Kennistest 4mavo H1
1 / 14
Lesduur is: 50 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Wat hoort NIET bij de grondwet van 1848?
A
Geschreven door Thorbecke
B
Macht van koning naar parlement
C
Nederland werd een parlementaire democratie
D
Tweede Kamer ging de Eerste Kamer controleren
Slide 2 - Quizvraag
Het recht om een demonstratie te houden hoort bij de vrijheid van...
A
Onderwijs
B
Meningsuiting
C
Vereniging en vergadering
D
Drukpers
Slide 3 - Quizvraag
Een minister dient een voorstel voor een wet in. De Tweede Kamer wil deze wijzingen en gebruikt het recht van...
A
Amendement
B
Interpellatie
C
Initatief
D
Enquête
Slide 4 - Quizvraag
Welke koning was betrokken bij de Luxemburgse kwestie?
A
Willem I
B
Willem II
C
Willem III
D
Willem-Alexander
Slide 5 - Quizvraag
Waarom werkte het kinderwetje van Van Houten niet in de praktijk?
A
De liberalen blokkeerden de wet
B
Er was weinig controle
C
Je mocht wel op het land en in de mijn werken
D
Scholen hadden te weinig spullen voor kinderen onder de 12
Slide 6 - Quizvraag
Het Caoutchouc-artikel:
A
Stemmen als je genoeg belasting betaalt
B
Stemmen als je geschikt bent
C
Stemmen als je man bent.
D
Algemeen kiesrecht
Slide 7 - Quizvraag
Feminist
Protestant
Katholiek
Liberaal
Socialist
Thorbecke
Schaepman
Troelstra
Kuyper
Aletta Jacobs
Slide 8 - Sleepvraag
Liberale Unie
SDAP
ARP
RKSP
VVVK
Thorbecke
Schaepman
Troelstra
Kuyper
Aletta Jacobs
Slide 9 - Sleepvraag
De schoolstrijd:
De confessionelen wilden..
De confessionelen wilden..
A
geld voor hun speciale scholen
B
algemeen kiesrecht
C
geld voor hun bijzondere scholen
D
passief kiesrecht
Slide 10 - Quizvraag
Het recht om gekozen te worden:
A
actief kiesrecht
B
passief kiesrecht
Slide 11 - Quizvraag
Alle stemmen in Nederland worden op een hoop gegooid en gedeeld door het aantal zetels in de Tweede Kamer:
A
Evenredige vertegenwoordiging
B
Districtenstelsel
Slide 12 - Quizvraag
Waar kwamen de dames van de Eerste Feministische Golf voor op?
A
Pil & abortus
B
Gelijke beloning mannen en vrouwen
C
Gelijke verdeling in het huishouden
D
Mogen studeren en stemmen
Slide 13 - Quizvraag
Als je deze fout hebt mag je geen examen doen:
Wie heeft de macht in Nederland?
Wie heeft de macht in Nederland?
A
Koning
B
Rutte
C
Regering
D
Volk
