‹Terug naar zoeken

Noël (24 et 25 décembre) & Saint-Sylvestre (31 décembre / 1er janvier)

Quiz de Noël......... et 
de.... la Saint-Sylvestre
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Quiz de Noël......... et 
de.... la Saint-Sylvestre

Slide 1 - Tekstslide

vocabulaire
Noël                     = kerst                               la neige        = de sneeuw
le renne             = het rendier                   la lumière    = het licht           
le gui                   = de maretak                  l'étoile           = de ster      
les chansons  = de liedjes                     le nouvel an= nieuwjaarsdag le sapin             = de kerstboom             l'hiver             = de winter
un arbre           = een boom                        la bougie      = de kaars








C’est pourquoi daarom
Sans zonder
Assez genoeg, tamelijk

les décorations
le sapin
la boule de Noël
les chansons de Noël
la neige






Liedje

Slide 2 - Tekstslide

Wat betekent:
Noël?
timer
0:30

Slide 3 - Open vraag

Wat betekent:
le renne?
timer
0:30

Slide 4 - Open vraag

Wat betekent:
le sapin?
timer
0:30
A
het konijn
B
de maretak
C
de kerstboom
D
de kerstman

Slide 5 - Quizvraag

Wat betekent:
la neige?
timer
0:30
A
de sneeuw
B
de regen
C
de kerstboom
D
de kerstman

Slide 6 - Quizvraag

 vocabulaire
un gâteau                  = een cake,taart                       janvier = januari
la Saint-Sylvestre  = oudejaarsavond
Bonne année           = Gelukkig Nieuwjaar
le feu d'artifice       = het vuurwerk
la naissance            = de geboorte 
le bonhomme de neige = de sneeuwpop
décembre = december








C’est pourquoi daarom
Sans zonder
Assez genoeg, tamelijk

les décorations
le sapin
la boule de Noël
les chansons de Noël
la neige






Liedje

Slide 7 - Tekstslide

Wat betekent:
le bonhomme de neige?
timer
0:30

Slide 8 - Open vraag

Wat betekent:
le feu d'artifice?
timer
0:30

Slide 9 - Open vraag

Wat betekent:
la Saint-Sylvestre?
timer
0:30
A
kerstmis
B
oudejaarsavond
C
nieuwjaar
D
gelukkig nieuwjaar

Slide 10 - Quizvraag

Wat betekent:
Bonne Année?
timer
0:30
A
kerstmis
B
oudejaarsavond
C
nieuwjaar
D
gelukkig nieuwjaar

Slide 11 - Quizvraag

timer
0:30
Noël
feu d'artifice
la Saint-Sylvestre
sapin
le renne
bonne année
boules, guirlandes, étoiles
champagne

Slide 12 - Sleepvraag

Welke maand hoort bij Noël en welke hoort bij Le jour de l'An? (geef antwoord in het Frans! Scheid de woorden met een komma en geen spatie
timer
0:30

Slide 13 - Open vraag

Op welke dag is het Noël in
Frankrijk?
timer
0:30
A
le vingt-quatre décembre
B
le vingt-six décembre
C
le vingt-cinq décembre
D
le vingt-trois décembre

Slide 14 - Quizvraag

Regarde bien le sapin!!!!!!!
Liedje

Slide 15 - Tekstslide

Wat heeft deze kerstboom niet voor décorations?
timer
0:30
A
des bougies
B
des étoiles
C
des boules
D
des guirlandes

Slide 16 - Quizvraag

Welke land heeft meer
'feu d'artifice' bij
Saint-Sylvestre?
timer
0:30
A
Les Pays-Bas
B
La France

Slide 17 - Quizvraag


Bij welk feest hoort 'une église'?
timer
0:30
A
Noël
B
Saint-Sylvestre

Slide 18 - Quizvraag

Op welke dag wordt
in Frankrijk
Noël NIET gevierd?
timer
0:30
A
le vingt-quatre décembre
B
le vingt-cinq décembre
C
le vingt-six décembre

Slide 19 - Quizvraag

Wie is 'le père Noël'?
timer
0:30
A
de papa die Noël heet
B
de pastoor
C
het kindje Jezus
D
de kerstman

Slide 20 - Quizvraag

 foie gras
(=ganzenlever)
des huitres
(=oesters)
Een beetje cultuur ....

Slide 21 - Tekstslide

escargots
(=slakken)
saumon fumé
(=gerookte zalm)
Een beetje cultuur ....

Slide 22 - Tekstslide

la dinde 
(=de kalkoen)
le marron
(=de kastagne)
Een beetje cultuur ....

Slide 23 - Tekstslide

Hoe heet dit in het Frans?
A
un marron
B
une dinde
C
du foie-gras
D
un escargot

Slide 24 - Quizvraag

Hoe heet dit in het Frans?
A
un marron
B
une dinde
C
du foie-gras
D
un escargot

Slide 25 - Quizvraag

le 24 décembre: le Réveillon
(=avond voor kerst)
Bûche de Noël
(=kerstdessert)
Een beetje cultuur ....

Slide 26 - Tekstslide

la bûche de Noël
Het is een eeuwenoude Franse traditie: bij kerstavond hoort een boomstammetje. Ooit een echt stuk hout dat langzaam moest opbranden in de haard om de familie van een goede oogst te verzekeren in het komende jaar. Hoe langer de boomstam bleef branden, hoe beter de volgende oogst zou uitpakken, zo was het bijgeloof. Later werd het een nagerecht dat de vorm van het blok hout imiteerde.


Liedje

Slide 27 - Tekstslide

Wanneer eten Franse mensen "une bûche de Noël"?
A
le vingt-six décembre
B
le trente et un décembre
C
le vingt-cinq décembre
D
le premier janvier

Slide 28 - Quizvraag

Welke letters ontbreken?
Jo..eux Noël
&
Bonne A..ée
timer
0:30
A
j - n
B
y - n
C
y - nn
D
j - nn

Slide 29 - Quizvraag

           Joyeux Noël 

Slide 30 - Tekstslide

Meer lessen zoals deze

Noël (24 et 25 décembre) & Saint-Sylvestre (31 décembre / 1er janvier)

- Les met 27 slides
FransMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

03 - Noël & Saint-Sylvestre (thuis)

- Les met 43 slides
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1,2

Noël & Saint-Sylvestre (thuis)

- Les met 48 slides
FransMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

Noël en France

- Les met 30 slides
FransMiddelbare schoolvmbo t, havo, vwoLeerjaar 1

t2a Noël & Saint-Sylvestre

- Les met 34 slides
FransMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

Les 2 Noël & Saint-Sylvestre quiz

- Les met 41 slides
FransMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

Noël & Saint-Sylvestre (thuis)

- Les met 31 slides
FransMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

03 - Noël & Saint-Sylvestre (thuis)

- Les met 29 slides
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1,2