Woordenschat quiz week 44 t/m 46

Welkom!

Woordenschat met Kidsweek in de Klas | quiz week 44 t/m 46

1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
WoordenschatBasisschoolGroep 7,8

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Welkom!

Woordenschat met Kidsweek in de Klas | quiz week 44 t/m 46

Slide 1 - Tekstslide




              Lesdoelen
Deze week test je door deze quiz of je de woorden die je de afgelopen drie weken geleerd hebt nog kent. Veel succes!







Veel succes!

Slide 2 - Tekstslide


Welk woord staat hier? Typ het woord hieronder!
Oefen met de moeilijke woorden!

Slide 3 - Open vraag


Wat betekent komisch?
Oefen met de moeilijke woorden!
A
schokkend
B
grappig

Slide 4 - Quizvraag


Welke uitspraak is waar?
Oefen met de moeilijke woorden!
A
Te kennen geven betekent dat je iemand tegenkomt die je kent.
B
Te kennen geven betekent iets laten weten.

Slide 5 - Quizvraag


Welk woord beschrijft Scoop?

Typ het woord hieronder!

Oefen met de moeilijke woorden!
"Jagen op iets of iemand."

Slide 6 - Open vraag

Wat hoort bij ter hand nemen en wat bij de laatste hand leggen aan?
Sleep de zinnen naar het juiste vak.
Oefen met de moeilijke woorden!
ter hand nemen
de laatste hand leggen aan
De laatste steen van een huis.
Het eerste woordje van een werkstuk.
De puzzel afmaken.

Slide 7 - Sleepvraag


Is de onderstaande zin WAAR of NIET WAAR?
'De teleurstelling betekent dat iets niet zo is
zoals je verwacht had.'

Oefen met de moeilijke woorden!
A
WAAR
B
NIET WAAR

Slide 8 - Quizvraag


Welk woord hoort op de lege plek in de zin?

"....... betekent jagen op iets of iemand."
Oefen met de moeilijke woorden!
A
jacht maken op
B
iets op je geweten hebben

Slide 9 - Quizvraag


Welk woord is juist?
Als je iets inpast zorg je ervoor dat IETS / NIETS tussen 
andere dingen of mensen wordt geplaatst.
Oefen met de moeilijke woorden!
A
iets
B
niets

Slide 10 - Quizvraag


Welk woord staat hier? 
Typ het woord hieronder!


Oefen met de moeilijke woorden!

Slide 11 - Open vraag

Sleep de woorden naar de juiste plek in de tekst!


Oefen met de moeilijke woorden!

Abu Bakr al-Baghdadi was de leider van                                 . Zijn doel

was om een eigen                                 op te richten. 

Ook gaf hij                                  van IS de opdracht om aanslagen te plegen

in Westerse landen.                                
aanhangers
IS
kalifaat

Slide 12 - Sleepvraag


Welk woord had de schrijver ook kunnen gebruiken? 
Kies uit: aangeven, persoonlijk of ergernis.
'Hij gaf te kennen al meer dan een half uur te staan wachten.'


Oefen met de moeilijke woorden!

Slide 13 - Open vraag

Vul de lege plekken in.

Sleep de woorden naar de juiste plek. 
Oefen met de moeilijke woorden!

In die nieuwe tekenfilm hebben ze leuke grapjes ……………………………………..

Daardoor vind ik de film leuk en ……………………………………………………………….

1
2
verwerkt
ter hand genomen
humoristisch

Slide 14 - Sleepvraag


Wat betekent het woord missie?
Oefen met de moeilijke woorden!
A
Een actie uitgevoerd door militairen om een bepaald doel te behalen.
B
Een groot feest waar alleen militairen mogen komen.

Slide 15 - Quizvraag


Welk woord staat hier? Typ het woord hieronder!


Oefen met de moeilijke woorden!

Slide 16 - Open vraag


Wat betekent persoonlijk?
Oefen met de moeilijke woorden!
A
Wat met een bepaalde persoon te maken heeft.
B
Wat niet met een bepaalde persoon te maken heeft.

Slide 17 - Quizvraag


Welk woord had de schrijver ook kunnen gebruiken?
"De missie is geslaagd, het doel is behaald."

Typ het woord hieronder!

Oefen met de moeilijke woorden!

Slide 18 - Open vraag


Welk woord beschrijft Scoop?

Typ het woord hieronder!


Oefen met de moeilijke woorden!
Wat niets met een bepaalde persoon te maken heeft.

Slide 19 - Open vraag


Welk woord hoort op de lege plek in de zin?

"....... is een poging om een gebouw kapot te maken of iemand dood te maken."
Oefen met de moeilijke woorden!
A
de aanslag
B
de aanhanger

Slide 20 - Quizvraag

Werk samen met een klasgenoot.

Bespreek samen waar jullie frustratie
of ergernis van krijgen.  
Wat doe je dan?


Bespreek het samen!

Slide 21 - Tekstslide

Werk samen met een klasgenoot.

Bespreek samen wat jullie een geestige film of een geestig boek vinden.


Slide 22 - Tekstslide

Werk samen met een klasgenoot.

Maak samen een lijstje met daarop vijf dingen die jullie absoluut niet op je geweten willen hebben. 

Bespreek samen waarom juist deze dingen op jullie lijstje staan!

Slide 23 - Tekstslide

Je hebt de quiz af! Scoop is trots op jou.
Tot de volgende keer!

Slide 24 - Tekstslide