- Maak per persoon
zes kaartjes.
- Teken steeds een klok met wijzers of een digitale klok op de kaartjes. Gebruik hele of halve uren en kwartieren.
- Schud alle kaartjes en maak een stapel. Pak om de beurt een kaart.
- Stel de vraag "Quelle heure est-il?" en geef antwoord (Il est...) Gebruik de kloktijd die op het kaartje staat.
- De anderen controleren het antwoord.