Steden en staten 7 november 2F

Hoofdstuk 5: Steden en staten 
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 5: Steden en staten 

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Link

Slide 3 - Link

Wat gaan wij doen?

  • Aantekeningen paragraaf 3
  • Bingo!
  • afsluiting 

Slide 4 - Tekstslide

Lesdoel

  • Je kan vertellen hoe het bestuur in een stad in elkaar zit. 

Slide 5 - Tekstslide

Hoofdstuk 5.3
  • Gilden: een vereniging van mensen met hetzelfde beroep.
  • De meester is de leider van de gilde. 
  • Je moet lid zijn van een gilde om een beroep uit te kunnen oefenen in een stad. 

  • Strenge regels over werktijden, prijzen, kwaliteit van de producten --> Ondelinge concurrentie voorkomen. 

Slide 6 - Tekstslide

Hoofdstuk 5.3
  • Stad staat op het grond van de heer dus is eigendom van de heer 
  • Steden krijgen stadsrechten en mogen daarom zelf besturen en rechtspreken. 
  • Het stadsbestuur bestaat uit rijke kooplieden en gildemeesters. 

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Bingo

Slide 10 - Tekstslide

Afsluiting

Slide 11 - Tekstslide

Waarom zijn er gilden bedacht?
A
Om informatie te delen
B
Om prijsconcurrentie tegen te gaan
C
Omdat er veel werd gestolen
D
Omdat er veel armoede was

Slide 12 - Quizvraag

1. De landheer gaf de stad gratis stadsrechten.
2. In de stadsrechten stond dat een stad een muur om de stad mocht bouwen.
A
Beide zijn goed
B
Beide zijn fout
C
1 is goed en 2 is fout
D
1 is fout en 2 is goed

Slide 13 - Quizvraag

Welke stand vond je in de middeleeuwen alleen in de steden?
A
De boeren
B
De Burgerij
C
De adel
D
De geestelijken

Slide 14 - Quizvraag

Welke standen hadden vooral rechten?
A
De boeren, burgers en de adel
B
De adel en de geestelijkheid
C
De geestelijkheid, de boeren en burgers
D
De burgers, adel en geestelijkheid

Slide 15 - Quizvraag

Wat hebben jullie geleerd?

Slide 16 - Open vraag