De krant, defnitie, hoe wordt hij gemaakt, verschil met andere media

1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4-6

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Waarom deze les over kranten?
  • Lessen gedocumenteerd schrijven: je moet je baseren op betrouwbare bronnen. Daarom goed om meer over deze bronnen te weten
  • Lessen leesvaardigheid en eindexamen: deze teksten komen vaak uit landelijke dagbladen; ook hierbij is het belangrijk om meer over deze bronnen te weten

Slide 2 - Tekstslide

Geef jouw definitie van het begrip 'krant'.

Slide 3 - Open vraag

Lees jij zelf wel eens een krant? Zo ja, vertel: welke krant en op welke manier?

Slide 4 - Open vraag

1. Geschiedenis van de krant

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Oorsprong naam 'krant':
  • het woord 'krant' is afgeleid van het Franse courant, dat gangbaar, actueel, lopend betekent
  • dit afgeleide woord kwam in zwang voor het medium dat de lopende actualiteiten verspreidde

Slide 7 - Tekstslide

Verschil krant, dagblad, tijdschrift?
  • dagblad: krant die dagelijks verschijnt (minimaal 6x per week) 
  • verschijnt hij minder vaak: dan noem je het geen dagblad (bijvoorbeeld: Amstelveens Nieuwsblad, wel een krant, geen dagblad)
  • tijdschrift: verschijnt minder frequent dan krant (minder op de actualiteit, soms gespecialiseerd in specifiek onderwerp, ander formaat en ander papier)

Slide 8 - Tekstslide

Landelijke en regionale dagbladen
  • Naam zegt het al: landelijke dagbladen worden landelijk verspreid en bevatten landelijk nieuws (Telegraaf, Algemeen Dagblad, Volkskrant, NRC, Trouw)
  • Regionale dagbladen worden regionaal verspreid en bevatten regionaal nieuws (bijv. Parool, Gelderlander, Haarlems Dagblad)
  • Daarnaast ook landelijke dagbladen voor specifieke doelgroep (bijv. Het Financieele Dagblad, Reformatorisch Dagblad, Nederlands Dagblad)

Slide 9 - Tekstslide

Is een krant altijd van papier?

Slide 10 - Open vraag

Door de opkomst van computers en vooral smartphones:
  • behoefte aan digitale variant van kranten
  • eerst was dit alleen een pdf (identiek aan de krant op papier)
  •      -> voordelen: makkelijker, sneller bij publiek, goedkoper, geen                     papierverspilling
  • Nu online-versie op website van de krant
  • Online-versie is alleen toegankelijk voor abonnees
  • De website (bijvoorbeeld: www.telegraaf.nl) bevat maar een klein stukje van de krant
  • Een website is dus geen krant, de online-versie is dat wel

Slide 11 - Tekstslide

Drie basisfuncties moderne krant:
  1. de krant moet haar lezers objectieve informatie bieden over  wat er in de wereld gebeurt: actuele gebeurtenissen of informatie die verbonden is met deze actualiteit.
  2. een moderne krant plaatst deze gebeurtenissen en ontwikkelingen in een context. De krant geeft duiding en levert commentaar.
  3. bedrijven, instellingen en personen kunnen adverteren in de krant. 

  • Daarnaast: lezer ontspanning bieden

Slide 12 - Tekstslide

Vijf journalistieke principes:
  1. Journalisten berichten waarheidsgetrouw, controleerbaar en zo volledig mogelijk. Ze vermijden eenzijdige en tendentieuze berichtgeving 
  2. Journalisten passen hoor en wederhoor toe
  3. Journalisten verrichten hun werk in onafhankelijkheid en vermijden (de schijn van)
    belangenverstrengeling
  4. Journalisten zijn vrij in de selectie van wat ze publiceren. Ze wegen het belang dat met een publicatie is gediend af tegen de belangen die eventueel door de publicatie worden geschaad
  5. Journalisten houden rekening met de bijzondere kwetsbaarheid van bepaalde groepen, zoals minderjarigen en mensen met een verstandelijke beperking

Slide 13 - Tekstslide

Verdienmodel:
  1. inkomsten uit abonnementsgelden
  2. inkomsten uit advertentie-inkomsten

  • redactie is onafhankelijk van de advertentieafdeling:
  • Dit is nodig om te voldoen aan het derde journalistieke principe (journalisten verrichten hun werk in onafhankelijkheid en vermijden de schijn van belangenverstrengeling) 


Slide 14 - Tekstslide

Waarom moet je abonnementsgeld betalen voor een krant?
  1. Nieuwsgaring en controleerbare volledige berichtgeving zijn arbeidsintensief
  2. Journalisten zijn hoog (minimaal HBO-)opgeleid
  3. Wanneer krant uitsluitend rond zou moeten komen van advertentieinkomsten: onafhankelijkheid komt in gevaar en belangenverstrengeling ligt op de loer


Slide 15 - Tekstslide

Velen halen hun informatie van 'nu.nl'. Vind jij dit een betrouwbare nieuwsbron? Waarom wel / niet?

Slide 16 - Open vraag

Welke kranten vind jij betrouwbaar? Waarom?

Slide 17 - Open vraag

kwaliteitskranten 
  • streven naar veelzijdige berichtgeving met diepgang
  • nadruk op berichten over samenleving, politiek, cultuur, wetenschap, kunst, literatuur, economie en in mindere mate sport. 
  • niet per se neutraal 
populaire kranten
  • nadruk op sensationeel nieuws (misdaden, ongelukken, sport en bekende personen:  veel aandacht). 
  • brede doelgroep, simpel  taalgebruik zodat iedereen het kan lezen

Slide 18 - Tekstslide

kwaliteitskranten 
  • Volkskrant
  • NRC
  • Trouw
  • (Parool, eigenlijk regionaal dagblad)
populaire kranten
  • Telegraaf
  • Algemeen Dagblad

Slide 19 - Tekstslide

Grotere landelijke dagbladen en de onderlinge verschillen:
1) Telegraaf
  • hoogste oplage van alle landelijke kranten
  • staat bekend als een 'wat simpelere' krant
  • koppen zijn vaak uitdrukkelijk en aandachttrekkend; veel foto's
  • veel mensen vinden het een krant die fijn is om zo even te lezen, zonder dat de tekst veel te ingewikkeld is
  • oudste krant van Nederland, (1893)
  • bevat veel roddel- en sportberichten 
  • De Telegraaf omschrijft zichzelf als 'de krant voor de gewone man'
  • je kunt de Telegraaf classificeren als een rechtse krant

Slide 20 - Tekstslide

2) Algemeen Dagblad
  • een na grootste krant van dit moment
  • ontstaan door een grote fusie van zeven regionale kranten, daardoor nog redelijk veel regionaal nieuws
  • bekend om consumententesten
  • groter aanbod van populaire onderwerpen dan andere kranten
  • redelijk veel sport
  • taalgebruik is redelijk simpel, daardoor toegankelijk
  • niet uitgesproken links of rechts

Slide 21 - Tekstslide

3) Volkskrant
  • derde krant van Nederland, qua grootte
  • in vergelijking met de Telegraaf links
  • maatschappelijk onderwerpen en discussies staan centraal
  • gaat in op feiten en doet hiernaar onderzoek 
  • richt zich niet zo zeer op sport en amusement
  • qua taalgebruik wel wat lastiger voor sommigen

Slide 22 - Tekstslide

4) NRC Handelsblad
  • vierde krant van Nederland, qua grootte
  • voortgekomen uit fusie tussen Algemeen Handelsblad en de Nieuwe Rotterdamsche Courant
  • NRC Handelsblad is een liberaal georiënteerde krant
  • bericht over onder meer het buitenland, politiek, economie, opinie, kunst en literatuur
  • sport: wel aanwezig, maar geen nadruk hierop

Slide 23 - Tekstslide

5) Trouw
  • vijfde krant van Nederland, qua grootte
  • heeft haar wortels als orthodox-protestantse verzetskrant
  • bericht over  buitenland, politiek, economie, opinie, kunst, duurzaamheid en literatuur
  • nog steeds  veel aandacht voor nieuws en beschouwingen vanuit filosofie en religie
  • wordt daarom in christelijke kringen relatief veel gelezen

Slide 24 - Tekstslide

Conclusies
  • journalistiek kan niet onafhankelijk zijn als deze voor lezers / gebruikers gratis is
  • bij gratis media is er een verdienmodel dat gebaseerd is op andere financiers: adverteerders of anderszins belanghebbenden
  • bronnen die niet onafhankelijk zijn, zijn minder betrouwbaar
  • landelijke dagbladen waarvoor abonnementsgeld betaald moet worden, zijn over het algemeen betrouwbaar
  • desondanks is het nieuws in kwaliteitskranten ook niet helemaal neutraal

Slide 25 - Tekstslide