NN6 Woordenschat H1 les 1

Woordenschat H1 - 2B
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo lwoo, b, kLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Woordenschat H1 - 2B

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Aan het eind van deze les...

  • weet je wat je moet doen als je een onbekend woord in een tekst tegenkomt;

  • ken je vijf woordraadstrategieën en kun je deze gebruiken.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesplanning

  • Uitleg
  • Vragen via Lessonup
  • Opdracht 1 klassikaal
  • Zelfstandig werken
  • Afsluiting

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Onbekend woord?
Zoek in de tekst naar de betekenis! Lees een stukje terug en een stukje verder.


Vorig jaar heb je hiervoor vijf manieren geleerd:

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

5 woordraadstrategieën
        
  • Zoek een synoniem 
  • Zoek een omschrijving of definitie
  • Zoek een voorbeeld
  • Zoek een tegenstelling
  • Zoek een bekend woorddeel

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. een synoniem zoeken
synoniemen = twee woorden met dezelfde betekenis

In deze fabriek produceren ze badmode. Ze maken er bikini's, badjassen en zwembroeken

Synoniemen: produceren + maken 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. omschrijving / betekenis zoeken
De jonge profvoetballer laat zijn zaken regelen door iemand anders. Deze manager werkt ook voor andere voetballers

manager = iemand die een ander zijn zaken regelt

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3. een voorbeeld zoeken
Jongeren die iets hebben vernield, krijgen soms een taakstraf, zoals papier prikken of onkruid weghalen.

Voorbeelden bij taakstraf zijn papier prikken of onkruid weghalen.
Bij een taakstraf moet je dus voor straf klusjes doen.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4. een tegenstelling zoeken

Nieuwe games zijn soms prijzig, maar in de uitverkoop zijn ze goedkoop.

De tegenstelling van prijzig is goedkoop. 
Prijzig = duur

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

5. een bekend woorddeel zoeken
Soms hebben woorden een voorvoegsel of een achtervoegsel.

Onnodig = niet nodig

Gevoelloos = zonder gevoel


Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Inloggen lessonup.app

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat betekent het woord onnatuurlijk?
Let op het bekende woorddeel!

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het synoniem van afbeeldingen?
In dit boek staan veel afbeeldingen. Het is leuk om erin te werken, omdat er zoveel plaatjes in staan.

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat betekent horizontaal?
Je moet de woorden in de puzzel horizontaal, van links naar rechts, invullen.

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de tegenstelling van correct?
Alleen als alle antwoorden correct zijn, heb je een tien. Je mag dus geen vraag fout hebben.

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarvan zijn voetbal, honkbal en tennis voorbeelden?
Marco houdt van balsporten, zoals voetbal, honkbal en tennis.

Slide 16 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Dit is woordraadstrategie:
A
voorbeeld
B
tegenstelling
C
synoniem
D
betekenis / omschrijving

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Dit is woordraadstrategie:
A
voorbeeld
B
tegenstelling
C
synoniem
D
betekenis / omschrijving

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Zinsdelen: stappenplan
  1. We maken samen opdracht 1.
  2. Je maakt zelfstandig opdracht 2 + 3. 
Opdracht
timer
10:00

Slide 19 - Tekstslide

Video in de lesstof samen kijken.
Stap 4: de zinsdeelproef
Zinsdelen: stappenplan
Noem de vijf manieren waarop je de betekenis van een onbekend woord in de tekst kunt vinden.
Afsluiting

Slide 20 - Tekstslide

Video in de lesstof samen kijken.
Stap 4: de zinsdeelproef