Tutoring - Lesson 3/1 | 01/03/24

Good morning! 

Backpack on the floor 
Phones in the phone box
Notebook and pen on your table

timer
1:00
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo k, gLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Good morning! 

Backpack on the floor 
Phones in the phone box
Notebook and pen on your table

timer
1:00

Slide 1 - Tekstslide

PLANNING
 1. Flashback
 2. Grammar
 3. Stones
 

Slide 2 - Tekstslide

FLASHBACK
- Toets H2
- Moeilijkheden H3?

Slide 3 - Tekstslide

GRAMMAR
Zinsvolgorde 
Bijvoeglijk naamwoord

Slide 4 - Tekstslide

TEAM GAME
1. Form 2 teams
2. Stand in line
3. You'll get 2 minutes to write down as many adjectives you can think of.
4. If you don't know a word, say PASS, and hand the marker to your teammate.
timer
2:00

Slide 5 - Tekstslide

Writing
Schrijf nu 3 zinnen waarin je adjectives van het bord gebruikt.
timer
2:00

Slide 6 - Tekstslide

STONES

Slide 7 - Tekstslide

GRAMMAR
WIE DOET WAT WAAR WANNEER

Slide 8 - Tekstslide

TO BE: ZIJN
                                     Positives       Negatives         Questions
I                                    was                  wasn't                Was I?
YOU                            were                weren't              Were I?
SHE/HE/IT               was                  wasn't                Was she/he/it?
WE                              were                weren't              Were we?
THEY                          were                weren't              Were they?

DUS NIET: I DIDN'T WAS maar I wasn't. 
DUS NIET: Did they were? maar Were they?

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

PRACTISE: OEFENEN
Zet de woorden tussen haakjes in de past continuous (+).



Slide 11 - Tekstslide

LET OP!
SPELLING REGELS:
  • Als een woord eindigt op een -e zoals dance dan voeg je enkel een +d toe. Danced
  • Als een woord eindigt op een medeklinker +y zoals carry  of cry dan verwijder je de -y en voeg je -ied toe. Carried, cried. 
  • Als een woord eindigt op een medeklinker, klinker, medeklinker, verdubbel je de laatste medeklinker.  stop, dat wordt stopped. Drip wordt dripped. Grab wordt grabbed.

Slide 12 - Tekstslide

PRACTISE: OEFENEN
Zet de woorden tussen haakjes in de past continuous (+).



Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

PRACTISE: OEFENEN
Zet de woorden tussen haakjes in de past continuous (-).

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

PRACTISE: OEFENEN
Zet de woorden tussen haakjes in de past continuous (?).

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

PRACTISE: OEFENEN
Zet de woorden tussen haakjes in de past continuous.
1.  I ______ (to walk) to school yesterday. +
2. She ______ (not/to cycle) to school last week. -
3. ______ (Thom/to take) the bus to school on Monday?
4. They ______ (to dress up) as astronauts for Halloween. +
5. We ______ (not/to like) the New Year's Eve party we went to. -
6. ______ (the teacher/to listen) to your problems? 

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide