H4 Les 1 Import en export

Waar komt het aanbod van arbeid vandaan?

A
arbeiders
B
arbeidsverdeling
C
beroepsbevolking
D
arbeidsmarkt
1 / 43
volgende
Slide 1: Quizvraag
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

In deze les zitten 43 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Waar komt het aanbod van arbeid vandaan?

A
arbeiders
B
arbeidsverdeling
C
beroepsbevolking
D
arbeidsmarkt

Slide 1 - Quizvraag

Import en export

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoelen
Aan het eind van de les kan ik 
  • uitleggen waarom producten uit het buitenland belangrijk zijn voor Nederland
  • uitleggen waarom export belangrijk is voor de Nederlandse economie    
  • de voor en nadelen van exporten import noemen 
  • uitleggen wat een import en een exportquote is
  • de import en exportquote uitrekenen

Slide 3 - Tekstslide

Programma
  1. Hoe was het ook al weer... paar vragen
  2. nakijken opdrachten
  3. Beetje uitleg 
  4. Weer een paar vragen
  5. Zelfstandig aan het werk

Slide 4 - Tekstslide

Wat wordt bedoeld met
'de vraag naar arbeid'
A
Mensen die willen gaan werken
B
Mensen die werk zoeken
C
Alle banen bij de bedrijven en overheid
D
Bedrijven en overheid die mensen zoeken.

Slide 5 - Quizvraag

Bij een tekort op de arbeidsmarkt zijn er te veel ....
A
banen.
B
werknemers.
C
werkzoekenden.
D
werklozen.

Slide 6 - Quizvraag

Doordat er steeds minder vraag is naar producten neemt het aantal banen af.
Hoe noem je de werkloosheid die veroorzaakt wordt door een afnemende vraag naar producten?
A
conjuncturele werkloosheid
B
regionale werkloosheid
C
seizoenswerkloosheid
D
structurele werkloosheid

Slide 7 - Quizvraag

Als het aanbod van arbeid groter is dan de vraag naar
arbeid is er sprake van werkloosheid.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 8 - Quizvraag

Structurele werkloosheid ontstaat als bedrijven
arbeid vervangen door machines.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quizvraag

Welke vorm van werkloosheid krijg je wanneer bedrijven zich naar het buitenland verplaatsen?
A
regionale werkloosheid
B
conjuncturele werkloosheid
C
seizoenswerkloosheid
D
structurele werkloosheid

Slide 10 - Quizvraag

Wanneer je een tijdje per jaar niet kunt werken noem je deze werkloosheid ...
A
structurele werkloosheid.
B
seizoenswerkloosheid.
C
verborgen werkloosheid.
D
conjuncturele werkloosheid.

Slide 11 - Quizvraag

Is er hier sprake van conjuncturele werkloosheid?
A
ja
B
nee

Slide 12 - Quizvraag

vervolg programma
  1. Hoe was het ook al weer... paar vragen
  2. Nakijken opdrachten
  3. Beetje uitleg 
  4. Weer een paar vragen
  5. Zelfstandig aan het werk

Slide 13 - Tekstslide

Frits is eigenaar van een snackbar en leest het krantenstukje over de
nieuwe frietautomaat. Hij overweegt een personeelslid te vervangen door
zo’n frietautomaat.

Hoe wordt het vervangen van arbeid door deze computergestuurde
frietautomaat genoemd?
A
arbeidsproductiviteit
B
arbeidsverdeling
C
automatisering

Slide 14 - Quizvraag

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

vervolg programma
  1. Hoe was het ook al weer... paar vragen
  2. nakijken opdrachten
  3. Beetje uitleg 
  4. Weer een paar vragen
  5. Zelfstandig aan het werk

Slide 19 - Tekstslide

Import (invoer)



Import: er gaat geld naar het buitenland, we kopen iets.
          
Bijv.: - We voeren bananen in
           - Justin Timberlake geeft een concert in Gelredome
           -op schoolreis gaan naar het buitenland(Parijs!)



Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Importquote
het percentage van het nationaal inkomen (= wat totaal in een land wordt verdiend) dat wordt uitgegeven aan import
Exportquote
het percentage van het nationaal inkomen (= wat totaal in een land wordt verdiend) dat wordt verdiend met export

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video

Export (uitvoer)

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Link

Voordelen export
(Export = uitvoeren van goederen)
Belangrijk bij export is dat buitenlands geld Nederland binnenkomt.

Voorbeelden van export.
  • Kaas wordt verkocht aan Duitsland
  • Ronald Koeman was hoofdtrainer van Barcelona
  • Een groep Franse studenten gaat naar een restaurant in Den Haag

Slide 27 - Tekstslide

Voordelen van export
Export is goed voor de Nederlandse economie omdat:

Export omhoog door goede concurrentiepositie ten opzichte van partijen uit het buitenland- > productie gaat omhoog - > meer werknemers nodig (meer werkgelegenheid) --> minder werklozen --> meer werknemers verdienen meer geld - mensen geven meer uit - productie gaat nog verder omhoog

Ook ontvangt de overheid meer belasting (Loonbelasting, winstbelasting, btw, invoerrechten)


Slide 28 - Tekstslide

Nadelen export
Productie gaat omhoog -> Meer energieverbruik en meer grondstoffen nodig --> Meer milieuvervuiling


Slide 29 - Tekstslide

Hoe kan de export worden verbeterd?
De export kan worden verhoogd als de concurrentiepositie verbetert.

Concurrentiepositie is hoe jouw product of dienst is ten opzichte van vergelijkbare producten/diensten.

  • Prijs
  • Kwaliteit
  • Innovatie (nieuwe producten/diensten)
  • Betere/goedkopere productieprocessen


Slide 30 - Tekstslide

import- en exportquote
Het percentage van de totale importwaarde of exportwaarde ten opzichte van het nationaal inkomen.

Slide 31 - Tekstslide

vervolg programma
  1. Hoe was het ook al weer... paar vragen
  2. nakijken opdrachten
  3. Beetje uitleg 
  4. Weer een paar vragen
  5. Zelfstandig aan het werk

Slide 32 - Tekstslide

Import is
A
Het uitvoeren van binnenlandse producten
B
In eigen land producten kopen.
C
Het invoeren van buitenlandse producten
D
In eigen land producten verkopen

Slide 33 - Quizvraag

Het nationaal inkomen van een land is € 785 miljard. De importwaarde is € 456 miljard. Bereken de importquote.

Slide 34 - Open vraag

Nederlanders houden graag vakantie in het buitenland. Als ze met een buitenlandse vliegmaatschappij reizen dan is er sprake van ...
A
export van goederen.
B
export van diensten.
C
import van goederen.
D
import van diensten.

Slide 35 - Quizvraag

In een land is de waarde van de totale uitvoer € 150 miljard. Het nationaal inkomen is € 405 miljard.
Bereken de exportquote.

Slide 36 - Open vraag

Sleep de gebeurtenissen in het juiste vak.
import
export
Ik ben op vakantie in Frankrijk.
DSM verkoopt plastic aan Duitsland.
Een zakenman uit de VS logeert in het Amstel Hotel.
Je koopt iets bij Ali Express.

Slide 37 - Sleepvraag

Sleep de pijlen naar de juiste plaats en maak het plaatje kloppend.
import
export

Slide 38 - Sleepvraag

Het voordeel van import voor de Nederlandse consument is ...
A
meer keuze in goederen en diensten.
B
minder keuze in goederen en diensten.

Slide 39 - Quizvraag

Een voordeel van meer export is ...
A
dat de werkgelegenheid daalt.
B
dat de werkgelegenheid stijgt.

Slide 40 - Quizvraag

Programma
  1. Hoe was het ook al weer... paar vragen
  2. nakijken opdrachten
  3. Beetje uitleg 
  4. Weer een paar vragen
  5. Zelfstandig aan het werk

Slide 41 - Tekstslide

Maken
vanaf bladzijde 8 opdrachten 3,4,5,8 en 12
vanaf bladzijde 12 opdrachten 1,3,4,9,10 en 12

Slide 42 - Tekstslide

0

Slide 43 - Video