§7.2 het zonnestelsel 1.0

• Natuurkunde / Scheikunde
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Het heelal

§7.2 Het zonnestelsel

Lesplanning

* Leerdoelen behandelen

* Begin uitleg §7.2 

* Video met quiz vragen

* Aan de slag

Leerdoelen

Je kunt beschrijven hoe de sterren (vanaf de aarde) langs de hemel lijken te bewegen en hoe dit wordt veroorzaakt.

 Je kunt uitleggen hoe een sterrenkundige planeten kan onderscheiden van sterren.

 Je kunt de namen van de planeten noemen en beschrijven hoe de planeten in het zonnestelsel rond de zon bewegen.

Je kunt beschrijven wat een maan, dwergplaneten en planetoïden zijn.

Hemellichamen §7.2

De zon, de maan en de sterren zijn hemellichamen.

Een hemellichaam is een voorwerp dat zweeft in het heelal en niet door mensen is gemaakt. 

Sterrenhemel §7.2

Sterren komen op in het oosten en dalen in het westen. 

De sterren lijken te bewegen, maar jij  beweegt!   

 

De aarde draait van het westen naar het oosten. 

Noordelijke hemelpool

Punt aan de hemel waar het noordelijke uiteinde van de aardas naartoe wijst; alle sterren in het noorden lijken rond dit punt te draaien.

Planeet 

Schijf, kenmerkend uiterlijk

Ster

Een helder punt

Verschil tussen sterren en planeten

Ander belangrijk punt: 

Sterren hebben een vaste plaats aan de sterrenhemel.
Ten opzichte van elkaar bewegen ze niet. 

Planeten bewegen in een baan rond de zon. De baan van de planeten is bijna cirkelvormig. De zon met de planeten die eromheen draaien noem je het zonnestelsel.

Video bekijken

We gaan een filmpje bekijken van het Klokhuis. 

Daarna krijg je daar een aantal vragen over dus kijk en luister goed.

https:

Dan gaan we nu de vragen maken. 

Let goed op en lees de vraag zorgvuldig voor je antwoord geeft.

Vraag 1
Zonder de zon zou de aarde ......

1. donker, koud en leeg zijn
2. donker, koud en levenloos zijn
3. heet, donker en zwart zijn

Vraag 2
De zon is een ...

1. maan
2. planeet
3. ster
4. komeet

Vraag 3
Ons zonnestelsel bestaat uit ...

1. planeten en de zon
2. manen en de zon
3. planeten en manen
4. de zon, planeten en manen

Vraag 4
Hoe komt het dat de planeten om de zon blijven draaien?

1. Doordat in de ruimte dingen niets wegen.
2. Doordat de planeten zichzelf op hun plaats houden.
3. Doordat de zon door de zwaartekracht de planeten naar zich toe trekt.

Vraag 5
Welke planeten zijn van steen?

1. Mars, Mercurius, Venus en aarde
2. Uranus, aarde, Mars en Pluto
3. Mars, Saturnus, aarde en Venus
4. Venus, aarde, Mars en Jupiter.

Vraag 6
Welke planeten bestaan uit gas?

1. Venus, Mars, Jupiter en Saturnus
2. Jupiter, Saturnus, Uranus en Neptunus
3. Mercurius, Jupiter, Neptunus en Mars
4. Aarde, Mars, Neptunus en Saturnus

Vraag 7
Hoe noemen we een sterrenkundige ook wel?

1. een telescoop
2. een astroloog
3. een astronoom
4. een astronaut

Vraag 8
Welk hemellichaam staat het dichtst bij de aarde?

1. de zon
2. Mercurius
3. Mars
4. de maan

Vraag 9
Hoe lang moet je met een snel vliegtuig vliegen voor je bij Neptunus bent?

1. 20 jaar
2. 200 jaar
3. 6 jaar
4. 600 jaar

Vraag 10
Hoeveel keer is de zon groter dan de aarde?

1. 10 keer zo groot
2. 100 keer zo groot
3. 1000 keer zo groot
4. 10.000 keer zo groot

Vraag 11
Welke planeet staat het dichts bij de zon?

1. Mercurius
2. Mars
3. Venus
4. Jupiter

Vraag 12
Wat is er niet op Mercurius?

1. water en steen
2. water en lucht
3. lucht en licht
4. licht en water

Vraag 13
Een dag op Mercurius duurt ...

1. 24 uur
2. 1 week
3. 1 maand
4. 1 jaar

Vraag 14
Overdag is het op Mercurius meer dan ...

1. 50 graden
2. 100 graden
3. 200 graden
4. 400 graden

Vraag 15
Waarom kun je het oppervlak van Venus niet zien?

1. door de wolken
2. het is te ver weg
3. het is een bol van gas
4. Mars staat tussen de aarde en Venus in

Vraag 16
Waaruit bestaan de wolken op Venus?

1. uit waterdamp net als op de aarde
2. uit lava
3. uit zwavelzuur
4. uit vuur

Vraag 17
Wat is er veel zwaarder op Venus dan op aarde?

1. de vulkanen
2. de luchtdruk
3. de lava
4. de zuurstof

Vraag 18
Waarom is er leven mogelijk op aarde?

1. water, goede temperatuur en planten
2. zuurstof, voedsel en water
3. water, zonneschijn en dieren
4. water, goede temperatuur en zuurstof

Vraag 19
Hoeveel astronauten kwamen als eerste op de maan?

1. 2
2. 3
3. 4
4. 5

Vraag 20
Uit welk land kwamen ze?

1. uit Rusland
2. uit Nederland
3. uit China
4. uit Amerika

Vraag 21
Waaruit bestaat het maanoppervlak?

1. zand, stof en steen
2. zand, klei en steen
3. steen, klei en stof
4. zand, steen en hout

Vraag 22
Op de maan is geen lucht, dus ook geen ....

1. water
2. warmte
3. wind
4. voedsel

Vraag 23
Wat is de bijnaam van Mars?

1. de rode planeet
2. de ijzeren planeet
3. de roze planeet
4. de blauwe planeet

Vraag 24
Waarom onderzoeken de mensen Mars?

1. Ze kijken of mensen in de toekomst daar misschien kunnen gaan leven.
2. Ze kijken of er vroeger Marsmannetjes hebben gewoond.
3. Ze zijn op zoek naar water.
4. Ze vinden het gewoon interessant.

Vraag 25
Welke woorden horen bij Mars?

1. giftige lucht, water, stofstormen en zuurstof
2. koud, rood stof en water
3. heet, giftige lucht en rood stof
4. giftige lucht, koud, stofstormen en rood stof

Vraag 26
Waar staan de planeten in de goede volgorde vanaf de zon?

1. Mercurius - Mars - aarde - Venus
2. Mars - Venus - aarde - Mercurius
3. Venus - Mercurius - aarde - Mars
4. Mercurius - Venus - aarde - Mars

Aan de slag

Lees paragraaf 7.2. 

Morgen gaan we de rest behandelen.