H5.4 Het einde van de Koude oorlog

H5.4 Het einde van de koude oorlog. 
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

H5.4 Het einde van de koude oorlog. 

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag leren ? 
  • Aan het einde van de les kunnen we  benoemen welke veranderingen Gorbatsjov in gang zetten. 
  • Aan het einde van de les kunnen we  uitleggen wat er gebeurden met de Berlijnse muur en het IJzeren gordijn.
  • Aan het einde van de les weten we wat de eenwording van Duitsland betekende voor de Duitse volk.

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

De koude oorlog wordt te duur. 
  • Wapenwedloop.
  • Michael Gorbatsjov.

Slide 4 - Tekstslide

Wapenwedloop. 
  • De atoombommen  op Japan zorgde voor grootte angst bij de Sovjets.
  • De Sovjets gaan zelf ook een Atoombom produceren. Dat lukt in 1949
  • Ontstaan van een race. Wie kan de meeste/betere wapens maken(Wapenwedloop).    

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Wapenwedloop(2).
  • De wapenwedloop kost de Sovjets en de Verenigde Staten veel geld.
  • Kosten van een Atoombom is 75 miljoen dollars.  
  • De Sovjets verouderde economie kan de kosten niet meer aan. 
  • De Koude Oorlog wordt te duur voor de Sovjets. 

Slide 8 - Tekstslide

Mikhail Gorbatsjov.
  •  In 1985 krijgt de Sovjet-Unie een nieuwe leider Mikhail Gorbatsjov. 
  • Gorbatsjov wil veranderingen en hervorming invoeren ook wel Perestrojka genoemd. 
  • Doel: Om de economie en het bestuur in de Sovjet-Unie te verbeteren. 

Slide 9 - Tekstslide

Mikhail Gorbatsjov 
hervormingen: 
  •  Punt een: De Overheid moet zich minder gaan bemoeien met de economie.
  • Punt twee: Ontwapenen minder geld naar het leger door kern/normale wapens te verminderen. 
  • Punt drie: Glasnost. Meer vrijheid voor de burgers van de Sovjet-Unie. 
  • Punt vier: Democratiseren. Burgers mochten zelf hun president kiezen. Nu mochten andere partijen mee regeren. 

Slide 10 - Tekstslide

Beschrijf in je eigen woorden wat het begrip Wapenwedloop betekend.

Slide 11 - Open vraag

Michael Gorbatsjov wilde de Sovjet-Unie veranderen. Benoem minsten twee belangrijke veranderingen.

Slide 12 - Open vraag

De val van de Muur. 
  • Economische moeilijkheden in de jaren 80. 
  • Honecker en de DDR. 
  • Duitse eenwording. 

Slide 13 - Tekstslide

Economische moeilijkheden in de jaren 80. 
  • Oostbloklanden hebben het economisch moeilijk in de jaren 80. 
  • Men ziet de welvaart in West-Europa. 
  • Het IJzeren Gordijn en de Berlijnse muur houden de DDR-burgers tegen om richting West-Europa te vluchten.  

Slide 14 - Tekstslide

Honecker en de DDR. 
  • Vanaf 1985 gaat het beter dankzij Gorbatsjov.
  • Verandering van democratisering en openheid.
  • Honecker de leider van de DDR en zijn overheid zijn hier niet blij mee. Zij willen de situatie niet veranderingen.   
  • De Oost-Duitse bevolking pikt het niet meer!

Slide 15 - Tekstslide

De Duitse eenwording. 
  •  De druk werd zo groot dat de DDR-regering toegeeft. 
  • Men mocht weer naar West-Europa reizen. 
  • Op 9 november 1989 viel de Muur. 
  • Kort daarna kregen West-Duitse politieke partijen het recht om mee te doen in de verkiezingen.  

Slide 16 - Tekstslide

De Duitse eenwording(2)
  • De West-Duitse partij van Kohl krijgen de meeste stemmen.
  • Zijn doel: Oost en West weer bij elkaar voegen. 
  • Op  3 oktober 1990 gebeurt dit Oost en West worden samengevoegd ook wel de Duitse eenwording genoemd. 

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Wat gebeurt er op de afbeelding. Met welk begrip kun je dit uitleggen.

Slide 19 - Open vraag

Op welke datum viel officieel de Berlijnse muur.
A
9 november 1989
B
31 december 1991
C
26 augustus 1990
D
10 april 1989

Slide 20 - Quizvraag

Een nieuw Duitsland in een nieuw Europa.
  • Een nieuw Duitsland
  • De Sovjet-Unie valt uiteen 
  • De Europese unie. 

Slide 21 - Tekstslide

Een Nieuw Duitsland. 
  • De eenwording was voor veel Oost-Duitsers een droom die uitkwam. 
  •  Vrije verkiezingen, goede economie en vrij reizen. 
  • Toch was de verandering van communisme naar kapitalisme voor vele een moeilijke overgang. 

Slide 22 - Tekstslide

Een nieuw Duitsland(2).

  • De overgang van communisme naar kapitalisme kostte veel geld.
  • Hierdoor kregen alle Duitsers te maken met een hogere belasting. 
  • Veel Oost-Duitser waren dit niet gewend. 
  • Oost-Duitsers waren bijvoorbeeld niet gewend dat ze soms geen baan hadden.    

Slide 23 - Tekstslide

De Sovjet-Unie valt uiteen. 
  • Ondertussen gingen andere Oostblok-landen over naar Kapitalisme. 
  • Door de vrije verkiezingen van Gorbatsjov gingen veel Oostbloklanden zichzelf onafhankelijk verklaren. 
  • Twee jaar na de val van de muur valt het Warschaupact uiteen.   

Slide 24 - Tekstslide

De Sovjet-Unie valt uiteen(2). 
  • Landen zoals Polen en Bulgarije sluiten zich aan bij NAVO. 
  • Uiteindelijk wordt er in Rusland gekozen voor een democratische president: Boris Jeltsin. 
  • Op 25 december 1991 valt de Sovjet-Unie en begint de Russische Federatie. 

Slide 25 - Tekstslide

De Europese Unie. 
  • Sinds 1945 al een idee.  EGKS(1951) is de voorloper van de Europese Unie. 
  • Tussen 1957-1992 zien we verschillende landen zich aansluiten bij een Europese gemeenschap(Nog geen EU!). 
  • Pas bij het Verdrag van Maastricht(1992) krijgen we de Europese Unie die we nu kennen. 
  • Het verschil tussen Oost en West-Europa valt hiermee weg. 

Slide 26 - Tekstslide

Gorbatsjov zorgden voor democratisering in de Sovjet-Unie. Wat voor effect had dit voor vele Oostblok landen die deel waren van de Sovjet-Unie?

Slide 27 - Open vraag

Wie werd de opvolger van Gorbatsjov?

Slide 28 - Open vraag

Door welk verdrag ontstond officieel de Europese unie
A
Het verdrag van Versailles
B
Verdrag van Geneve
C
Verdrag van Maastricht
D
Verdrag van Rome

Slide 29 - Quizvraag

Wat heb jij geleerd deze les ?

Slide 30 - Open vraag

Nakijken Huiswerk 
Wat ? : We gaan samen H5.4 LB :122-125 en WB: 112-115  nakijken. 
Hoe ? : Dit doen we in samen.
Tijd? : 15-20 minuten. 
Hulp? : De docent.
Klaar? : Ga alvast beginnen met H5.5 LB :126-127 en WB: 116-117 huiswerk.
Resultaat : je het je eigen antwoorden gecontroleerd en verbeterd 






Slide 31 - Tekstslide