Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
aiToolsTab
Beta
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
H11 Voortplanting
H11 Voortplanting
Geslachtsorganen
Hormonen
Zwangerschap
voorkomen
Zwagerschap
Bevalling
1 / 30
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
In deze les zitten
30 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
20 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
H11 Voortplanting
Geslachtsorganen
Hormonen
Zwangerschap
voorkomen
Zwagerschap
Bevalling
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
In welk deel van het mannelijk geslachtsorgaan worden zaadcellen gemaakt?
A
Teelballen
B
Bijballen
C
Zaadblaasjes
D
Prostaat
Slide 4 - Quizvraag
Welke weg leggen zaadcellen af door het mannelijke geslachtsorgaan?
A
Teelballen - zaadleider - bijballen- urineleider - prostaat - penis
B
Bijballen- teelballen - eileider - prostaat - urinebuis
C
Teelballen - bijballen - urineleider - prostaat - penis
D
Teelballen - bijballen - zaadleider - prostaat - urinebuis
Slide 5 - Quizvraag
De Teelballen kunnen testosteron maken. Welke invloed heeft dit hormoon?
A
Er ontstaan primaire geslachtskenmerken, zoals baardgroei
B
Er ontstaan secundaire geslachtskenmerken, zoals baardgroei
C
Er ontstaan primaire geslachtskenmerken zoals een penis
D
Er ontstaan secundaire geslachtskenmerken zoals een penis
Slide 6 - Quizvraag
Waaruit bestaat sperma?
Slide 7 - Open vraag
Meiose is ...
A
Gewone celdeling voor vermeerdering van cellen
B
Gewone celdeling voor de vorming van geslachtscellen
C
Reductiedeling voor de vermeerdering van cellen
D
Reductiedeling voor de vorming van geslachtscellen
Slide 8 - Quizvraag
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
In welk orgaan ( welke organen) vindt follikelrijping plaats?
A
Eileider
B
Baarmoeder
C
Eierstok
D
Vagina
Slide 11 - Quizvraag
Welke volgorde is juist van de ontwikkeling van een eicel tot zwangerschap?
A
Follikelrijping - eisprong -bevruchting-innesteling
B
Follikelrijping - eisprong - innesteling - bevruchting
C
Eisprong - follikelrijping - innesteling - bevruchting
D
Eisprong - follikelrijping - bevruchting - innesteling
Slide 12 - Quizvraag
De (lege) follikel maakt twee hormonen. Welke zijn dit?
Slide 13 - Open vraag
Welk effect heeft Oestrogeen?
A
Zorgt er voor dat er geen andere eicellen rijpen
B
baarmoederslijmvlies wordt dikker
C
veel oestrogeen zorgt ervoor dat de hypofyse een seintje geeft voor de ovulatie
D
Zowel A, B als C
Slide 14 - Quizvraag
Slide 15 - Tekstslide
Welke hormonen worden gemaakt door de hypofyse en wat doen ze?
A
LH - Stimuleert de vorming van het gele lichaam, hierdoor wordt er progesteron gemaakt
B
FSH - stimuleert de follikelgroei, hierdoor wordt er oestrogeen gemaakt
C
LH - stimuleert de teelballen, hierdoor wordt testosteron gemaakt
D
FSH -stimuleert de teelballen, hierdoor worden zaadcellen gemaakt
Slide 16 - Quizvraag
Welke zin over de hormonen is juist?
A
Oestrogeen zorgt in de tweede helft van de menstruatie cyclus voor dik slijmvlies
B
Progesteron zorgt in de eerste helft van de menstruatie cyclus voor dik slijmvlies
C
Oestrogeen piek zorgt dat de hypofyse de ovulatie in gang zet
D
Progesteron piek zorgt dat de hypofyse de ovulatie in gang zet
Slide 17 - Quizvraag
Slide 18 - Tekstslide
Welk anticonceptiemiddel zorgt met behulp van hormonen dat er geen eicel springt?
A
Prikpil
B
Vrouwencondoom
C
Spiraaltje
D
Sterilisatie
Slide 19 - Quizvraag
Na sterilisatie bij een vrouw kan het volgende nog voorkomen
A
eisprong, bevruchting, innesteling, menstruatie
B
eisprong, menstruatie
C
eisprong, bevruchting
D
eisprong, innesteling
Slide 20 - Quizvraag
De menstruatie komt op gang als
A
progesteron en oestrogeen toenemen
B
progesteron en oestrogeen afnemen
Slide 21 - Quizvraag
Marijke is op 2 april ongesteld geworden. Op welke datum kan zij haar ovulatie verwachten?
Slide 22 - Open vraag
Op welke dagen heeft Marijke dan haar vruchtbare periode?
Slide 23 - Open vraag
Binnen een week na de seks kan een zwangerschapstest afgenomen worden.
A
Waar, maar het resultaat is niet zo betrouwbaar. Beter even te wachten
B
Waar, maar er moet wel een bevruchting zijn geweest voor een positieve uitslag
C
Niet waar, want dan zitten er nog geen zwangerschaps- hormonen in de urine
Slide 24 - Quizvraag
Slide 25 - Tekstslide
Een foetus krijgt zijn voeding via... en is beschermt tegen stoten door ...
A
placenta, baarmoeder
B
navelstreng, placenta
C
vruchtwater, navelstreng
D
navelstreng, vruchtwater
Slide 26 - Quizvraag
Welke volgorde is juist van de bevalling?
A
ontsluiting - nageboorte - uitdrijving
B
uitdrijving - ontsluiting - nageboorte
C
nageboorte - ontsluiting - uitdrijving
D
ontsluiting - uitdrijving - nageboorte
Slide 27 - Quizvraag
Slide 28 - Tekstslide
celspecialisatie is...
A
De ontwikkeling van andere vormen cellen
B
Ontwikkeling van andere werking van cellen
Slide 29 - Quizvraag
Een haploïde cel is
A
een cel met enkele chromosomen
B
een enkele cel met een bepaalde vorm
C
een cel die is ontstaan na mitose
Slide 30 - Quizvraag
Meer lessen zoals deze
4.1 Van eicel tot baby ll
November 2023
- Les met
35 slides
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
4.1 Nieuw leven
May 2023
- Les met
31 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
4.1 Nieuw leven
June 2022
- Les met
32 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
H11 voortplanting
March 2025
- Les met
18 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
HH H11
March 2024
- Les met
17 slides
Biologie
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
voortplantingsstelsel
May 2025
- Les met
25 slides
Voeding-verzorging
Secundair onderwijs
V4 voorkennis test voortplanting
November 2021
- Les met
12 slides
Biologie
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 2
Voortplanting en zwangerschap
January 2023
- Les met
37 slides
Verpleging en verzorging
MBO
Studiejaar 1,3