week 18 les 3 feit, mening, standpunt en argument

Lezen
timer
10:00
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Lezen
timer
10:00

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel

Je leert feiten, meningen, standpunten en argumenten herkennen in de tekst.

Slide 2 - Tekstslide

Feit
Een feit is een uitspraak over iets wat waar of onwaar is. Je kunt een feit controleren.

Bijvoorbeeld: Uit onderzoek blijkt dat voetbal een belangrijke rol speelt in het leven van miljoenen mensen in Nederland. Je kunt de waarheid van deze uitspraak controleren.

Slide 3 - Tekstslide

Mening of standpunt
Een mening of standpunt is wat iemand van iets vindt of hoe iemand ergens over denkt.
 
Met een mening of standpunt kun je het eens of oneens zijn. Je herkent een mening aan woorden als ik vind en volgens mij. Bijvoorbeeld: Ik vind voetbal de leukste sport die er is.

Slide 4 - Tekstslide

Argument
Als je uitlegt waaróm je een bepaalde mening hebt of als je een mening wilt verdedigen, gebruik je een argument. Een argument herken je aan woorden als want, omdat, namelijk en immers. 

Bijvoorbeeld: Ik vind voetbal de leukste sport die er is (mening), want ik houd van sporten met een bal en van sporten waarbij je moet samenwerken (twee argumenten).

Slide 5 - Tekstslide

Even testen...

Slide 6 - Tekstslide

Feit, mening of argument?

Nederlands is het leukste vak op school.
A
Feit
B
Mening
C
Argument

Slide 7 - Quizvraag

Feit, mening of argument?

Ik vind 'The Cell' een spannende film.
A
Feit
B
Mening
C
Argument

Slide 8 - Quizvraag

Feit, mening of argument?

Uit onderzoek blijkt dat dit een heel mooi boek is.
A
Feit
B
Mening
C
Argument

Slide 9 - Quizvraag

Feit, mening of argument?

Ik word namelijk gesteund door de UvA.
A
Feit
B
Mening
C
Argument

Slide 10 - Quizvraag

Feit, mening of argument?

Volgens mij zijn de meeste mensen erg bang.
A
Feit
B
Mening
C
Argument

Slide 11 - Quizvraag

Feit, mening of argument?

Het overgangsregelement zegt dat je met vijf tekortpunten niet overgaat.
A
Feit
B
Mening
C
Argument
D
Onderbouwing

Slide 12 - Quizvraag

Feit, mening of argument?

Want geur geeft sommige deodorants net iets extra's.
A
Feit
B
Mening
C
Argument
D
Onderbouwing

Slide 13 - Quizvraag

Feit, mening of argument?

Een door irritatie beschadigde huid kan leiden tot eczeem.
A
Feit
B
Mening
C
Argument

Slide 14 - Quizvraag

Feit, mening of argument?

Ik zou liever op vakantie gaan naar IJsland dan naar Spanje.
A
Feit
B
Mening
C
Argument

Slide 15 - Quizvraag

Aan de slag op blz. 39, 40 en 41
  • Maak opdracht 1 t/m 3.

  • Kijk je werk na. 

  • Klaar? Even lezen, puzzelen of tekenen. 
timer
17:00

Slide 16 - Tekstslide