4.2 Arbeid deel 2

• Natuurkunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

4.2 Arbeid

Planning

•     Opfrissen:  Arbeid
•     Nieuw:  Variable kracht en F,s grafiek
•     Oefenen

Wat is de formule om arbeid te bereken?

1. W=F*s
2. W=F/s
3. w=f*s
4. w=F/s

Wat is de eenheid van Arbeid?

1. Newton(N)
2. Joule (J)

De huiskamer wordt veranderd en je duwt de bank 2,0 m naar achter en gebruikt daar bij een kracht van 150N. Hoeveel arbeid heb je dan verricht?

1. 0J, want je verricht geen arbeid
2. 0N, want je verricht geen arbeid
3. 300J
4. 50J

Je gaat een kast verhuizen en duwt er tegenaan. Je gebruikt 200N kracht maar hij verplaatst niet. Heb je arbeid verricht?

1. Ja
2. Nee

Wat gebeurt er met de kracht van het elastiek op de man tijdens het filmpje?

Variabele kracht

• Hoe verder een elastiek wordt uitgerekt (s), 

      hoe meer kracht (F) het elastiek uitoefent.

• De hoeveelheid kracht wordt direct beinvloed door iets anders (in dit geval de uitrekking) = Variable kracht
  

F,s grafiek

• W=F*s
• W= oppervlakte onder de F,s-grafiek

Oppervlakte driehoek = ½*b*h

W=½*0,4m*50N=10J

Je duwt een veer in, hoeveel arbeid heb je vericht bij de veer indrukken? 

Hoeveel arbeid heb je vericht?

Oplossing

W= oppervlakte onder de grafiek

W= ½*b*h

W=½*6m*4N = 12 J

Hoeveel arbeid heb je vericht bij het indrukken tussen 3m tot 5m? 

Hoeveel arbeid heb je vericht?
(Bij 5m hoort 3,4N)

Oplossing

W= oppervlakte onder de grafiek

Wpaars= h*b

Wpaars= 2*2=4 J

Wrood= ½*b*h

Wrood=½*2*1,4= 1,4 J

W=4+1,4=5,4J

Aan de slag!

Huiswerk: 21, 23, 24