Les 7 - WIA

Les 7 - WIA
Sociale zekerheidsrecht
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Les 7 - WIA
Sociale zekerheidsrecht

Slide 1 - Tekstslide

Overzicht
  • Werknemers zijn verzekerd tegen de financiële gevolgen van werkloosheid - WW
  • Wordt een werknemer ziek tijdens zijn dienstverband, dan heeft hij recht op doorbetaling van zijn loon - WULBZ
  • Is er geen werkgever meer die gehouden is om het loon van de werknemer door te betalen (bijv. omdat het tijdelijke dienstverband geëindigd is) - ZW
  • Is de werknemer na 104 weken nog steeds voor minstens 35% arbeidsongeschikt - WIA
  • Wanneer je 18 jaar en ouder bent, recht hebt op een uitkering bijv. op grond van de werkloosheidswet maar minder ontvangt dan het sociaal minimum - TW
  • Ben je zwanger of bevallen, of moet je zorgen voor iemand in je omgeving - WAZO 

Slide 2 - Tekstslide

Waar gaan we naar kijken bij de WIA
  • Wie zijn er verzekerd
  • Wanneer heb je recht op de WIA
  • Hoe stel je de ao vast
  • Wanneer heb je recht op de IVA en wanneer de WGA
  • Waar heb je recht op bij de IVA
  • Op welke uitkering heb je recht binnen de WGA
  • Waar heb je per WGA-uitkering recht op  

Slide 3 - Tekstslide

Verzekerd voor de WIA
De mensen die verzekerd zijn voor de WIA zijn vergelijkbaar met de ZW en de WW, dus vooral de mensen in loondienst en niet de mensen die als zelfstandige werken.
De lijst van verzekerden vindt je terug bij de ZW.

Slide 4 - Tekstslide

WIA: Arbeidsongeschikt
Minstens 35% arbeidsongeschikt
Twee begrippen:
  1. Volledig en duurzaam arbeidsongeschikt
  2. Gedeeltelijk arbeidsongeschikt

Slide 5 - Tekstslide

WIA: Recht op uitkering
Werknemer die:
  1. Nog niet de AOW-leeftijd heeft bereikt en;
  2. Na 104 weken wachttijd nog steeds voor;
  3. Ten minste 35% arbeidsongeschikt is - recht op uitkering

Het gaat om het verlies van de mogelijkheid om door ziekte of een gebrek hetzelfde te verdienen als dat je deed voordat je ziek werd.

Slide 6 - Tekstslide

Recht op een WIA-uitkering
  • Je bent 104 weken ziek /of door gebrek niet in staat geweest om te werken
  • Je arbeidsongeschiktheidspercentage is minimaal 35%

Hieraan voldaan, recht op de WIA:
  • Volledig en duurzaam dan uitkering in de IVA
  • Gedeeltelijk dan uitkering in de WGA

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Volledig en duurzaam arbeidsongeschikt
  • 80-100% arbeidsongeschikt
  • Duurzaamheid blijkt uit:
  1. Kans op herstel is klein
  2. Arbeidsmogelijkheden zijn beperkt
Van toepassing is dan de IVA-regeling (inkomensvoorziening volledig arbeidsongeschikten)
  • Duur van de uitkering: tot herstel of tot AOW-leeftijd
  • Hoogte van de uitkering: 75% van het maandloon 

Slide 9 - Tekstslide

Gedeeltelijk arbeidsongeschikt
  • 35-80% arbeidsongeschikt óf;
  • 80-100% arbeidsongeschikt maar herstel in mogelijk
Van toepassing is dan de WGA-regeling (werkhervatting gedeeltelijk arbeidsongeschikten)
Twee soorten uitkeringen mogelijk:
  1. Loonaanvullingsuitkering/vervolguitkering
  2. Loongerelateerde uitkering mits voldaan aan referte-eis! 

Slide 10 - Tekstslide

WGA: duur en hoogte
  • Loongerelateerde uitkering: (alléén als voldaan is aan de wekeneis!)
- Max 2 jaar afhankelijk van arbeidsverleden
- 75% eerste 2 maanden, daarna 70%

NA DE LOONGERLATEERDE UITK ÓF DIRECT ALS NIET VOLDAAN AAN WEKENEIS, DAN:
  • Loonaanvullingsuitkering. (alléén als voldaan is aan de inkomenseis!!)
- Tot AOW-uitkering zolang min. 35% ao. blijft en voldoet aan inkomenseis
- 70% dagloon
  • Vervolguitkering.: (niet voldaan aan inkomenseis!)
- Tot AOW-uitkering. zolang min. 35% blijft
- % van minimumloon

Slide 11 - Tekstslide

Anne (nu 30 jaar) is in juni 2009 afgestudeerd. Op 1 december 2010 is zij begonnen met werken. Haar salaris was € 1.200,00 per maand. Helaas heeft zij op 15 maart 2015 een auto-ongeluk gekregen. Zij is daardoor in de ziektewet gekomen. Na 104 weken is ze nog steeds 80% arbeidsongeschikt. De artsen verwachten wel dat zij kan herstellen. Zij heeft op dit moment geen arbeidsinkomen.
Vraag: op welke vorm van WIA-uitkering heeft zij recht? IVA of WGA, en waarom?

Slide 12 - Open vraag

Sanne (nu 45 jaar) is op 1 december 2000 begonnen met werken. Haar salaris was € 1.500,00 per maand. Helaas heeft zij op 1 maart 2018 een ongeluk gekregen. Zij kon niet meer werken en na 104 weken is ze nog steeds 90% arbeidsongeschikt. De artsen verwachten dat dit blijvend is. Ze heeft op dit moment geen arbeidsinkomen.
Vraag: op welke vorm van WIA-uitkering heeft zij recht? IVA of WGA, en waarom?

Slide 13 - Open vraag

Welke WGA-uitkering in stappen

Slide 14 - Tekstslide

Wat stel je bij de WGA-uitkering eerst vast?
  • Je moet dus eerst vaststellen of er aan de wekeneis (zoals in de WW) wordt voldaan!
  • Dus kijken: heeft ze in 36 weken voordat ze ziek werd, 26 weken gewerkt
  • Zo ja, dan loongerelateerde uitkering!

Slide 15 - Tekstslide

Hoogte en duur loongerelateerde uitkering
  • Duur afhankelijk van jaren arbeidsverleden (net als bij WW) met max 24 maanden!
  • Hoogte (is óók hetzelfde als bij de WW):
  • Eerste 2 maanden 75% van laatstverdiende loon, daarna 70%
  • Als je ook weer werkt, dan gaat je nieuwe loon hiervan af
  • Het laatstverdiende loon wordt op dezelfde manier berekend als bij de ZW (dus via het dagloon)

Slide 16 - Tekstslide

Ná de loongerelateerde uitkering
Nadat de looptijd van de loongerelateerde uitkering is verstreken dan:
  • Of een loonaanvullingsuitkering of een vervolguitkering
  • Duren beide zolang je 35% of meer ao bent tot de AOW!

Wanneer nu een loonaanvullingsuitkering en wanneer een vervolguitkering?
  • Heb je géén baan op dit moment, dan altijd de vervolguitkering

Slide 17 - Tekstslide

Loonaanvullingsuitkering
  • Je moet dus werk hebben, want anders altijd de vervolguitkering
  • Heb je werk én benut je met je baan minstens 50% van je restverdiencapaciteit (=inkomenseis), dán recht op de loonaanvullingsuitkering!
  • De hoogte van deze uitkering is gekoppeld aan je laatstverdiende loon (waar uiteraard je inkomen uit je nieuwe werk dan vanaf gaat)

Slide 18 - Tekstslide

Vervolguitkering
Heb je géén werk of minder dan 50% restverdiencapaciteit dan:
  • Dan recht op een vervolguitkering:
  • Bepaald percentage van het wettelijk minimumloon
  • Dit percentage hangt af van de hoogte van je ao percentage, 

Slide 19 - Tekstslide

WGA: niet voldaan aan de wekeneis
Dan nooit recht op de loongerelateerde uitkering, maar alléén of de loonaanvullingsuitkering of vervolguitkering.

Slide 20 - Tekstslide

Wat is het eerste wat je moet checken als je in de WGA-regeling komt om te weten op welke uitkering je recht hebt?
A
Is er voldaan aan de inkomenseis
B
Is er voldaan aan de wekeneis
C
Is er voldaan aan de jareneis

Slide 21 - Quizvraag

Als je weet dat je niet aan de wekeneis voldoet, dan moet je kijken of je werkt en voldoende restverdiencapaciteit hebt oftewel voldoet aan de inkomenseis. Welke uitkering krijg je als je daaraan voldoet?
A
Loongerelateerd
B
Loonaanvulling
C
Vervolguitkering

Slide 22 - Quizvraag

Juul haar arbeidsongeschiktheid is vastgesteld op 45%. Ze heeft voor haar ziekte 8 maanden lang gewerkt. Op welke uitkering heeft ze nu recht?
A
IVA
B
Loongerelateerd
C
Loonaanvulling
D
Vervolguitkering

Slide 23 - Quizvraag

Twan is ook 45% ao, maar heeft maar 3 maanden gewerkt voordat hij ziek werd en heeft nog geen nieuw werk gevonden. Welke uitkering krijgt hij?
A
IVA
B
Loongerelateerd
C
Loonaanvulling
D
Vervolguitkering

Slide 24 - Quizvraag

Hoeveel procent wordt Twan zijn uitkering met een ao van 45%?
A
28%
B
35%
C
42%
D
50,75%

Slide 25 - Quizvraag

Welke uitkering krijgt Anne na haar loongerelateerde uitkering, ervan uitgaande dat ze inmiddels met werk nog 60% van haar resterende verdiencapaciteit benut?
A
Loonaanvullingsuitkering
B
Vervolguitkering

Slide 26 - Quizvraag