4.3 1kg

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo g
• Leerjaar 1

4.3 1kg

Wat moet je kennen?

tekstdoelen: informeren en amuseren

instructie

verwijswoorden

signaalwoorden tijdsvolgorde

informeren en amuseren

jeugdboek van Carry Slee

Krantenartikel

Liedtekst

Welk schrijfdoel heeft een nieuwsbericht?

1. informeren
2. amuseren

Welk schrijfdoel heeft een gedicht?

1. informeren
2. amuseren

Waaraan kan je een instructie herkennen?

1. Het is altijd geschreven
2. Het heeft een stappenplan
3. Degene zet iets in elkaar
4. Het heeft met klussen te maken

Verwijswoorden

Vraag: wie,wat waar of welke

De ijscoman heeft zijn aardbeienijs op. Hij is daarom nieuw aardbeienijs gaan maken.

Wie is nieuw aardbeienijs gaan maken?

Een verwijswoord verwijst altijd naar iets dat eerder is gezegd.

1. Waar
2. Niet waar

De jongens zijn gearresteerd. Ze zullen het wel erg bont hebben gemaakt.
Wie is ze?

1. Jongens
2. De jongens
3. ze
4. bont

De juwelen halsketting is erg zeldzaam. Die kom je niet vaak tegen.
Wat is die?

1. ketting
2. vaak
3. De juwelen halsketting
4. zeldzaam

Signaalwoorden tijdsvolgorde

eerst, daarna, voordat, nadat, toen, terwijl, zodra, ten slotte

Eerst ga ik mijn tanden poetsen en daarna pak ik mijn tas in.

Hoeveel signaalwoorden staan er in deze zin?

1. 1
2. 2
3. 3
4. 4

Ik zit tv te kijken, terwijl ik zit te lezen.

Wat is het signaalwoord?

1. zit
2. ik
3. kijken
4. terwijl

Wat is een synoniem voor tenslotte?

1. als eerste
2. tegelijkertijd
3. als laatste
4. zometeen