Kunstgeschiedenis 5 VWO Impressionisme

Impressionisme
1870-1905
Claude Monet, Impression, Soleil Levant, 1872
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
KunstMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Impressionisme
1870-1905
Claude Monet, Impression, Soleil Levant, 1872

Slide 1 - Tekstslide

De Salon
In 1863 veel werken geweigerd op De Salon.
Napoleon III laat de Salon des Refusés oprichten voor de geweigerden.

Slide 2 - Tekstslide

Eduard Manet, Le Dejeuner sur l'Herbe, 1863

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Welke compositievorm herken je?

Slide 6 - Tekstslide

Welke compositievorm herken je?
Driehoekscompositie

Slide 7 - Tekstslide

Welke kenmerken van het Impressionisme zijn vooral van toepassing op deze schilderijenserie?

Slide 8 - Open vraag

Kenmerken Impressionisme
  1. Impressie (waarneming, moment): schetsmatige werkwijze. Snel geschilderd, nat-in-nat techniek, grove toets.
  2. Thema's uit het eigentijdse leven: gewone mensen, locaties waar eigentijdse leven zich afspeelt.
  3. Licht en kleurgebruik: pure kleuren, op doek mengen, kleurcontrasten.
  4. En plein air schilderen: in de buitenlucht (dankzij de verftube).
  5. Invloed fotografie: genomen foto in atelier geschilderd, afsnijdingen.

Slide 9 - Tekstslide

Claude Monet, Kathedraal van Rouen, 1890-1894
Impressie (waarneming, moment)
Licht en kleurgebruik
En plein air schilderen

Slide 10 - Tekstslide

Introductie
Doelen van de les:
  1. Terugblik & vooruitblik kunststijlen 19e en 20e eeuw
  2. Afmaken Impressionisme: licht en kleurgebruik, invloed van de fotografie, Edgar Degas en beeldhouwkunst

Slide 11 - Tekstslide

Romantiek
Realisme
Arts and Crafts
Jugendstil
Impressionisme
Post-Impressionisme
Expressionisme

Slide 12 - Sleepvraag

Kenmerken Impressionisme
  1. Impressie (waarneming, moment): schetsmatige werkwijze. Snel geschilderd, nat-in-nat techniek, grove toets.
  2. Thema's uit het eigentijdse leven: gewone mensen, locaties waar eigentijdse leven zich afspeelt.
  3. Licht en kleurgebruik: pure kleuren, op doek mengen, kleurcontrasten.
  4. En plein air schilderen: in de buitenlucht (dankzij de verftube).
  5. Invloed fotografie: genomen foto in atelier geschilderd, afsnijdingen.

Slide 13 - Tekstslide

Schaduw
  • Ontdekking dat schaduw kleur bevat (is niet zwart/grijs)
  • Schaduw geeft geen vermindering van kleur
  • Schaduw bevat de complementaire kleur

Slide 14 - Tekstslide

Complementaire kleuren: staan tegenover elkaar in de kleurencirkel

Slide 15 - Tekstslide

Noem drie redenen waarom dit schilderij, ‘Impressie van zonsopgang’,  van Claude Monet geweigerd werd op de Salon.

1. Onderwerp: 
2. Kleur: 
3. Techniek: 

Slide 16 - Tekstslide

Noem drie redenen waarom dit schilderij, ‘Impressie van zonsopgang’,  van Claude Monet geweigerd werd op de Salon.

1. Onderwerp: niet klassiek maar alledaags
2. Complementair kleurcontrast oranje-blauw
3. Techniek: snel geschilderd in zeer grove toets

Het werk werd geweigerd maar werd wel de naamgever van de stroming die wij kennen als het 'impressionisme’.


Slide 17 - Tekstslide

Invloed fotografie
Waaruit kun je afleiden dat Degas fotografie gebruikte bij het schilderen van zijn schilderijen?

Slide 18 - Tekstslide

Edgar Degas
Waaruit kun je afleiden dat Degas 
fotografie gebruikte bij het schilderen van 
zijn schilderijen?
In de compositie is sprake 
van sterke afsnijding, alsof 
er een snapshot gemaakt 
is die hij naschilderde.

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

Edgar Degas
Kenmerken Impressionisme:
1.  Interesse in vluchtige momenten
2. Niet geposeerd, persoonlijke momenten voor de 
dansers (zoals lessen, achter de schermen etc.)
3. Scènes uit dagelijks leven (bijv. in het theater)
4. Contrasterende kleuren
5. Intense, levendige kleuren
6. Verftoets: schetsmatig, snel


Slide 21 - Tekstslide

Edgar Degas
Hij vond zichzelf geen Impressionist:

1. Hij schilderde niet en plein air
2. Hij vond dat hij niet het dagelijks leven 
schilderde, maar bepaalde thema's die hem 
intrigeerden

Slide 22 - Tekstslide

Beeldhouwkunst
Welke kenmerken van het Impressionisme zie je terug in de beeldhouwkunst?

Slide 23 - Tekstslide

Beeldhouwkunst
Welke kenmerken van het Impressionisme zie je terug in de beeldhouwkunst?

Slide 24 - Tekstslide

Beeldhouwkunst
Momentopname:
  • Snelle studies in klei.
  • Niet glad afgewerkt.
  • De factuur (sporen) van de klei is nog te zien. 
  • Je ziet nog duimafdrukken.
  • Geen echte sokkel waardoor het werk minder traditioneel oogt.

Slide 25 - Tekstslide

Over ballet gesproken...
Het einde van de 19e eeuw is, naast de tijd van het Impressionisme, ook de periode waarin een heleboel klassieke balletten zijn gemaakt.
Op YouTube zijn een boel volledige balletten te vinden, uitgevoerd door de beste balletgezelschappen ter wereld. 
Een van mijn persoonlijke favorieten is De Notenkraker, een ballet dat zich afspeelt rondom kerst. 
Niks te doen in de kerstvakantie? Dan kan ik zeker aanraden om deze te kijken! Op de volgende slide vinden jullie een paar links.


Slide 26 - Tekstslide

The Nutcracker Ballet
Mariinsky Theater 2012:
https://www.youtube.com/watch?v=xtLoaMfinbU&t=5585s
Russian State Ballet and Opera House 2020:
https://www.youtube.com/watch?v=tR_Z1LUDQuQ&t=2483s
New York City Ballet 2021:
https://www.youtube.com/watch?v=kXRMT_2F-WE&t=4617s 


Slide 27 - Tekstslide

De volgende les gaat over het Post-Impressionisme

Slide 28 - Tekstslide