1 bol

les 1 
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 31 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

les 1 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vak VTH op maandag
Intro
 week 1 : kennismaking vak : wetgeving, richtlijnen, voorbehouden handelingen start: medicatie
week 2: medicatie
week 3 : wondzorg
week 4: Wondzorg en warmteregulatie
week 5diabetes , Bloedsuiker meten en insuline toedienen
week 6: en 7: Start subcutaan en intramusculair injecteren
week 8: Monsters verzamelen en voorbereiden toets
week 9 aftekenen en toets.
week 10: herkansing toets.




Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

voor vandaag:
eerste stuk theorie over de wetten
tweede stuk theorie over medicatie
praktijk : uitzetten medicatie

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wetten in de gezondheidszorg
Welke wetten kennen wij
allemaal in de zorg? 

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wetten in de zorg
  • Wet BIG
  • Wet Zorg en Dwang (vervang wet BOPZ)
  • Wet Middelen en Maatregelen
  • Wet Kwaliteit, Klachten, Geschillen en Zorg
  •  WGBO (behandelings overeenkomst)
  • WMO (Wet maatschappelijke ondersteuning)
  • WLZ (Wet langdurige zorg)

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wet BIG
Beroep

Individuele

Gezondheidszorg

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe je BIG registratie behouden?
In 5 jaar 2.080 uur werken

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bevoegd en bekwaam

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Regelen en voorschriften
 

Geneesmiddelenwet regelt in Nederland zaken rondom de productie, de handel, het voorschrijven en verstrekken van geneesmiddelen. De wet bevat ook voorschriften om een veilig gebruik van geneesmiddelen te stimuleren.


Opiaten zijn pijnstillende middelen die verslavend kunnen werken, zoals opium, morfine, cocaïne, heroïne en methadon. Deze medicijnen vallen onder de Opiumwet.


Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geneesmiddelenwet
  • Op recept
  • Zonder recept, alleen in apotheek
  • Zonder recept, alleen in apotheek of drogist
  • Zonder recept, algemeen verkrijgbaar

Arts moet op de hoogte zijn van de eigenschappen van medicatie.
Arts moet de patiënt voorlichten.
Arts en patiënt bepalen wat de meest geschikte toedieningsvorm is.



Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

medicatie

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Tabletten, dragees en capsules kunnen zo gemaakt zijn dat de werkzame stof niet in de maag, maar pas in de dunne darm vrijkomt. Hierdoor kan het maagzuur het medicijn niet aantasten.
Deze medicijnen mogen nooit gekauwd, gebroken of gemalen worden.

Zetpillen bestaan uit een gemakkelijk smeltende stof waarin de geneesmiddelen zijn verwerkt. Het geneesmiddel wordt via de slijmvlieswand van de darmen snel in het bloed opgenomen.


wat moet er allemaal op een recept staan?

Slide 16 - Tekstslide

Tabletten, dragees en capsules kunnen zo gemaakt zijn dat de werkzame stof niet in de maag, maar pas in de dunne darm vrijkomt. Hierdoor kan het maagzuur het medicijn niet aantasten.
Deze medicijnen mogen nooit gekauwd, gebroken of gemalen worden.

Zetpillen bestaan uit een gemakkelijk smeltende stof waarin de geneesmiddelen zijn verwerkt. Het geneesmiddel wordt via de slijmvlieswand van de darmen snel in het bloed opgenomen.


Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Altijd in originele verpakking
< Baxter 

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke medicijnen zitten niet in de baxter?

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Losse medicijnen
Zalf, pleister, poeder, inhalatiemedicatie, zetpillen, chemotabletten, antibioticakuur, antistollingsmedicatie trombosedienst

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Risico's medicijngebruik
  • Bijwerkingen
  • Ophoping medicijn
  • Interactie
  • Verslaving
  • Gewenning/tolerantie

Slide 24 - Tekstslide

Bijwerkingen:
Niet gewenste en schadelijke effecten van een geneesmiddel
waarvan de gebruikelijke dosering is gegeven

Cumulatie: Wanneer het middel te vaak
wordt gegeven is de vorige
dosis nog niet voldoende
uitgescheiden en stijgt de
plasmaconcentratie
vootdurend. Dan ontstaat
ophoping of cumulatie van
het geneesmiddel tot
toxische of zelfs lethale
dosis

interactie:
Een wisselwerking tussen medicijnen die tot verandering in de werking en bijwerkingen kunnen leiden

gewenning: Je lichaam went aan het medicijn en je hebt een steeds hogere dosis nodig om hetzelfde effect te ervaren.


Controleren van medicatie
Bijsluiter
Regel van 5

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Juiste tijd
Juiste persoon
Juiste medicijn
Juiste dosering
Juiste toedieningswijze

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vragen?
Tijd voor kennis testen!

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Medicatie uitzetten
- dubbel check  (apotheek)
- baxtersysteem 
- aftekenen van medicatie
Fouten bij medicatie 
MIC melding (instelling moet fouten bijhouden)

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

praktijk opdracht!

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht
3 groepjes:
 rouleren.

1 x dag uitzet.





Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk :
voor volgende week maandag:
in thieme:
niveau 4: module: 9  9.2 en 9.3
niveau 3: Module 7 : 7.2 en 7.3 

dit inleveren uiterlijk: 23/11
Neem 5 soorten Medicatie die je thuis (of bij familie ) hebt liggen.
Deze ga je uitwerken:
- wat is de Generiek naam en merknaam.
- Wat is de contra indicatie van dit medicijn?
- Wat is de werking van dit medicijn?
-Welke verschillende toedieningsvormen heeft dit medicijn?
- Hoe is de distributie en opbergsysteem geregeld bij deze persoon voor dit medicijn?
inleveren in teams!  

-

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies