Herh Brazilië H1

Oefenvragen Brazilië hoofdstuk 1
1 / 48
volgende
Slide 1: Tekstslide
aardrijkskundeSecondary Education

In deze les zitten 48 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Oefenvragen Brazilië hoofdstuk 1

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Brasilia
Rio de Janeiro
Amazone rivier

Slide 2 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

In hoofdstuk 1 t/m 4 leer je veel over de kenmerken van Brazilië en zijn bewoners.
A
mental map
B
stereotiep beeld
C
perceptie
D
geografisch beeld

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Brazilianen houden zich in hun vrije tijd bezig met voetbal en samba.
Er is hier sprake van:
A
mental map
B
stereotiep beeld
C
perceptie
D
geografisch beeld

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Jouw waarneming van Brazilië is anders dan die van je buurvrouw/buurman.
A
mental map
B
stereotiep beeld
C
perceptie
D
geografisch beeld

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je hebt een beeld in je hoofd van het oerwoud in het Amazonegebied.
A
mental map
B
stereotiep beeld
C
perceptie
D
geografisch beeld

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

1 Brazilië ligt in de tropische en de subtropische
zone.
2 Van noord naar zuid in Brazilië is het ruim zes uur
vliegen.
A
1= absolute ligging 2= relatieve ligging
B
1= relatieve ligging 2= absolute ligging
C
1 en 2= absolute ligging
D
1 en 2= relatieve ligging

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Reliëf is in Brazilië ontstaan door:
A
Een convergente plaatgrens voor de kust
B
Een convergente plaatsgrens door het midden van het land
C
Het uiteenvallen van Pangea
D
Een transforme plaatgrens

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

                     Gebergten 
                     1= ............................ 
                     2= ............................ 
                     3=............................

Slide 9 - Tekstslide

 1= Hoogland van Guyana.
 2= Hoogland van Brazilië
 3= Serra do Mar

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe zijn de hoge plateaus gevormd? Zet de volgende zinnen in de goede volgorde.
oude stukjes continent botsten tegen elkaar en vormen een groot continent

oud gesteente aan de oppervlakte
opheffing van het gebied
verwering en erosie van miljoenen jaren



Hoe zijn de hoge plateaus gevormd? Zet de volgende zinnen in de goede volgorde. Zie volgende slide.

  • oude stukjes continent botsten tegen elkaar en   vormen een groot continent
  • oud gesteente aan de oppervlakte
  • opheffing van het gebied
  • verwering en erosie van miljoenen jaren




Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1
2
3
4
A oude stukjes continent botsten tegen elkaar en 
    vormen een groot continent
B oud gesteente aan de oppervlakte
C opheffing van het gebied
D verwering en erosie van miljoenen jaren

Slide 12 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke twee geologische processen uit de tekst hebben ervoor gezorgd dat er nu eenvoudig zo veel metalen gewonnen kunnen worden? Licht je antwoord toe.

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Verwering, erosie en sedimentatie zijn noodzakelijk geweest voor de vorming van delfstoffen in Brazilië
A
Juist
B
Onjuist

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bauxiet
Aardolie
IJzererts
In zuurstofarme oceaan neergeslagen ijzer
Dikke pakken sediment
Vorming van ondoordringbare zoutlagen
Zuurstofproducerende algen en bacteriën
Metamorfose door opheffing
Warm en vochtig klimaat
Chemische verwering van oud gesteente

Slide 16 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk klimaat komt in Brazilië NIET voor?
A
Landklimaat
B
Tropisch regenwoudklimaat
C
Savanneklimaat
D
Gematigd zeeklimaat

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In de maand juli ligt de ITCZ op het
A
Noordelijk halfrond
B
Zuidelijk halfrond

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer Brazilië onder invloed staat van een laag luchtdrukgebied is het
A
Droog
B
Nat

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


In welke tijd van het jaar valt er weinig regen in Rio de Janeiro?


A
van juni tot augustus
B
van januari tot maart

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Verklaar waarom het in juni tot augustus droger is in Rio de Janeiro.

De ITCZ ligt dan ten noorden van de evenaar, in Noord-Brazilië. Daarom zijn er dan geen stijgingsregens.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In welke maand dringt de noordoostpassaat het verst Brazilië binnen?
A
juni
B
januari

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In januari.

Deze wind kan in januari ver het land binnendringen omdat de ITCZ dan ver in het zuiden ligt. De wind waait naar dat lagedrukgebied toe.

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Met welke kleur worden de volgende
klimaten aangegeven?
  1. steppeklimaat
  2. woestijnklimaat
  3. zeeklimaat met droge winter
  4. zeeklimaat met het hele jaar neerslag
  5. tropisch regenwoudklimaat
  6. savanneklimaat

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke kenmerken horen bij het tropische regenwoud?
A
Het is er altijd nat en in de zomer warm.
B
Het is er altijd droog en altijd warm.
C
Het is in de winter warm en in de zomer behoorlijk koud.
D
Het is er altijd warm en er valt behoorlijk veel neerslag.

