H2 en H3 cultuur van de kerk Bouwkunst

Kloosters en kerken
H2 en 3 Bouwkunst
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
KunstMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Kloosters en kerken
H2 en 3 Bouwkunst

Slide 1 - Tekstslide

Kloosterordes
Benedictus van Nursia sticht eerste kloosterorde in 529
De Benedictijnen. Worden erg rijk door oa aflatenhandel. (Cluny)
Orde van de cisterciënzers scheiden zich af van de Benedictijnen

Bernardus van Clairvaux (1090-1153)

Alleen vroomheid en soberheid brengt de monniken dichterbij God

Abdij van Fontenay

Slide 2 - Tekstslide

Kloosterordes 
Benedictus van Nursia (480-547)
Benedictijnen
nederigheid, soberheid en gehoorzaamheid
ora et labora; bid en werk

Dagelijks leven middeleeuwse monnik:
bidden, werken, studeren

Grootste en machtigste orde in Europa
Veel rijkdom

Benedictus van Nursia

Slide 3 - Tekstslide

Kloosters 
plattegrond kloostercomplex van Sankt Gallen

Slide 4 - Tekstslide

Kloosterordes
Klooster van Cluny - 910
terug naar de oorspronkelijke regels van Benedictus
ook weer groot en machtig
Klooster van Cluny

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Teken- en schilderkunst
  • In  dienst van het geloof. 
  • In kloosters werden boeken gekopieerd door monniken. 
  • Manuscripten voorzien van illustraties.
  • Miniatuur = kleine illustratie in manuscript.
  • Initiaal = beginletter, vaak versierd. 

Slide 7 - Tekstslide

Books of kells
Wat bedoelen we met de term 'monnikenwerk'?

Slide 8 - Tekstslide

Kloosters en monniken
verspreiding geloof
                           kloosters en abdijen
                           monniken - vast ritme (bidden, werken)

boetedoening = bidden of iets zwaars moeten uitvoeren om je zonden recht te zetten (pelgrimage)

gebeden van geestelijken effectiever? 
- laten zich betalen om te bidden
- verkoop van aflaten

Slide 9 - Tekstslide

Kloosters
  •  Volledig zelfvoorzienend (ziekenzorg, onderwijs...)
  •  Volledige toewijding v.d. monniken of nonnen aan het geloof
  •  Bron van kennis en welvaart
  •  Kunst en wetenschap tot bloei
        --> Maar altijd in dienst van de kerk 
                en het geloof


Slide 10 - Tekstslide

Romaans
Gotiek
Welke verschillen zie jij?

Slide 11 - Tekstslide

Opdracht
De twee grote stromingen in de bouwkunst in de Middeleeuwen zijn Romaans Hst 2 en Gotiek Hst 3.
Zoek uit wat de kenmerken zijn van Romaanse bouwkunst en wat de kenmerken zijn van Gotiek. Gebruik in je antwoord oa woorden als:  skeletbouw, spitsboog, schip, luchtboog, steunbeer, glas-in-lood, zijbeuk, centraalbouw, tonggewelf, travee en goddelijk licht. 


Slide 12 - Tekstslide

Romaans
1000-1250

lage, massieve constructies met dikke muren, kleine ramen, en rondbogen

weinig decoratie
Gotisch
1250-1500

hogere en lichtere kerken door de ontwikkeling van de spitsboog en skeletbouw met luchtbogen en steunberen
veel beeldhouwwerk, glas-in-lood

Slide 13 - Tekstslide

Romaans
Gotiek

Slide 14 - Tekstslide

Kerken
basisvorm = kruisvorm
afgeleid van oude Romeinse basilica

middenschip
zijbeuken
dwarsschip (transept)
apsis, altaar en koor

(straal) kapellen

Slide 15 - Tekstslide

Gewelven
Platte, houten plafonds

Rondboog
Tongewelf
Koepelgewelf
Kruisgewelf

Slide 16 - Tekstslide

Oorsprong Romaans
  • Romeinse basilica wordt aangepast.  Toevoeging dwarsschip: kruisvorm


  • ‘Romaans’ komt van ‘Romeins’. Doet Romeins aan vanwege de rondbogen en dikke muren.

  • Veel toegepast op kloosterkerken. Kloosterleven is in afzondering -> gesloten karakter van kloosterkerken.
Saint-Sernin, Toulouse, Frankrijk, ca. 1080-1120​
Basilica van Constantijn, Trier, Duitsland, 310

Slide 17 - Tekstslide

Romaans 

  • Constructiebouw: gewicht van het dak wordt door dikke, massieve muren gedragen. 


Kenmerken:
  • Dikke muren: massief en gesloten
  • Kleine ramen: donker
  • Rondbogen
  • Tongewelf  >>>
  • Horizontaal karakter


1000 - 1200 na Chr.

Slide 18 - Tekstslide

Pelgrimskerk
Pelgrims

Relikwie

Kooromgang (zodat de dienst niet verstoord werd)

Pelgrimsroute naar Santiago de Compostela


Slide 19 - Tekstslide

Gotische bouwkunst
Middeleeuwse stad:
ommuurd, slotgracht met loopbrug
zonsondergang; poorten worden gesloten

veel hout, rijken wonen in stenen huizen
'steenrijk'

aan het marktplein waar ook de grote kerk of kathedraal ligt.
Gezicht op Utrecht
Domkerk met toren

Slide 20 - Tekstslide

Kathedralen
Skeletbouw
Kruisribgewelf
Spitsboog

Slide 21 - Tekstslide

Roosvenster
Glas-in-lood

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Oorsprong Gotiek
  • Door de welvaart en stabiliteit in de hoge middeleeuwen groeit de bevolking. Door erediensten geloof toegankelijker maken.

  • Ook door pelgrimstochten zijn grotere (pelgrims)kerken nodig.


  • Kerk is 'stukje hemel op aarde': torens reiken naar de hemel, het 'Goddelijk Licht' valt door glas-in-loodramen naar binnen.
Ontstaat in Noord-Frankrijk. 

Abt Suger: ‘We zochten naar architectuur van het licht die de beschouwer van het materiële naar het goddelijke moest verheffen’.

God = licht. Licht is de essentie van schoonheid. 

Slide 24 - Tekstslide

Gotiek

  • Skeletbouwconstructie: skelet draagt het gewicht (niet de muren), gewicht wordt afgeleid door kruisribgewelf, pilaren, luchtbogen en steunberen (en pinakels).

Kenmerken:
  • Dunnere muren: open en sierlijk
  • Grote glas-in-loodramen, roosvensters
  • Spitsbogen
  • Kruisribgewelf>>>
  • Verticaal karakter


1150 - 1500 na Chr.

Slide 25 - Tekstslide

ROMAANS
GOTIEK
DUNNERE MUREN
DIKKE MUREN
SPITSBOGEN
RONDBOGEN
GROTE VENSTERS
KLEINE VENSTERS
KRUISRIBGEWELF
SKELETBOUW
TONGEWELF
HORIZONTAAL GEBOUWD
VERTICAAL GEBOUWD
STEUNBEREN
PINAKEL
LUCHTBOGEN
GESLOTEN, DONKER, MASSIEF
OPEN EN SIERLIJK

Slide 26 - Sleepvraag

Kies uit: 1. Narthex; 2. Schip; 3. Zijbeuk; 4. Toren; 5. Transept; 
6. Viering; 7. Absis; 8. Straalkapel; 9. Priesterkoor; 10. Kooromgang
Teken dit plaatje in je schrift. Noteer de juiste namen bij de verschillende onderdelen van de kerk.

Slide 27 - Tekstslide

Tongewelf                   Kruisgewelf             Kruisribgewelf
        (Rom.)                                                             (Got.)             
 Soorten gewelven

Slide 28 - Tekstslide

Gotiek in Frankrijk
Na Romaanse bouwkunst ontstond de Gotiek in Frankrijk, in een gebied dat Ile de France wordt genoemd en Parijs als middelpunt heeft.
De naam Gotisch (barbaars) was oorspronkelijk een scheldnaam, genoemd door een italiaanse schrijver/architect (1550 na Chr.) voor de bouwkunst van de middeleeuwen.

Slide 29 - Tekstslide

Gotiek in Frankrijk
Kathedraal van Amiens                                    St. Denis

Slide 30 - Tekstslide

Gotiek in Duitsland
Domkerk van Keulen
Grootste nog bestaande in Noord Europa

Bouw begonnen in de middeleeuwen
pas in 1880 afgemaakt, wel volgens de 
originele plannen en bouwtekeningen

Slide 31 - Tekstslide

Gotiek in Nederland
De belangrijke eigenschappen zijn:
De drang naar verticaliteit en naar licht.
Dat licht werd binnengehaald door 
hoge vensters en grote roosvensters. 
Gebouwen werden dan ook steeds 
hoger en daardoor ogenschijnlijk smaller.

Slide 32 - Tekstslide

Gotiek in Groot Brittannië
In Engeland krijgt gotiek een eigen gezicht, 
de kerkgevels zijn breder en daardoor maken 
ze een horizontale indruk, 
de kruisribgewelven worden getransformeerd
tot ingewikkelde patronen die aan palmbomen/
 visnetten doen denken. 
Er zijn ook kleine spitsboogvensters.                                Kathedraal van Wells

Slide 33 - Tekstslide

Gotiek in Italië
Duomo Santa Maria Nascente
Er zijn heel veel steunberen, 
spitsbogen en hoge ramen.
Het gebouw is zeer hoog. 

Daardoor moesten er ook veel steunberen zijn.
Die waren ook nodig voor de zware gewelven.

Slide 34 - Tekstslide

Gotiek in Spanje
Noord Spanje mooie gotische kerken
Vanuit het noorden overgebracht door pelgrims, 
op weg naar Santiago de Compostela

                                 Zuid Spanje; gotische stijl met elementen uit de muderjarstijl
                                 Beinvloed door islamitische kunst en Moorse invloeden 

Slide 35 - Tekstslide