2 kraakbeenweesel en beenweefsel

Kraakbeenweefsel en beenweefsel 
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Kraakbeenweefsel en beenweefsel 

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
  • Je kunt de kenmerken van kraakbeenweefsel en beenweesel noemen en in de afbeeldingen de delen benoemen. 
  • Je kunt beschrijven hoe de samenstelling van beenderen verandert tijdens het leven. 

Slide 2 - Tekstslide

Weet je het nog? 
Het skelet bestaat uit beenderen. 
In totaal hebben we  beenderen. 
206

Slide 3 - Tekstslide

Kraakbeen
Waar in je lichaam zit kraakbeen?

Slide 4 - Tekstslide

Plekken met veel kraakbeen
  In de neus.
 Tussen borstbeen en ribben.
 Tussen de wervels van de wervelkolom.
In de oorschelp.
Gewrichten
Luchtpijp/strottenhoofd.

Slide 5 - Tekstslide

Kraakbeenweefsel
Kraakbeen bevat veel lijmstof en weinig kalk. Hierdoor is het buigzaam. 
Waar 2 botten tegen elkaar komen, zit ook een laagje kraakbeen. 

Slide 6 - Tekstslide

Kraakbeenweefsel
Kraakbeenweefsel bestaat uit cellen die in groepjes bij elkaar in tussencelstof liggen. 

Slide 7 - Tekstslide

Beenweefsel
Botten bestaan uit lijmstof en kalk. 
Lijmstof zorgt ervoor dat botten een beetje buigzaam zijn.
Kalk zorgt ervoor dat botten stevig en hard zijn. 

Slide 8 - Tekstslide

Cellen in kringen rondom kanaaltjes.
In de kanaaltjes lopen bloedvaten. 
Cel heeft uitlopers naar het bloedvat. 
Tussencelstof is hard, gevormd door kalkzouten (hardheid) en lijmstof (een beetje buigzaam).
Beenweefsel

Slide 9 - Tekstslide

kraakbeen
beenweefsel

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Baby's
Hebben veel lijmstof en weinig kalk in hun botten. Ze breken bijna nooit een bot. Ze zijn ook erg soepel en lenig. 

Bejaarden
Hebben veel kalk en weinig lijmstof in hun botten. Als ze vallen, breken ze snel hun botten. 


Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Eerst nog oefenen met een quizje!

Slide 14 - Tekstslide

Welke stof zorgt voor de soepelheid/beweegbaarheid van de botten?
A
Kalkstof
B
lijmstof

Slide 15 - Quizvraag

Bij baby’s bestaat het skelet vooral uit 

 Tijdens de groei verandert het meeste kraakbeen in

Bij het ouder worden neemt de hoeveelheid
 in de botten af en de hoeveelheid 
neemt toe.
Lijmstof
Bot
Kraakbeenweefsel
Kalk

Slide 16 - Sleepvraag

Leg in eigen woorden uit waarom baby's bijna nooit een bot breken.

Slide 17 - Open vraag

Kraakbeenweefsel of botweefsel?
kraakbeen
kraakbeen
bot
bot
bot

Slide 18 - Sleepvraag

welke stof beschermt onze botten tegen slijtage?
A
lijmstof
B
kalk
C
kraakbeen

Slide 19 - Quizvraag

De beenderen van een kind bevatten meer kalk dan de beenderen van een oudere
A
ja
B
nee

Slide 20 - Quizvraag

Bij oude mensen bevatten de beenderen veel
 en weinig
Als mensen ouder worden, verandert er ook veel kraakbeenweefsel in



kraakbeen
botweefsel
Lijmstof
Kalkzouten
tussencelstof

Slide 21 - Sleepvraag

Het skelet van een volwassen mens bestaat uit:
A
500 botten
B
206 botten
C
350 botten
D
150 botten

Slide 22 - Quizvraag

Botweefsel
Kraakbeenweefsel
Hard en stevig
Flexibel
Cellen in groepjes bij elkaar
Cellen in ringen rond een centraal kanaal

Slide 23 - Sleepvraag

Het stukje weefsel in de afbeelding is
Kraakbeenweefsel
Beenweefsel

Slide 24 - Sleepvraag

Bevat veel lijmstof
Bevat weinig lijmstof
Bevat veel kalkzouten
Is buigzaam
Bevat weinig kalkzouten
Beenweefsel
Kraakbeenweefsel
Is stevig

Slide 25 - Sleepvraag

    Aan het (huis) werk
Lees en markeer B2
Maak de opdrachten 9 t/m 12

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide