W19 2B EN U6 Some/Any 1 + future

• Engels
• Middelbare school
• vmbo lwoo
• Leerjaar 2

We are going to learn the phrases on page 64 and 67 of your textbook.

We are going to learn the phrases on page 64 and 67 of your textbook.

Aan het einde van de les weet je wanneer je 

any of same 

gebruikt.

Some & Any

betekenen allebei;

een beetje, wat, enkele of  een paar,

 hoe weet je dan welke je moet gebruiken?

Ik heb het huiswerk af.

Ik heb het huiswerk niet af.

Ik ga op vakantie.

Ik ga nooit op vakantie.

Ik heb trek in iets lekkers.

Ikl heb geen trek.

Ontkennende zinnen zijn zinnen waarin wordt gezegt dat iets niet zo is:

Daffy has some money.

Patrick doesn't have any money.

He bought her ...... flowers.

1. Dit is een bevestigende zin.
2. Dit is een ontkennende zin.
3. Dit is een vraagwaarop het antwoord ‘ja’ is.
4. Dit is een vraag.

He bought her
some / any
flowers.

1. some
2. any

He didn’t buy her ...... flowers.

1. Dit is een bevestigende zin.
2. Dit is een ontkennende zin.
3. Dit is een vraag waarop het antwoord ‘ja’ is.
4. Dit is een vraag.

He didn’t buy her
some / any
flowers.

1. some
2. any

It’s her birthday.
Did he buy her... flowers?

1. Dit is een bevestigende zin.
2. Dit is een ontkennende zin.
3. Dit is een vraag.
4. Dit is een vraag waarop het antwoord ‘ja’ is.

It’s her birthday.
Did he buy her...
flowers?

1. some
2. any

He didn’t give her flowers.
Did he buy her .... presents?

1. Dit is een bevestigende zin.
2. Dit is een ontkennende zin.
3. Dit is een vraag waarop het antwoord ‘ja’ is.
4. Dit is een vraag.

He didn’t give her flowers.
Did he buy her .... presents?

1. some
2. any

some / any?
Can I have ... sugar, please?

1. some
2. any

SOME/ANY
There isn't _______ paper left.

1. some
2. any

SOME/ANY

1 I need.... apples.

1. some
2. any

Kevin doesn't have
some / any
nice games.

1. some
2. any

Use some/any:

I've got _____ good ideas.

1. some
2. any

Can I offer you
some / any
tea?

1. some
2. any

Would you like
some / any
more cookies?

1. some
2. any

We are going to learn the phrases on page 64 and 67 of your textbook.

Maak de oefeningen in je digitale boek op magistervan 6.1 af.