PS_les3_H

Pluriforme Samenleving
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Pluriforme Samenleving

Slide 1 - Tekstslide

Concepten
Socialisatieproces
Individualisme vs collectivisme
Masculiniteit & feminiteit
Immigratie: push- en pullfactoren 
Allochtoon vs autochtoon

Slide 2 - Tekstslide

Socialisatie/
Cultuuroverdracht

Slide 3 - Woordweb

Slide 4 - Tekstslide

Het feit dat vrouwen vaak in deeltijd werken heeft te maken met
A
dat nl toch nog een masculiene samenleving is.
B
dat nl toch nog een feminiene samenleving is.
C
dat nl in een overgangsfase zit van een masculiene naar feminiene samenleving
D
dat nl in een overgangsfase zit van een feminiene naar een masculiene samenleving

Slide 5 - Quizvraag

Het feit dat vrouwen vaak in deeltijd werken heeft te maken met
A
dat nl toch nog een masculiene samenleving is.
B
dat nl toch nog een feminiene samenleving is.
C
dat nl in een overgangsfase zit van een masculiene naar feminiene samenleving
D
dat nl in een overgangsfase zit van een feminiene naar een masculiene samenleving

Slide 6 - Quizvraag

In een collectivistische samenleving...
A
Denk je meer vanuit het belang van je familie
B
Vind men het belangrijk om eigen keuzes te maken
C
Bestaan geen subculturen
D
Heb je veel individuele vrijheid

Slide 7 - Quizvraag

Het feit dat vrouwen vaak in deeltijd werken heeft te maken met
A
dat NL toch een masculiene samenleving is
B
dat NL toch nog een feminiene samenleving is
C
dat NL in een overgangsfase zit van een masculiene naar feminiene samenleving
D
dat NL in een overgangsfase zit van een feminiene en masculiene samenleving

Slide 8 - Quizvraag

Ouderen worden vaak door kinderen opgevangen in plaats van in een verzorgingstehuis ondergebracht
A
Collectivistische cultuur
B
Individualistische cultuur

Slide 9 - Quizvraag

In masculiene culturen wordt van vrouwen verwacht dat zij meer tijd besteden aan het huishouden en kinderen dan mannen.
A
juist
B
onjuist

Slide 10 - Quizvraag

De Nederlandse dominante cultuur is individualistisch. Hiermee wordt bedoeld dat..
A
familiebanden en gezamenlijke tradities belangrijk zijn
B
Iedereen alleen aan zichzelf denkt.
C
Bijna geen subculturen bestaan
D
Individuele vrijheid en persoonlijke ontwikkeling belangrijk zijn

Slide 11 - Quizvraag

Het feit dat vrouwen vaak in deeltijd werken heeft te maken met
A
dat nl toch nog een masculiene samenleving is.
B
dat nl toch nog een feminiene samenleving is.
C
dat nl in een overgangsfase zit van een masculiene naar feminiene samenleving
D
dat nl in een overgangsfase zit van een feminiene naar een masculiene samenleving

Slide 12 - Quizvraag

Slide 13 - Link

Slide 14 - Link

Slide 15 - Video

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Na WWII vier groepen migranten:
Arbeidsmigranten
Postkoloniale migranten
Gezinsherenigers en gezinsvormers
Vluchtelingen

Slide 19 - Tekstslide