Wat weet je al over Griekenland en Rome?

Wat zijn de belangrijkste onderdelen van de lessen klassieke talen?
A
teksten lezen, verhalen, geschiedenis
B
Grieks en Latijn spreken, lezen en schrijven
1 / 30
volgende
Slide 1: Quizvraag
GrieksMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Wat zijn de belangrijkste onderdelen van de lessen klassieke talen?
A
teksten lezen, verhalen, geschiedenis
B
Grieks en Latijn spreken, lezen en schrijven

Slide 1 - Quizvraag

Bij Grieks en Latijn leer je niet alleen de taal, zodat je teksten kunt lezen, maar leer je ook veel over de wereld van de oudheid.
Er wordt veel tijd besteed aan de mythen (verhalen over goden, helden en monsters), en aan de cultuur van de Grieken en de Romeinen, zoals de gebouwen, uitvindingen, gebruiken en ideeën.

Slide 2 - Tekstslide

Dit is de ruïne van een Romeins gebouw in Limburg.

Slide 3 - Tekstslide

Wat voor soort gebouw was dit?
A
tempel
B
theater
C
huis
D
badhuis

Slide 4 - Quizvraag

Slide 5 - Tekstslide

De Grieken hadden (en hebben) een ander alfabet dan wij. Om het Grieks te kunnen lezen, moet je dus
eerst een nieuw alfabet leren. 

Maar dat is niet zo erg als het lijkt, want sommige letters, vooral de hoofdletters,  lijken erg op onze letters. 



Slide 6 - Tekstslide

Het Nieuwe Testament is in het Grieks geschreven.

Van welk Bijbelboek is ΙΩΑΝΝΟΥ het opschrift?
A
(brief van)Jakobus
B
Jozua
C
(brief van) Johannes
D
(brief van) Judas

Slide 7 - Quizvraag

De arme Griekse filosoof Diogenes bezat niet meer dan een jas, een bord en een mok. Hij woonde in een soort ton. Op een dag kreeg hij bezoek van Alexander de Grote, heerser van het grootste rijk dat de oudheid ooit gekend heeft.  Alexander zei tegen Diogenes dat hij een wens mocht doen.

Slide 8 - Tekstslide

Diogenes en Alexander de Grote

Slide 9 - Tekstslide

Wat wenste Diogenes?

Slide 10 - Open vraag

De Grieken hadden een polytheïstische godsdienst:
ze geloofden in veel verschillende goden.

Slide 11 - Tekstslide

Het sportmerk 'Nike' is genoemd naar een Griekse godin.
Nike was de godin van ......
A
de sport
B
de kleding
C
de overwinning
D
de wedstrijd

Slide 12 - Quizvraag

Slide 13 - Tekstslide

Het Nederlands kent nog veel Griekse woorden. Welke van onderstaande woorden komt niet uit het Grieks?
A
sandaal
B
diploma
C
marsepein
D
komma

Slide 14 - Quizvraag

Koning Midas was scheidsrechter bij een muziek-wedstrijd tussen de god Pan en de god Apollo.
Hij gaf de prijs aan Pan.

Slide 15 - Tekstslide

Hoe strafte Apollo Midas?
A
Hij veranderde hem in steen
B
Hij zette hem gevangen
C
Hij stuurde een monster op hem af
D
Hij gaf hem ezelsoren

Slide 16 - Quizvraag

Dit is het houten paard van Troje.  In de mythische oorlog tussen de Trojanen en de Grieken was het door
 de Grieken achtergelaten op het strand en door de Trojanen binnengehaald in de stad.

Slide 17 - Tekstslide

Wat zat er in het paard?
A
Griekse soldaten
B
cadeautjes voor de Trojanen
C
helemaal niets
D
eten en drinken voor de Trojanen

Slide 18 - Quizvraag

Na de Trojaanse oorlog deed de Griek Odysseus er tien
jaar over om thuis te komen. 

Slide 19 - Tekstslide

Toen Odysseus na tien jaar thuiskwam, was er één die hem direct herkende.
Wie was dat?
A
zijn vrouw
B
zijn vroegere kindermeisje
C
zijn zoon
D
zijn hond

Slide 20 - Quizvraag

De antieke Olympische Spelen zagen er iets anders uit dan de Spelen van tegenwoordig. 
Er waren bijvoorbeeld veel minder sportonderdelen.

Slide 21 - Tekstslide

Welke sport ontbrak bij de antieke Olympische Spelen?
A
voetbal
B
boksen
C
hardlopen
D
paardenraces

Slide 22 - Quizvraag

De Romeinen gebruikten andere getallen dan wij.
Elk getal bestond uit de letters M, D, C, L, X, V en I.

Slide 23 - Tekstslide

Welk getal is CXLVII?
A
137
B
147
C
157
D
167

Slide 24 - Quizvraag

Asterix en Obelix is een bekende serie stripalbums die speelt in de Romeinse tijd. De Romeinen in de 
verhalen spreken soms Latijn.

Slide 25 - Tekstslide

Wat betekent 'Quomodo vales'?
A
Hoe heet je?
B
Waarom sla je me?
C
Wat moeten we doen?
D
Hoe gaat het ?

Slide 26 - Quizvraag

Veel organisaties, universiteiten, steden en landen hebben een Latijnse wapenspreuk. Een voorbeeld is het motto van de Verenigde Staten.

Slide 27 - Tekstslide

Wat betekent het motto van de V.S.
'E pluribus unum'?
A
Uit velen één
B
Eén voor allen
C
Allemaal samen
D
Ieder voor zich

Slide 28 - Quizvraag

Grieks en Latijn zijn meer dan alleen de taal.
Natuurlijk leer je Griekse en Latijnse teksten lezen, maar je leert tegelijkertijd veel over de cultuur van
de Grieken en de Romeinen. En je zult verbaasd staan van de invloed die oude Grieken en Romeinen hadden en nog steeds hebben op onze taal en onze cultuur. 

Slide 29 - Tekstslide

Gratias vobis ago pro attentione.
(Bedankt voor jullie aandacht)

Slide 30 - Tekstslide