJS
Ik weet hoe je de gebiedende wijs herkent en hoe je de gebiedende wijs maakt.

Slide 2 - Tekstslide

LESDOEL
Ik weet hoe je de gebiedende wijs herkent en hoe je de gebiedende wijs maakt.

Slide 3 - Tekstslide

Wat ga jij vandaag leren?

Slide 4 - Open vraag

Slide 5 - Tekstslide

Gebiedende wijs

Ga op de stoel staan!

1. Begint met een werkwoord

2. Staat in de ik-vorm

3. Geen wie-deel (onderwerp) in de zin

4. Er staat meestal een uitroepteken ! achter.

Slide 6 - Tekstslide

Gebiedende wijs


Was je handen!

Slide 7 - Tekstslide

Hoe schrijf je het?
Bij de gebiedende wijs schrijf je de ik-vorm van het werkwoord.

Kijk maar:

hele werkwoord                   stam(ik-vorm)                gebiedende wijs
Eten                                            Ik eet.                                 Eet!
Lopen                                        Ik loop.                               Loop!                                 

Slide 8 - Tekstslide

Snap je? Probeer maar eens....
Hele werkwoord                      Stam                      Gebiedende wijs
redden                                         Ik red.                     Red!
raden                                            Ik.....                         ......!
luiden                                           .........                        ......!
horen                                            .........                        ......!

Slide 9 - Tekstslide

Welke zin staat in de gebiedende wijs?
A
Schrijf het antwoord op!
B
Kun je het antwoord opschrijven?
C
Je moet het antwoord opschrijven.

Slide 10 - Quizvraag

Welke zin staat in de gebiedende wijs?
A
Houd mijn tas vast!
B
Kun je mijn tas vasthouden?
C
Ik wil dat je nu mijn tas vasthoudt!

Slide 11 - Quizvraag

Wat is de gebiedende wijs van de zin:
"Wil je je neus snuiten?"
A
Snuit neus!
B
Wil je snuiten?
C
Snuit je neus!
D
Ik wil dat je snuit.

Slide 12 - Quizvraag

Maak een goede zin in de gebiedende wijs.
............ langs!
A
Komt
B
Komen
C
Kom
D
kom

Slide 13 - Quizvraag

Schrijf de zin in de gebiedende wijs.
Ik wil dat je de vloer dweilt.

Slide 14 - Open vraag

Schrijf de zin in de gebiedende wijs.
Kan je de bal vangen?

Slide 15 - Open vraag

Hoe weet je of een zin in de gebiedende wijs staat?

Slide 16 - Open vraag

Kun jij het onkruid wieden?
...... het onkruid!

Slide 17 - Open vraag

Kun je mij de weg wijzen?
...... me de weg!

Slide 18 - Open vraag

Slide 19 - Tekstslide

Hoe weet je of een zin in de gebiedende wijs staat?

Slide 20 - Open vraag

Welke zin staat in de gebiedende wijs?
A
Ik kijk naar de televisie.
B
Ga naar de bakker!
C
Op school werken we hard.
D
Mijn moeder zegt wat ik moet doen.

Slide 21 - Quizvraag

Welke zinnen staan in de gebiedende wijs?
Er zijn twee goede antwoorden.
A
Ga weg!
B
Ik wil dat niet.
C
Houd je mond dicht!
D
Luisteren doet groep 5 altijd heel goed.

Slide 22 - Quizvraag

Welke zinnen staan in de gebiedende wijs?
Er zijn twee goede antwoorden.
A
Schuif je stoel aan!
B
Zoek het uit!
C
Ik loop naar de maan.
D
Waar staat de doos?

Slide 23 - Quizvraag

Schrijf nu zelf een zin in de gebiedende wijs!

Slide 24 - Open vraag

Wat heb jij geleerd?

Slide 25 - Open vraag

aan het werk
 Thema 3, week 1- Les 2

Opgave 2 en 3
Klaar: plussen

Slide 26 - Tekstslide