Verwondingen en bloedingen

Verwondingen en bloedingen
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3,4

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Verwondingen en bloedingen

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen 
De student kan:
  • Uitleggen wat het verschil is tussen een aderlijke en een slagaderlijke bloeding en hoe deze te herkennen
  • Herkennen welke verwonding (brandwonden / blaren / schaafwonden / snijwonden / steekwonden / bijtwonden) aanwezig is en wat te doen

  • Demonstreren hoe je hulp biedt bij de volgende bloedingen:
Slagaderlijke en aderlijke bloedingen / Neusbloedingen 

  • Demonstreren hoe je hulp biedt bij de volgende verwondingen:
Brandwonden / Blaren / Schaafwonden / Snijwonden / Steekwonden / Bijtwonden

Slide 2 - Tekstslide

Hulp inschakelen bij bloedverlies

In de volgende gevallen bel je 112:
  • wanneer de wond hevig bloedt;
  • wanneer het slachtoffer zich ziek voelt of erg bleek ziet na ernstig bloedverlies.

Kleine bloeding : zelf EHBO verlenen en/ of huisarts of huisartsenpost
Verliest een zwangere vrouw bloed, dan haar de huisarts of verloskundige bellen.



Slide 3 - Tekstslide

Iemand heeft een flink bloedende wond, wat doe je?

Slide 4 - Open vraag

Slide 5 - Video

Slide 6 - Video

Een bloeding stoppen

  • Geef onmiddellijk met je hand druk op de wond, bij voorkeur wegwerphandschoenen aan.
  • Gebruik je een verband of een schone doek (zoals een theedoek).
Handelen bij een ernstige uitwendige bloeding
  • Vraag het slachtoffer eerst zelf op de wond te drukken als dit mogelijk is.
  • Laat het slachtoffer liggen als er kans op shock bestaat.
  • Vraag een omstander 112 te bellen bel zelf. Zet 'm op luidspreker
  • Trek wegwerphandschoenen aan, oefen druk uit op de wond: met hand, verband of schone doek.
  • Blijf druk uitoefenen tot hulpdiensten zijn gearriveerd
  • Bescherm het slachtoffer tegen afkoeling als dat nodig is.


Slide 7 - Tekstslide

Je collega heeft tijdens het
schoonmaken haar arm open-
gehaald aan een uitstekende,
(niet roestige) spijker. De wond
bloedt een beetje. Je biedt hulp.
Wat stel je vast en wat doe je als
eerste?
A
Dit is een bloeding. Als eerste ga ik de wond ontsmetten met een ontsmettingsmiddel
B
Dit is een snijwond. Als eerste doe ik handschoenen aan
C
Dit is een steekwond. Als eerste ga ik spoelen onder de kraan

Slide 8 - Quizvraag

Bij welk letsel moet je een wonddruk verband gebruiken?
A
Brandwond
B
Uitwendige bloeding
C
Kneuzing
D
Botbreuk

Slide 9 - Quizvraag

Een slagaderlijke bloeding is gevaarlijker dan een aderlijke bloeding.
A
Ja
B
Nee

Slide 10 - Quizvraag

Wat doe je bij een slagaderlijke bloeding?
A
Verbinden met een grote pleister
B
Dichtdrukken
C
Dichtdrukken en 112 bellen
D
Pleister

Slide 11 - Quizvraag

Als er een ongeval gebeurd met meerdere slachtoffers, moet je beoordelen aan welk slachtoffer je het eerst hulp biedt.
Je zorgt het eerste voor het slachtoffer met een:
A
actieve bloeding
B
ernstig oogletsel
C
bloedneus
D
gebroken arm

Slide 12 - Quizvraag

Slide 13 - Video

iemand heeft spontaan een bloedneus gekregen, wat doe je:
timer
0:15
A
1x flink laten snuiten -hoofd achterover - neus dichtknijpen
B
hoofd naar beneden - onder neusbotje dichtknijpen
C
1x goed laten snuiten - hoofd naar beneden - onder neusbotje dichtknijpen
D
hoofd achterover - neus dichtknijpen

Slide 14 - Quizvraag

Hoe lang moet iemand zijn neus dichtknijpen bij een bloedneus
A
3 min
B
10 min
C
5 min
D
6 min

Slide 15 - Quizvraag

Wat is er fout?
Als iemand een bloedneus heeft dan...
A
laat je hem zitten in schrijfhouding
B
knijp je zijn neus 10 minuten dicht onder het tussenschot
C
als het bloeden stopt laat je hem zachtjes snuiten
D
moet je hem eerst gerust stellen

Slide 16 - Quizvraag

Wat van onderstaande antwoorden doe je NIET bij een bloedneus?
A
Bel altijd 112
B
10 minuten dichtknijpen
C
Handschoenen aantrekken
D
Hoofd voorover houden

Slide 17 - Quizvraag

Het is niet verstandig om je neus te snuiten tijdens een bloedneus?
A
juist
B
onjuist

Slide 18 - Quizvraag

Bloed uit de mond

bloed ophoesten: 112 bellen bij veel en vaak bloed ophoesten en/of pijn op de borst en zieke indruk

tand losgeraakt : schoonspoelen met melk of schoonlikken en terugplaatsen, naar tandarts ( bewaren in melk)

tand door de lip: steriel gaasje op de lip, naar huisarts/ tandarts

Slide 19 - Tekstslide

Wat te doen bij:
  • brandwonden 
  • blaren
  • schaafwonden 
  • snijwonden 
  • steekwonden 
  • bijtwonden

Slide 20 - Tekstslide

Simulatietoets; EHBO bij arteriële bloeding van de arm 
  1. Volgt in de juiste volgorde de richtlijnen van het Oranje Kruis bij het verlenen van eerste hulp.
  2. Voert de handeling/vitale functie uit volgens voorschrift en protocol.
  3. Reageert adequaat op verbale en non-verbale reacties van de zorgvrager en benoemt hoe hij de zorgvrager gerust zou stellen
  4. Licht toe hoe rekening is gehouden met mogelijke risico’s of contra-indicaties voor de zorgvrager voor, tijdens en na de handeling of vitale functie




Slide 21 - Tekstslide

lesdoelen behaald?
  • Je kunt een (ernstige) uitwendige bloeding herkennen
  • Je kunt actieve bloedingen stoppen en hulp inschakelen
  • Je kunt een bloeding stoppen met wonddrukverband
  • Je kunt een neusbloeding stoppen



Slide 22 - Tekstslide

Oefenen!

Slide 23 - Tekstslide