Vikingen - 1: Naar Het Concertgebouw

Les 1: Naar Het Concertgebouw
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
MuziekBasisschoolGroep 5,6

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Introductie

In deze les maken de leerlingen kennis met Het Concertgebouw en het Nederlands Philharmonisch Orkest.

Instructies

Welkom bij het lesmateriaal voor de voorstelling Vikingen!

Lees de algemene lesinstructie goed door, hierin staat belangrijke informatie over de voorstelling.

De lesinstructies per les zijn te vinden in de bijlage per les. Deze zijn te downloaden en te printen. Daarnaast vindt u de instructies per slide ook door op het 'notitie-icoontje' rechtsonder in het scherm te vinden.

Veel plezier met het materiaal!

Instructies

Onderdelen in deze les

Les 1: Naar Het Concertgebouw

Slide 1 - Tekstslide

Welkom bij les 1! 
Deze lessenserie is ter voorbereiding op de voorstelling 'Vikingen'. 
In deze notities vind je per slide de leerkracht-instructies.
In deze les leer je:


  • Wat Het Concertgebouw is 
  • Wat een orkest is
  • Welk orkest we gaan horen spelen
  • Wie er in dat orkest spelen

Slide 2 - Tekstslide

Bespreek met de leerlingen wat ze deze les zullen leren. 
Jullie gaan naar Het Concertgebouw!
Wat weet je al over Het Concertgebouw?

Slide 3 - Tekstslide

Vertel de leerlingen dat jullie naar de voorstelling 'Vikingen' in Het Concertgebouw gaan. 
Bespreek met de leerlingen wat ze al weten en wat jij weet van Het Concertgebouw.
Herken je dit gebouw?
Het Concertgebouw werd in 1888 gebouwd, midden in een weiland!
Herken je dit gebouw?
Het Concertgebouw werd in 1888 gebouwd, midden in een weiland!

Slide 4 - Tekstslide

Het Concertgebouw werd in 1888 gebouwd, toen nog midden in een weiland. Concertbezoekers gingen met paard en wagen naar Het Concertgebouw toe.
Maar nu...
Staat Het Concertgebouw midden in de stad!

Slide 5 - Tekstslide

Nu ligt Het Concertgebouw midden in de stad! Bij de grote musea, met overal tramhaltes en veel verkeer. 
Het concert vindt plaats in 
de Grote Zaal
Wie staan hier?
De dirigent staat hier en de orkestleden zitten of staan op het podium
Hoeveel stoelen denk je dat er in de Grote Zaal zijn?
Er zijn 1974 stoelen!
Weet je wat dit is?
Dit is het orgel

Slide 6 - Tekstslide

Bekijk de Grote Zaal met de kinderen. Wat zien ze allemaal?

Slide 7 - Video

Bekijk het filmpje met een introductie van Het Concertgebouw.
In Het Concertgebouw gaan jullie luisteren naar een concert

Het concert zal worden 
gespeeld door het 
Nederlands Philharmonisch Orkest
Wat weet je al over het orkest?
Uit hoeveel mensen bestaat een orkest?
Een orkest bestaat soms wel uit 100 mensen!
Ken je al instrumenten uit het orkest?
Er zijn een heleboel verschillende instrumenten in een orkest; onder andere viool, altviool, cello, contrabas, klarinet, fagot, trompet, hoorn, trombone, hobo, fluit, slagwerk en harp. 
Wat is een orkest?
Een orkest is een groep mensen die samen muziek speelt. Deze mensen noemen we 'orkestleden'. Er zijn veel verschillende instrumenten in een orkest.

Slide 8 - Tekstslide

Activeer de voorkennis van de leerlingen over het orkest door dit te bespreken. Weten ze wat een orkest is? En heeft iemand wel eens een orkest gezien of gehoord?
Weten ze misschien zelfs al welke instrumenten je allemaal in een orkest kan tegenkomen?
We nemen een kijkje bij een aantal orkestleden uit
het Nederlands Philharmonisch orkest
Even voorstellen..

Slide 9 - Tekstslide

Dit is het Nederlands Philharmonisch Orkest (het NedPhO). 

Vertel dat een orkest uit een heleboel mensen bestaat, soms wel uit 100 mensen. 

Maar wie zijn die mensen eigenlijk? Vertel de leerlingen dat we eerst eens een kijkje gaan nemen bij een aantal orkestleden. 
Bekijk de video's van Anuschka, Laura en Theun
Zij spelen in het Nederlands Philharmonisch Orkest en vertellen je:

- welk instrument ze spelen
- wat muziek voor hen betekent
- wat muziek met hen doet

Slide 10 - Tekstslide

Bespreek kort welke video's de leerlingen gaan kijken.

Slide 11 - Video

Bekijk de video waarin Anuschka zichzelf voorstelt.
1

Slide 12 - Video

Bekijk de video waarin Laura zichzelf voorstelt.

Zet de video even kort stil wanneer de vraag in beeld komt en bespreek dit met de leerlingen. Hervat daarna de video.
Een 'componist' is iemand die muziek bedenkt en opschrijft.
'Componeren' betekent het bedenken en schrijven van muziek. 
01:00-01:10
Laura vertelt over de 'componist'. Wat is een componist?

Slide 13 - Tekstslide

Zet de video even kort stil wanneer de vraag in beeld komt en bespreek dit met de leerlingen. Hervat daarna de video. 

Een 'componist' is iemand die muziek bedenkt en opschrijft. 
'Componeren' betekent het bedenken en schrijven van muziek. 

Slide 14 - Video

Bekijk de video waarin Theun zichzelf voorstelt.
Welk instrument spelen de musici uit de filmpjes?
Sleep de foto's van de musici naar het juiste instrument
Pauken
Viool
Altviool

Slide 15 - Sleepvraag

Bespreek met de leerlingen welk instrument de musici bespelen. 
Het kan lastig zijn om de viool en de altviool uit elkaar te houden. 
Het verschil tussen beiden is dat de viool kleiner is en hoger klinkt dan de altviool.

Anuschka, Laura en Theun vertelden wat muziek met hen doet.
Hoe zit dat bij jou? Wat doet het met jou als je muziek luistert?


Hulpvragen
Word je wel eens blij, verdrietig, of misschien wel heel druk of juist rustig als je naar muziek luistert?

Luister je muziek op een bepaald moment van de dag?

Heb je herinneringen bij bepaalde muziek? 

Wat is je favoriete muziek en waarom is dat je favoriete muziek?
Gebruik de hulpvragen als je het lastig vindt om iets te bedenken

Slide 16 - Tekstslide

Bespreek met de leerlingen hun eigen ideeën, gevoelens en gedachten bij muziek. 
Geef ze de ruimte om wat te vertellen. 
Als de leerlingen het lastig vinden kunnen ze de hulpvragen gebruiken, maar moedig spontane antwoorden aan. 
  • Wat Het Concertgebouw is
  • Wat een orkest is
  • Dat je het Nederlands Philharmonisch Orkest gaat horen spelen
  • Wat muziek met Laura, Anuschka en Theun doet
Dit was de les!
Je hebt nu geleerd:

Slide 17 - Tekstslide

Bespreek met de leerlingen wat ze deze les geleerd hebben.