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

het noordoosten van Brazilië heeft een steppeklimaat en het zuidoostelijke kustgebied een zeeklimaat. Dit verschil heeft te maken met
A
de ligging bij de evenaar
B
de ligging van de bergen
C
de passaatwinden
D
stijgingsneerslag

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij welke locatie hoort dit klimaatdiagram?

Slide 27 - Tekstslide

Locatie C
Bij welke locatie hoort dit klimaatdiagram?

Slide 28 - Tekstslide

Locatie D
Ilanos (grassavanne) 
Cerrado (boomsavanne)
Bomen, struiken en grassen
Droge tijd anders dan natte tijd.
Caatinga (doornstruiksavanne)
veel doornstruiken, grassen, af en toe boom. Cactussen. 
Selva
Tropisch regenwoud
Pantanal
Atlantisch regenwoud (zelfdzaam)
Mangrove
Pampa (graslanden)

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

caatinga
cerrado
selva
veel irrigatie nodig
enorme biodiversiteit
verschuiving ITCZ duidelijk merkbaar
lijzijde
stijgingsneerslag
sojaplantages

Slide 32 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom regent het gemiddeld in Rio de Janeiro meer dan in Nederland;
A
vanwege de breedteligging
B
vanwege de zeestroom
C
vanwege de wind
D
vanwege de bergen

Slide 33 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ten Zuiden (en ten Noorden) van het tropisch regenwoud bevindt zich de savanne. Leg deze ligging uit aan de hand van de positie van de ITCZ en het kustgebergte

Slide 34 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk kenmerk van het klimaat bepaalt het verschil tussen het landschap van foto A en dat van foto B?

A                                                     B

Slide 35 - Tekstslide

De temperatuur bepaalt het verschil. Er valt in beide gebieden veel neerslag. In het Atlantische woud groeien andere planten, doordat het daar wat koeler is.
De Pantanal
Wat is niet juist?
A
grens met Bolivia en Uruguay
B
vlak, laaggelegen gebied moerasgebied
C
jaarlijkse overstromingen
D
bomen, struiken en grassen

Slide 36 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De moerassen in de Pantanal lopen onder in de maand
A
januari
B
april
C
juli
D
oktober

Slide 37 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het landschap dat door menselijke activiteiten het meeste is aangetast is de/het
A
savanne
B
tropisch regenwoud
C
atlantisch regenwoud
D
pantanal

Slide 38 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

1.4 Terugblik op de paragraaf
Foto's 1 t/m 4
Het antwoordmodel:
foto 1 natuurlandschap: mangrove
Dat zie je aan de bomen met de luchtwortels.
foto 2 natuurlandschap: caatinga
Dat zie je aan de grote droogte, maar er is nog wel vegetatie, en meer dan alleen gras.

foto 3 natuurlandschap: cerrado

Dat zie je aan de vele planten, maar niet alleen dichte hoge bomen; type savanne.

foto 4 natuurlandschap: tropisch oerwoud

Dat zie je aan bijvoorbeeld de brede rivier en de weelderige en dichte vegetatie.

 Antwoordmodel verbergen

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1.4 Opdracht 9a
Opdracht 9a Foto's 1 t/m 4
foto 3 natuurlandschap: cerrado
Dat zie je aan de vele planten, maar niet alleen dichte hoge bomen; type savanne.
foto 4 natuurlandschap: tropisch oerwoud
Dat zie je aan bijvoorbeeld de brede rivier en de weelderige en dichte vegetatie.foto 3 natuurlandschap: cerrado

Dat zie je aan de vele planten, maar niet alleen dichte hoge bomen; type savanne.

foto 4 natuurlandschap: tropisch oerwoud

Dat zie je aan bijvoorbeeld de brede rivier en de weelderige en dichte vegetatie.

 Antwoordmodel verbergen

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1.4 Opdracht 9b
Het antwoordmodel:
De bodem bij het regenwoud zal het vruchtbaarst zijn. Daar legt de rivier bij overstromingen vruchtbaar slib neer in de directe omgeving.

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Eigenlijk zou hier sprake moeten zijn van welk klimaat?
A
Df
B
Aw
C
BW
D
Cf

Slide 42 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 43 - Link

Deze slide heeft geen instructies

De Amazone heeft een regelmatiger regiem dan de Orinoco. Waarom zou dit dus een gemengde rivier moeten zijn?

Slide 44 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

De moerassen in de Pantanal lopen onder in de maand
A
januari
B
april
C
juli
D
oktober

Slide 45 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Maar waarom kan je helemaal
geen effect zien van smeltwater?

Slide 46 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Het water links is afkomstig van de
Amazone (bron: 5000m)
Rio Negro (bron: 200m)

Slide 47 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

A1
A2
B
C
heel weinig humus
moedermateriaal
inspoeling van niet  door planten opgenomen materiaal 
uitspoeling behalve van ijzer en aluminium

Slide 48 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies