Leesvaardigheid:Persona und Zielgruppe
1 / 14
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Hoe lang heeft Anna een mobieltje?
A
12 jaar
B
20 jaar
C
8 jaar
Slide 3 - Quizvraag
Ze heeft een i-phone gekregen omdat..
A
Ze geslaagd was.
B
Ze jarig was.
C
Ze haar rijbewijs had gehaald.
Slide 4 - Quizvraag
A: Anna"s ouders komen uit Colombia.
B: Anna komt uit Duitsland
C:Ze werkt op de universiteit op haar MacBook.
B: Anna komt uit Duitsland
C:Ze werkt op de universiteit op haar MacBook.
A
A en C zijn waar
B
A en B zijn waar
C
Alleen B is waar
D
A,B en C zijn waar
Slide 5 - Quizvraag
Slide 6 - Tekstslide
A: Ze vindt de zomer en chocolade ijs leuk
B: Ze vindt shoppen en glitter leuk.
B: Ze vindt shoppen en glitter leuk.
A
A is goed
B
B is goed
C
A en B zijn fout
D
A en B zijn goed
Slide 7 - Quizvraag
Janna raakt geïrriteerd door:
A
foute vrienden, een slecht humeur
en haar kat
B
wiskunde,Frans en huiswerk.
C
Horrorfilms,haar vrienden en wiskunde
Slide 8 - Quizvraag
Wat wil ze later worden?
A
kattenfokster
B
model en danseres
C
model en hiphopper
Slide 9 - Quizvraag
Slide 10 - Tekstslide
Anna is 27, leeft in Hamburg en is getrouwd.
A
waar
B
niet waar
Slide 11 - Quizvraag
Anne woont samen, heeft een HBO opleiding afgerond en verdient €36000 per jaar
A
waar
B
niet waar
Slide 12 - Quizvraag
Anna heeft een HBO opleiding gedaan en is getrouwd.
A
waar
B
niet waar
