4.2 Meiose

Wat weet je nog over de mitose?
1 / 24
volgende
Slide 1: Woordweb
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Wat weet je nog over de mitose?

Slide 1 - Woordweb

Neem de volgende tabel over in je schrift: 
Mitose
Meiose
Wat is het doel van de celdeling?
Zijn de dochtercellen haploïd (n) of diploïd (2n)? 
Hoeveel dochtercellen ontstaan na deze deling? 
Zijn de dochtercellen uniek? 
Bij welk(e) type(n) cellen vindt deze celdeling plaats? 

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Wat is het doel van de mitose?

Slide 4 - Open vraag

Hoeveel dochtercellen ontstaan bij de mitose?
A
1
B
2
C
4
D
8

Slide 5 - Quizvraag

Zijn de dochtercellen van de mitose uniek?
A
Ja
B
Nee

Slide 6 - Quizvraag

Noem een type cel waarbij mitose plaatsvindt.

Slide 7 - Open vraag

HAPLOID & DIPLOID
Haploïd = van alle 
chromosomen is één 
exemplaar aanwezig.

Diploïd = van alle
chromosomen zijn twee
exemplaren aanwezig.


Slide 8 - Tekstslide

HAPLOID & DIPLOID
Haploïd = van alle 
chromosomen is één 
exemplaar aanwezig.

Diploïd = van alle
chromosomen zijn twee
exemplaren aanwezig.


Slide 9 - Tekstslide

Is een spermacel haploïd of diploïd?
Leg uit!

Slide 10 - Open vraag

MEIOSE
DOEL = geslachtscellen (zaad- & eicellen) produceren met een zo groot mogelijke variatie. 

WAAR? In de zaadballen of eierstokken.

Slide 11 - Tekstslide

MEIOSE
BINAS 76B2

Twee celdelingen: 
Meiose I - de chromosomen-
paren worden gesorteerd & 
verdeeld over 2 dochtercellen

Meiose II - de chromatiden 
gaan uit elkaar en worden 
verdeeld

Slide 12 - Tekstslide

MEIOSE
BINAS 76B2
Twee celdelingen: 
Meiose I - de chromosomen-
paren worden gesorteerd & 
verdeeld over 2 dochtercellen
Meiose II - de chromatiden 
gaan uit elkaar en worden 
verdeeld
Bij de meiose ontstaan dus 4 
unieke dochtercellen! 

Slide 13 - Tekstslide

MEIOSE VS. MITOSE

Slide 14 - Tekstslide

MEIOSE VS. MITOSE

Slide 15 - Tekstslide

Vul de tabel nu volledig in (dit is, samen met opdr 1, 2, 4 & 5) huiswerk voor de volgende les. 
Mitose
Meiose
Wat is het doel van de celdeling?
Zijn de dochtercellen haploïd (n) of diploïd (2n)? 
Hoeveel dochtercellen ontstaan na deze deling? 
Zijn de dochtercellen uniek? 
Bij welk(e) type(n) cellen vindt deze celdeling plaats? 

Slide 16 - Tekstslide

Mitose
Meiose
Wat is het doel van de celdeling?
Groei, vervangen van versleten cellen & ongeslachtelijke voortplanting
Productie van geslachtscellen / haploide cellen 

Zijn de dochtercellen haploïd (n) of diploïd (2n)? 
Diploïd (2n)
Haploïd (n)
Hoeveel dochtercellen ontstaan na deze deling? 
2
4
Zijn de dochtercellen uniek? 
Nee, identiek
Ja
Bij welk(e) type(n) cellen vindt deze celdeling plaats? 
Alle lichaamscellen 
(Voorloper)geslachts-cellen  (=zaad-/eicellen)

Slide 17 - Tekstslide

Verdeling van de chromosomen
(bij metafase & anafase 1) berust
op toeval.

Zo kunnen per toeval meer 
chromosomen van je moeder 
dan van je vader in jouw zaad- of 
eicellen terecht komen (hierdoor
lijkt jouw kind dus meer op je 
moeder dan op je vader).

Deze herverdeling van erfelijke
eigenschappen van de (voor)
ouders heet; recombinatie. 

Slide 18 - Tekstslide

VANDAAG; wéér een tabel! Neem de tabel over in je schrift. 
Vorming zaadcellen
Vorming eicellen
In welk orgaan vindt de productie van deze cellen plaats? 
In welk weefsel vindt de productie van deze cellen plaats? 
Wanneer begint de meiose?
Wordt de meiose direct afgerond? Zo nee, ligt toe! 
Zijn de dochtercellen allemaal even groot? Zo nee, ligt toe! 

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

TWEELINGEN

Slide 22 - Tekstslide

DAN NU: tijd om de tabel af te maken + werken aan de rest van het huiswerk voor de volgende les: opdr 6 t/m 13.

Tabel af? Stuur een foto in! (moet deze les)

Slide 23 - Open vraag

Vorming zaadcellen
Vorming eicellen
In welk orgaan vindt de productie van deze cellen plaats? 
In welk weefsel vindt de productie van deze cellen plaats? 
Wanneer begint de meiose?
Wordt de meiose direct afgerond? Zo nee, ligt toe! 
Zijn de dochtercellen allemaal even groot? Zo nee, ligt toe! 

Slide 24 - Tekstslide