Waarom leren wij over vroeger? (situeren in tijd)

1 / 43
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisSecundair onderwijs

In deze les zitten 43 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Klik hier voor de uitleg ↧......

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Klik hier voor de uitleg ↧......

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Klik hier voor de uitleg ↧......

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Klik hier voor de uitleg ↧......

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Klik hier voor de uitleg ↧......

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Klik hier voor de uitleg ↧......

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Klik hier voor de uitleg ↧......
2022

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een eeuw?
A
Een periode van 1 jaar.
B
Een periode van 10 jaar.
C
Een periode van 100 jaar.
D
Een periode van 1000 jaar.

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een millennium?
A
Een periode van 1 jaar.
B
Een periode van 10 jaar.
C
Een periode van 100 jaar.
D
Een periode van 1000 jaar.

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Manier van indelen in de geschiedenis.
Een trage verandering.
rangschikken van gebeurtenissen van oudst naar meest recente.
Een snelle, plotselinge verandering.
Een periode van 10 jaar.
Een periode van 365 dagen.
Een eeuw
Een millennium
periodes
evolutie
revolutie
chronologisch
Een decennium
Een jaar
Een periode van 100 jaar.
Een periode van 1000 jaar.

Slide 14 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Klik hier voor de uitleg ↧......

Slide 15 - Tekstslide

We weten al dat een eeuw een periode van 100 jaar is, maar hoe berekenen we dat nu precies? Hoe kan je weten in welke eeuw een bepaald jaartal ligt? In de volgende slides zal je op deze vragen een antwoord vinden.

Klik hier voor de uitleg ↧......
december 100

Slide 16 - Tekstslide

Een belangrijk aspect dat je vaak zal nodig hebben tijdens de lessen geschiedenis is hoe je een eeuw berekent.
Belangrijk om te weten is: vanaf wanneer beginnen we te tellen?
Tijdens de lessen geschiedenis hanteren we de christelijke jaartelling – en deze begint in het jaar 1. Vanaf dan beginnen we dus te tellen. Zoals al vermeld is duurt een eeuw 100 jaar. De eerste eeuw na christus begon op 1 januari in het jaar 1 en beëindigde op 31 december in het jaar 100.
Momenteel bevinden we ons in de 21e eeuw – deze begon op 1 januari 2001 en zal eindigen op 31 december 2100.
Wanneer je wilt bepalen in welke eeuw een bepaald jaartal valt moet je kijken naar het volgende 100-tal.
We doen de oefening met het jaar 1244. Het eerst volgende 100-tal is 1300. Het jaar 1244 ligt dus in de 13e eeuw.

In welke eeuw situeren we de herontdekking van Amerika door Columbus in 1492?
A
13e eeuw
B
14e eeuw
C
15e eeuw
D
16e eeuw

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In welke eeuw situeren we de val van het West Romeinse rijk in 476?
A
4e eeuw
B
5ste eeuw
C
47e eeuw

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In welke eeuw situeer je het jaar 4?
A
1e eeuw
B
4e eeuw
C
2e eeuw

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Klik hier voor de uitleg ↧......

Slide 20 - Tekstslide

Neem er je Memoria werkboek bij op pagina 21. Je zal nu oefening 2C maken.
Opgelet: je moet nu enkel de eerste tabel invullen. Zoals je ziet is de eerste lijn al ingevuld. Bij deze opdracht moet je de start en de eind datum van de eeuw noteren. De eerste eeuw startte op 1 januiari in het jaar 1 en eindigde op 31 december in het jaar 100.
Jij moet nu deze denkoefening voor de 2e, 13e en 21e eeuw maken.
Maak de oefening in potlood. Zo kan je ze straks onmiddellijk verbeteren.

Klik hier voor de uitleg ↧......

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Klik hier voor de uitleg ↧......

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In welke eeuw situeer je 4 v.C.?
A
2e eeuw v.C.
B
1ste eeuw v.C.
C
3e eeuw v.C.
D
4e eeuw v.C.

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In welke eeuw situeren we het jaar 800 v.C.?
A
800e eeuw v.C.
B
8e eeuw v.C.
C
9e eeuw v.C.

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In welke eeuw situeren we het jaar 3500 v.C.?
A
35e eeuw v.C.
B
36e eeuw v.C.
C
4e eeuw v.C.

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Klik hier voor de uitleg ↧......

Slide 26 - Tekstslide

Neem er terug even je Memoria werkboek bij – terug op pagina 21. Maak deze oefening terug in potlood. Nu je de eeuwen voor christus hebt leren situeren zal je de tweede tabel van oefening 2C aanvullen. Wederom staat de eerste lijn ingevuld. Jij moet dus de begin en eind data van de 2de eeuw, 12de eeuw en 18de eeuw invullen. Vergeet niet v.C. na het jaartal te plaatsen.

Klik hier voor de uitleg ↧......

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Klik hier voor de uitleg ↧......

Slide 28 - Tekstslide

Onze (Westerse) geschiedenis is opgedeeld in verschillende (lange) periodes.
Om vat te krijgen op die lange geschiedenis hebben historici het verleden ingedeeld in zeven periodes – ook wel tijdvakken genoemd.

Klik hier voor de uitleg ↧......

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Klik hier voor de uitleg ↧......

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tijdlijn vergelijken met basisschool

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Komt de tijdlijn van de basisschool overeen met de tijdlijn die je net gezien hebt?
Ja
Neen

Slide 33 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

3 miljoen jaar v.C. - 3500 v.C.
de prehistorie
begin periode: einde wo ||
moderne tijd
1492 - 1789
476 - 1492
3500 v.C. - 800 v.C.
klassieke oudheid
begin: Franse revolutie
hedendaagse tijd
oude nabije Oosten
middeleeuwen
800 v.C. - 476
vroeg moderne tijd
moderne tijd
einde: ontstaan van het schrift
einde: val van het West Romeinse rijk

Slide 34 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe noemen we de periode die begint met de eerste mensachtigen en eindigt met het ontstaan van het schrift?

Slide 35 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke periode eindigt met de Franse revolutie?
A
vroegmoderne tijd
B
hedendaagse tijd
C
moderne tijd

Slide 36 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De hedendaagse tijd eindigt met het begin van WO II.
A
Juist
B
Fout

Slide 37 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe noemt de periode die begint met de Franse revolutie en eindigt met het begin van WO II?

Slide 38 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

De klassieke oudheid begint
rond 800 v.C.
A
Fout
B
Juist

Slide 39 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Klik hier voor de uitleg ↧......

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Klik hier voor de uitleg ↧......

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Klik hier voor de uitleg ↧......

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Klik hier voor de uitleg ↧......

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies