Nederlands 2BKM schrijven blok 3

Kernzin
samenvatting maken
Hoofdgedachte van een tekst benoemen
kun je een goede instructie schrijven;

Nederlands
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Kernzin
samenvatting maken
Hoofdgedachte van een tekst benoemen
kun je een goede instructie schrijven;

Nederlands

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Instructie (1)
In een instructie staat hoe iemand iets moet doen of maken. Een instructietekst is duidelijk en in stappen opgebouwd.
Als je iemand een instructie geeft, wil je dat die persoon begrijpt wat hij precies moet doen. 




Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Instructie (2)
Zorg er daarom voor dat je instructie duidelijk is:

  • Zet de stappen van de instructie in de goede volgorde.
  • Zet voor elke stap van de instructie een streepje, een bolletje of een nummer.
  • Gebruik volgordewoorden, zoals: eerst, daarna, ten slotte.
  • Begin elke stap met een werkwoord. (doe-woord)



Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Instructie (3)
Voorbeelden:

  • Vouw het papier eerst dubbel.
  • Ga daarna linksaf bij het kruispunt.
  • Kook de spaghetti ten slotte tot deze gaar is.

Je kunt je instructie soms duidelijker maken door een afbeelding bij de tekst te zetten.





Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zet de zinnen in de juiste volgorde

  1. Daarna voer je je pincode in.
  2. Eerst steek je je bankpas in de pasinvoer.
  3. Vervolgens geef je aan of je een transactie-bon wilt met een knop ja of nee.
  4. Dan druk je op de knop Geld opnemen.
  5. Ten slotte kun je je pas, het geld en de transactiebon uit de automaat nemen.
  6. Vervolgens kies je het bedrag dat je wilt opnemen.




Pinnen bij een geldautomaat
1. Steek eerst je bankpas in de pasinvoer.
2. Voer daarna je pincode in.
3. Druk dan op de knop Geld opnemen.
4. Kies vervolgens het bedrag dat je wilt opnemen.
5. Geef vervolgens aan of je een transactiebon wilt met de knop Ja of Nee.
6. Neem ten slotte je pas, het geld en de transactiebon uit de automaat.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Begin de zin met een werkwoord

  1. Eerst steek je je bankpas in de pasinvoer.
  2. Daarna voer je je pincode in.
  3. Dan druk je op de knop Geld opnemen.
  4. Vervolgens kies je het bedrag dat je wilt opnemen.
  5. Vervolgens geef je aan of je een transactie-bon wilt met een knop ja of nee.
  6. Ten slotte kun je je pas, het geld en de transactiebon uit de automaat nemen.
  7. Vervolgens kies je het bedrag dat je wilt opnemen.




Pinnen bij een geldautomaat
1. Steek eerst je bankpas in de pasinvoer.
2. Voer daarna je pincode in.
3. Druk dan op de knop Geld opnemen.
4. Kies vervolgens het bedrag dat je wilt opnemen.
5. Geef vervolgens aan of je een transactiebon wilt met de knop Ja of Nee.
6. Neem ten slotte je pas, het geld en de transactiebon uit de automaat.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Begin de zin met een werkwoord

  1. Steek je bankpas in de pasinvoer.
  2. Voer daarna je pincode in.
  3. Druk dan op de knop Geld opnemen.
  4. Kies vervolgens het bedrag dat je wilt opnemen.
  5. Geef vervolgens aan of je een transactie-bon wilt met een knop ja of nee.
  6. Neem ten slotte  je pas, het geld en de transactiebon uit de automaat 




Pinnen bij een geldautomaat
1. Steek eerst je bankpas in de pasinvoer.
2. Voer daarna je pincode in.
3. Druk dan op de knop Geld opnemen.
4. Kies vervolgens het bedrag dat je wilt opnemen.
5. Geef vervolgens aan of je een transactiebon wilt met de knop Ja of Nee.
6. Neem ten slotte je pas, het geld en de transactiebon uit de automaat.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Instructie schrijven
I

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Receptenboek
Je hebt vast allemaal wel een lievelingsgerecht. 

Voordat het op je bord ligt, moet dat eerst gemaakt worden. Daarvoor heb je ingrediënten nodig en moet je weten hoe je het maakt.

Je gaat een zelfgeschreven recept maken. 

Slide 9 - Tekstslide

Bron: www.flicker.com ; Frans Schouwenburg

Om er een echt boek van te maken, is het niet alleen belangrijk dat je recepten duidelijk zijn maar moet je ook goed overleggen met je klasgenoten.

Bekijk voordat je begint eerst het 'Stappenplan instructie schrijven' uit de vorige les nog eens. Op de volgende slide staat deze nog een keer. 

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • Vertel waar de instructie over gaat. 
  • Leg alles stap voor stap uit. Gebruik korte zinnen.
  • Zet alles in een logische volgorde.
  • Geef de stappen een nummer, of zet een opsommingsteken voor elke stap. (Streepje (-) of bolletje)
  • Begin elke instructiezin met een doe-woord.   (Pak... Doe... Zet...)
  • Gebruik signaalwoorden die de volgorde aangeven. (Eerst... Dan... Daarna... Vervolgens... Ten slotte...)
  • Gebruik afbeeldingen als die je instructie duidelijker maken. 
Zo schrijf je een instructie

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

kun je een goede instructie schrijven;

Nederlands
Maak een zelfgeschreven recept. (opdracht 4 blz 143 / blok 3 schrijven)

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies