AE-14 Les 4 en 5

1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieVocational Education

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Model van een gesloten economie met een sector overheid

Slide 2 - Tekstslide

Gesloten economie met sector overheid
Gezinnen
Bedrijven
Overheid

Oo= Overheidsuitgaven zijn autonoom.
Overheidsinkomen: door het heffen van belastingen en sociale premies.
B= is wel afhankelijk van het nationaal inkomen (Y).      B=bY

De gezinnen betalen een deel van Y aan belastingen.

Slide 3 - Tekstslide

Gesloten economie met sector overheid
C = c(Y-B) + Co         Y-B = besteedbaar inkomen
I= Io
O = Oo           De overheidsuitgaven zijn autonoom
B = bY            De gezinnen betalen een deel van Y aan belastingen
                         b= marginale belastingquote
EV= C+I+O
EV=Y              Inkomensevenwicht

Slide 4 - Tekstslide

Voorbeeld

C= 0,8 (Y-B) + 200
I=100
O=60
B = 0,2 Y

Bereken het evenwichtsinkomen.
EV= C+I+O
EV= 0.8(Y-0.2Y) +200+100+60
EV= 0.8* 0.8Y + 360
EV= 0.64Y + 360                   EV=Y
Y= 0.64Y + 360
Y - 0.64Y =360
0.36Y= 360
Ye= 360/ 0.36
Ye= 1000 miljard


Slide 5 - Tekstslide

C= 0.5Y + 300
I= 80
B= 0.2Y
O= 70

Slide 6 - Open vraag

Anticyclisch begrotingsbeleid 
De overheid kan actief proberen de conjunctuur te beïnvloeden door:
  • de overheidsuitgaven te verhogen.
  • de belasting te verlagen waardoor de consumptie stijgt.

In beide gevallen stijgt de EV, maar verslechteren de overheidsfinanciën (nog verder).

Onderbesteding

Slide 7 - Tekstslide

Anticyclisch begrotingsbeleid 


De overheid kan actief proberen de conjunctuur te beïnvloeden door:
  • de overheidsuitgaven te verlagen.
  • de belasting te verhogen.



Overbesteding

Slide 8 - Tekstslide

Opdracht

Oefenopgave 5
Blz. 18

Slide 9 - Tekstslide

Model van een open economie met een sector overheid

Slide 10 - Tekstslide

Open economie
Export (E) is niet afhankelijk van het nationaal inkomen, autonoom.

Import (M) is wel afhankelijk van het nationaal inkomen. Hoe meer we verdienen, hoe meer we ook in het buitenland zullen besteden. 

Slide 11 - Tekstslide

Het model van een open economie
C= c(Y-B) + Co
I= Io 
O= Oo
B= bY
E= Eo
M= mY

EV= C+I+O+(E-M)
EV= Y

Slide 12 - Tekstslide

Opdracht

Oefenopgave 6 en 7
Blz. 20

Slide 13 - Tekstslide