gwp hv2 tekst 3 en 4
1 / 10
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
In veel Duitse staten was er een oppositie (tegenstanders van de regering). Deze waren
A
liberalen
(willen vrijheid, geen inmenging van de regering)
B
nationalisten
C
liberalen en nationalisten
Slide 2 - Quizvraag
Bismarck was de kanselier van Pruisen
A
de regeringsleider van Pruisen
B
de keizer van Pruisen
C
Allebei antwoorden zijn JUIST
D
Allebei antwoorden zijn ONJUIST
Slide 3 - Quizvraag
In Pruisen beloofde Bismarck de Duitse eenwording
A
via liberaal geklets/via liberalisme
(via onderling overleg)
B
met ijzer en bloed
(strijden)
C
via een revolutie
Slide 4 - Quizvraag
Bismarck wilde de Duitse eenheid bereiken, dit wil zeggen
A
zo werd Duitsland een natie
B
zo werd Duitsland een natiestaat
Slide 5 - Quizvraag
Bismarck wilde de Duitse eenheid bereiken door
A
door oorlog tegen Frankrijk te voeren
B
oorlog tegen de andere Duitse staten te voeren
Slide 6 - Quizvraag
De Frans- Duitse oorlog zou van Duitsland een natiestaat maken doordat
A
de Fransen de Duitsers haatten (zo zouden alle Fransen meevechten)
B
de Duitsers de Fransen haatten (zo zouden alle Duitsers meevechten)
Slide 7 - Quizvraag
Wat was de aanleiding (directe oorzaak) van de Frans-Duitse oorlog?
A
Een aanval op Pruisen
B
Een bloedbad in Frankrijk
C
Duitsland stuurde een beledigende telegram aan Frankrijk
D
Duitsland had een Frans grensgebied veroverd
Slide 8 - Quizvraag
De Frans-Duitse oorlog werd een bloedbad door de industrialisatie
A
waar
B
niet waar
Slide 9 - Quizvraag
Wat is FOUT? Pruisen won de Frans-Duitse oorlog, zo werd
A
Duitsland een natiestaat
B
de Pruisische koning de koning van het nieuwe Duitse rijk
C
Duitsland een bondstaat
D
de Franse grensprovincie Elzas-Lotharingen van Duitsland
