De Tien Tijdvakken

• Geschiedenis
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 5

De tien tijdvakken

In deze presentatie herhalen we de tien tijdvakken van de geschiedenis volgens de methode Forum. Elk tijdvak bevat de kenmerkende aspecten, een tijdlijn met begrippen en personen, kaarten uit het opdrachtenboek.

We verwachten dat je voor de les de tijdvakken hebt doorgelezen.

1. Tijd van jagers en boeren (tot 3000 v. C.)

Kenmerkende aspecten:

- De levenswijze van jagers-verzamelaars

- Het ontstaan van landbouw en landbouwsamenlevingen

- Het ontstaan van de eerste stedelijke gemeenschappen

Tijdlijn - 3000 v. C.

Neolitische revolutie?

Waarom is het neolithische revolutie en geen evolutie?

Vragen uit het opdrachtenboek

2. Tijd van Grieken en Romeinen (3000 v. Chr. - 500 n. C.)

Kenmerkende aspecten:

- De ontwikkeling van wetenschappelijk denken

- De klassieke vormentaal van de Grieks-Romeinse cultuur

- De groei van het Romeins imperium

- De confrontatie tussen de Romeinen en Germanen

- Jodendom en Christendom als eerste monotheïstische godsdiensten

Tijdlijn -3000 v. C. - 500 n.C.

Het Romeinse Rijk

Romeinen, joden en christenen

Polytheïsme

Monotheïsme

Gelovigen vereren maar één god.

Gelovigen vereren meerdere goden.

Christendom

Jodendom

Het Romeinse geloof

Vereren Romeinse Keizer

Vragen uit het opdrachtenboek

3. Tijd van Monniken en ridders (500 - 1000)

Kenmerkende aspecten:

- Het ontstaan en de verspreiding van de Islam

- De vervanging van de agrarisch-urbane cultuur door de 

   agrarische cultuur (hofstelsel en horigheid)

- Feodale verhoudingen in het bestuur

- de verspreiding van het Christendom in heel Europa

Tijdlijn 500 - 1000

hofstelsel en feodaliteit

Wat was het leenstelsel?

1. Een stelsel waarbij een leenheer land uitleende aan horigen
2. Een stelsel waarbij de koning zijn land onder de geestelijkheid verdeelde
3. Een stelsel waarbij een leenman zijn land aan een leenheer uitleende
4. Een stelsel waarbij een koning zijn land uitleende aan zijn ridders / edelen

Flashcards:

Bij de drie tijdvakken die je nu gehad hebt, staan begrippen.

Schrijf elk begrip apart op een flashcard en schrijf op de achterkant de betekenis van deze begrippen.

Zo kun je voor een toets makkelijk alle begrippen leren.

Vragen uit het opdrachtenboek

4. Tijd van steden en staten (1000 - 1500)

Kenmerkende aspecten:

- Opkomst van de handel en ambacht

- Opkomst van de stedelijke burgerij en stadsrechten

- Het begin van staatsvorming en centralisatie

- De strijd tussen kerk en staat over het primaat

- De expansie van het christendom, mede door kruistochten

Tijdlijn 1000-1500

Kaart Kruistochten

Wat was de investituurstrijd?

Vragen uit het opdrachtenboek

5. Tijd van ontdekkers en hervormers (1500 - 1600)

Kenmerkende aspecten:

- Ontdekkingsreizen (Europese expansie over zee)

- Nieuwe wetenschappelijke belangstelling 

- De Renaissance en het humanisme

- De Reformatie die zorgde voor een splitsing in de christelijke

   kerk

- De Nederlandse Opstand

Tijdlijn 1500 - 1600

Kaart Ontdekkingsreizen

Braindump: 

Tijdvak 4 gaat over steden en staten. 

Wat weet je nog?

Schrijf zoveel mogelijk woorden, begrippen of zinnen op die te maken hebben met tijdvak 4.

Hiermee activeer je je voorkennis en merk je dat je ongemerkt best veel weet.

Vragen uit het opdrachtenboek

6. Tijd van regenten en vorsten (1600-1700)

Kenmerkende aspecten:

- Het absolutisme

- De bijzondere plaats in staatkundig opzicht en de bloei in       economisch en cultureel opzicht van de Republiek  (Gouden     Eeuw)

- Handelskapitalisme en wereldeconomie

- De wetenschappelijke revolutie

Tijdlijn 1600 - 1700

Kaart wereldeconomie

Wat weet je nu al over
De Republiek?

Vragen uit het opdrachtenboek

7. Tijd van pruiken en revoluties (1700 - 1800)

Kenmerkende aspecten:

- De Verlichting

- Verlicht absolutisme

- Plantagekoloniën, trans-Atlantische driehoekshandel en 

   abolitionisme

- Democratische revoluties

Tijdlijn 1700 - 1800

Alle verlichte denkers waren atheïsten.

Waar 

Niet waar

Volgens de verlichting moest de onwetendheid licht brengen in de duisternis van de rede.

Verlichte denkers wilden alles met hun gevoel begrijpen.

De verlichting was een gevolg van de wetenschappelijke revolutie in de 17e eeuw.

De verlichting ontstond in westerse landen.

Verlichte denkers vonden dat God niet meer moest ingrijpen in het leven.

Vragen uit het opdrachtenboek

8. burgers en stoommachines (1800 - 1900)

Kenmerkende aspecten:

- De industriële Revolutie

- De sociale kwestie

- Het moderne imperialisme

- Emancipatiebewegingen

- Democratisering

- Politieke stromingen

Tijdlijn 1800 - 1900 

Tijdlijn 1800 -1900

Het Moderne imperialisme

9. Wereldoorlogen & crisis (1900- 1950)

- Massaorganisaties

- Totalitaire systemen

- De economische wereldcrisis

- De Eerste Wereldoorlog

- De Tweede Wereldoorlog

- De Volkenmoord

- De Duitse bezetting van Nederland

- Totale oorlog

- Opkomst van nationalisme in koloniën

Tijdlijn 1900 - 1950

Tijdlijn 1900 -1945

10. Televisie & computer (1950 - heden)

- Koude Oorlog

- Dekolonisatie

- Europese eenwording

- De 'jaren zestig'

- Pluriforme samenlevingen

Tijdlijn 1950 - heden

Koude Oorlog

Tweede Wereldoorlog