Powercollege 4_Plaatsbepaling

Plaatsbepaling 
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Plaatsbepaling 

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel
Je kunt met behulp van geografische coördinaten de ligging van plaatsen bepalen. 

Slide 2 - Tekstslide

  • Lijnen die evenwijdig lopen aan de evenaar heten breedtecirkels of parallellen.
  • Het deel van de aarde ten noorden van de evenaar, heet het noordelijk halfrond
  • Het deel van de aarde ten zuiden van de evenaar, heet het zuidelijk halfrond
  • De evenaar is de breedtecirkel van .
  • De noordpool ligt op 90° NB en de zuidpool op 90° ZB 
  • De afstand van een plaats tot de evenaar noem je de geografische breedte.

Slide 3 - Tekstslide

  • Lijnen die van de noordpool naar de zuidpool gaan heten lengtecirkels of meridianen.
  • De nulmeridiaan loopt precies over het plaatsje Greenwich bij Londen.
  • Het halfrond ten westen van de nulmeridiaan noemen we westelijk halfrond.
  • Het halfrond ten oosten van de nulmeridiaan noemen we oostelijk halfrond.
  • De afstand van een plaats tot de nulmeridiaan noem je geografische lengte

Slide 4 - Tekstslide

Wat is de evenaar?
A
De lengtecirkel die over Greenwich loopt
B
De breedtecirkel die de aarde in noord en zuid verdeeld
C
De enige zichtbare breedtecirkel
D
Een ander woord voor lengtecirkel

Slide 5 - Quizvraag

Wat is een ander woord voor breedtecirkel?
A
Parallel
B
Geografische breedte
C
Meridiaan
D
Evenaar

Slide 6 - Quizvraag

Wij bevinden ons nu op het ...
A
Noordelijk halfrond
B
Zuidelijk halfrond

Slide 7 - Quizvraag

Wij bevinden ons nu op
A
Westerlengte
B
Oosterlengte

Slide 8 - Quizvraag


A
Ik zie alleen parallellen op de globe
B
Ik zie alleen meridianen op de globe
C
Ik zie zowel parallellen als meridianen op de globe
D
Ik zie geen van beide

Slide 9 - Quizvraag

Waar ligt plaats P? 

Slide 10 - Tekstslide

Op welke breedte ligt plaats P?
A
Noorderbreedte
B
Zuiderbreedte

Slide 11 - Quizvraag

Op welke lengte ligt plaats P?
A
Oosterlengte
B
Westerlengte

Slide 12 - Quizvraag