Wortschatz Tiere

Wortschatz Tiere
Doel van de les: oefenen van woordenschat
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 25 min

Onderdelen in deze les

Wortschatz Tiere
Doel van de les: oefenen van woordenschat

Slide 1 - Tekstslide

Wat is het Duitse woord voor 'de aap'?
A
der Affe – die Affen
B
die Bäckerei
C
die Adresse – die Adressen
D
das Tier – die Tiere

Slide 2 - Quizvraag

Hoe zeg je 'de badkamer' in het Duits?
A
das Buch – die Bücher
B
der Balkon – die Balkons
C
die Bluse – die Blusen
D
das Badezimmer – die Badezimmer

Slide 3 - Quizvraag

Wat betekent 'boodschappen doen' in het Duits?
A
bitte
B
einkaufen
C
danke
D
machen

Slide 4 - Quizvraag

Wat is het Duitse woord voor 'de deur'?
A
die Cola
B
die Tür – die Türen
C
die Geschwister
D
das Bett – die Betten

Slide 5 - Quizvraag

Wat betekent 'dansen' in het Duits?
A
beschreiben
B
drinken
C
zahlen
D
tanzen

Slide 6 - Quizvraag

Wat is het Duitse woord voor 'brood'?
A
das Brötchen
B
das Brot
C
die Butter
D
die Brötchen

Slide 7 - Quizvraag

Hoe zeg je 'blauw' in het Duits?
A
blond
B
dunkel
C
blau
D
dick

Slide 8 - Quizvraag

Wat betekent 'bezoeken' in het Duits?
A
besuchen
B
besprechen
C
danken
D
treffen

Slide 9 - Quizvraag

Wat is het Duitse woord voor 'de auto'?
A
das Auto
B
das Bett
C
die Autos
D
die Brille

Slide 10 - Quizvraag

Hoe zeg je 'dank u wel' in het Duits?
A
danke schön
B
bitte
C
danke dir
D
danke

Slide 11 - Quizvraag

Wat is het Duitse woord voor 'de aap'?
A
die Affen
B
der Affe
C
der Hund
D
die Katze

Slide 12 - Quizvraag

Hoe zeg je 'de badkamer' in het Duits?
A
die Badezimmer
B
das Badezimmer
C
die Küche
D
das Schlafzimmer

Slide 13 - Quizvraag

Wat betekent 'afspreken' in het Duits?
A
zahlen
B
bestellen
C
getroffen
D
sich treffen

Slide 14 - Quizvraag

Wat is het Duitse woord voor 'de cavia'?
A
die Meerschweinchen
B
das Meerschweinchen
C
der Hamster
D
die Maus

Slide 15 - Quizvraag

Hoe zeg je 'dank u wel' in het Duits?
A
danke schön
B
danke
C
bitte
D
tschüss

Slide 16 - Quizvraag

Welke woorden ken je nu?
Schrijf nu 5 woorden op Nederlands - Duits die je nu weet na aanleiding van die Quiz.

Slide 17 - Tekstslide

Schrijf ze hier op!

Slide 18 - Woordweb