4.1 Van alles verzekerd?

Afspraken online lessen
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Afspraken online lessen

Slide 1 - Tekstslide

Dit heb je nodig:
  1. Open je boek op blz. 102
  2. Pak je pen en rekenmachine
  3. Open je schrift voor een aantekening

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan wij deze les doen?
Beginnen aan eerste deel van paragraaf  4.1 door middel van:
- Uitleg
- Interactieve vragen
- Opdrachten uit het boek 


Uitleg online schrift 

Slide 3 - Tekstslide

In deze les leer je
  1. Wat een verzekering is.
  2. Waarom je een verzekering moet nemen.
  3. Wat een eigen risico is en welke invloed dat heeft op je premie.
  4. Wat een premie, polis en polisvoorwaarden zijn.
  5. Het verschil tussen een verzekeraar en een verzekerde.

Slide 4 - Tekstslide

Waar denk je aan bij het begrip verzekeren?

Slide 5 - Woordweb

Verzekering
Als je een verzekering afsluit, neemt een verzekeringsmaatschappij 
(de verzekeraar) het risico van schade over van jou, de verzekerde. 

Als je dan schade hebt, krijg je die door de verzekeraar vergoed. 

Slide 6 - Tekstslide

Voorbeelden van verzekeringen

Fietsverzekering

Aansprakelijkheidsverzekering voor particulieren (AVP)

Inboedelverzekering

Opstalverzekering

WA-verzekering motorvoertuigen

WA + cascoverzekering

Zorgverzekering



Slide 7 - Tekstslide

Onzeker voorval
Je krijgt schade alleen vergoed als die het gevolg is van een onzeker voorval. Dat is een gebeurtenis waarvan je niet weet wanneer en of die ooit zal plaatsvinden.

Slide 8 - Tekstslide

Verzekeraar
De verzekeringsmaatschappij.

Slide 9 - Tekstslide

Verzekerde
Degene die zich verzekert bij een verzekeringsmaatschappij.

Slide 10 - Tekstslide

Premie
De prijs van de verzekering; het bedrag dat een verzekerde betaalt aan de verzekeringsmaatschappij om verzekerd te zijn.

De hoogte van de premie hangt af van het risico en hoogte van het verzekerd bedrag.

Slide 11 - Tekstslide

Eigen risico
Het deel van de schade dat je als verzekerde zelf betaalt.

Hoe hoger je eigen risico, hoe lager je premie.




Slide 12 - Tekstslide

Polis
Een bewijs van verzekering.
Staat in wat er verzekerd is tegen welk bedrag (dit noem je de dekking van je verzekering).


Slide 13 - Tekstslide

Verzekerings-voorwaarden

Hierin staan de rechten en de plichten van de verzekerde en de verzekeraar.

Slide 14 - Tekstslide

Samen tabel blz. 103 bekijken

Slide 15 - Tekstslide

Welkom!
  1. Pak je boek erbij op blz. 104
  2. Open je schrift voor een aantekening
  3. Pak je pen en rekenmachine
timer
5:00

Slide 16 - Tekstslide

Dit gaan wij vandaag doen
  1. Herhalen aan de hand van interactieve vragen
  2. Nieuwe uitleg
  3. Zelfstandig werken
  4. Herhalen nieuwe uitleg

Slide 17 - Tekstslide

Waarom betaal je minder premie bij een hoger eigen risico?

Slide 18 - Open vraag

In deze les leer je
  1. Wat een aansprakelijkheidsverzekering voor particulieren is.
  2. Wat materiële schade is.
  3. Hoe je verzekeringskosten berekent

Slide 19 - Tekstslide

AVP
De Aansprakelijkheidsverzekering voor particulieren (AVP) is een verzekering tegen schade die je zonder opzet aan anderen toebrengt. 

Je bent dan verzekerd tegen zowel de lichamelijke als de materiële schade die je iemand toebrengt.

Materiële schade: schade aan bijvoorbeeld fiets of kleding.



Bij een AVP voor een gezin zijn ook de partner, kinderen, minderjarige logés en huisdieren meeverzekerd.

Slide 20 - Tekstslide

Voorbeeld AVP
Tijdens een storm komt het dak los van de garage. De garage maakt onderdeel uit van jouw huis en is dus meeverzekerd op de AVP. Een deel van het dak komt op een fietser terecht. Jij bent als eigenaar van het huis aansprakelijk voor schade veroorzaakt door het huis.

Slide 21 - Tekstslide

Voorbeeld
Premie €65
Poliskosten €5
Assurantiebelasting 21%

Wat zijn de verzekeringskosten?

Slide 22 - Tekstslide

Kosten verzekering
De totale verzekeringskosten bestaan uit: 
  • premie
  • poliskosten 
  • assurantiebelasting

Verzekeringskosten = (premie+poliskosten) + assurantiebelasting

Slide 23 - Tekstslide

Voorbeeld
Premie €65
Poliskosten €5
Assurantiebelasting 21%

Wat zijn de verzekeringskosten?

Slide 24 - Tekstslide

Voorbeeld - Nu zelf proberen
Premie €150
Poliskosten €3,85
Assurantiebelasting 21%

Wat zijn de verzekeringskosten?

Slide 25 - Tekstslide

Klik het juiste antwoord aan
A
€186,15
B
186,16
C
186,158
D
€186,16

Slide 26 - Quizvraag

Zelfstandig werken
Maak opgave 1 t/m 13 vanaf blz. 102.

Dit doe je:
- In je online schrift (zie Classroom)
- In je normale schrift en daarna foto's in je online schrift plakken

Eerst 5 min zelf proberen, daarna pas vragen stellen.


timer
5:00

Slide 27 - Tekstslide

Zelfstandig werken
Maak opgave 1 t/m 13 vanaf blz. 102.


Steek je hand op door de button 
of stel je vraag via de chat


timer
5:00

Slide 28 - Tekstslide

Is de volgende stelling juist of onjuist?
Poliskosten betaal je jaarlijks.
A
juist
B
onjuist

Slide 29 - Quizvraag

Wat zijn vormen van materiële schade? (meerde antwoorden mogelijk)
A
scooter
B
verdriet
C
na een ongeval
D
iPhone

Slide 30 - Quizvraag

Wat heb je vandaag geleerd?

Slide 31 - Open vraag