20220130 Past Continuous

past tense
Aan het einde van de les weet jij 
- hoe je de past continuous tense moet maken
- wanneer je de past continous gebruikt (en wat het verschil is met de past simple)
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

past tense
Aan het einde van de les weet jij 
- hoe je de past continuous tense moet maken
- wanneer je de past continous gebruikt (en wat het verschil is met de past simple)

Slide 1 - Tekstslide

But first a review of the past simple

Slide 2 - Tekstslide

zet het werkwoord in de verleden tijd:
clean
timer
1:00

Slide 3 - Open vraag

Wat is de juiste spelling van carry in de verleden tijd?
timer
0:10
A
carried
B
carryied
C
carryed
D
carriyd

Slide 4 - Quizvraag

Maak de volgende zin ontkennend:
The girl walked home.
timer
0:20

Slide 5 - Open vraag

Maak de volgende zin ontkennend:
The boy found a ring.
timer
0:20

Slide 6 - Open vraag

Maak van de volgende zin een vraagzin:
She did her homework.
timer
0:20

Slide 7 - Open vraag

Maak van de volgende zin een vraagzin:
My father drank coffee.
timer
0:20

Slide 8 - Open vraag

Past continuous
Vorm:
  • I/ he/she/it + was + werkwoord + ing 
              I was doing the dishes.

  • you/we/they + were + werkwoord + ing 
            We were watching a film.

Slide 9 - Tekstslide

Past continuous
Gebruik:

Verleden tijd - duurvorm (de actie duurde een tijdje)
hiermee geef je aan dat iets langer aan de gang was. 
I was drinking a coke, when my mother called me. 

Sophie wasn't listening to the teacher, but she was talking to her friend.

In het NL: Wat was hij aan het doen? Hij was aan het voetballen 

Slide 10 - Tekstslide

past simple

- afgeronde actie in het verleden
past continuous

- actie die langer duurde in het verleden.

belangrijk woord: 
while

Slide 11 - Tekstslide

Practise
Je gaat nu oefenen met de past continuous (ook wel past progressive genoemd). 

Ga naar Teams - m3 Engels en klik op de linken.
Maak de opdrachten en kijk deze na. 
Hoe heb jij het gemaakt? 

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Link

Slide 14 - Link

Slide 15 - Link

Wat heb je nodig om een past continuous te maken?
A
was/were + werkwoord+ed
B
was/were + werkwoord in 2e rijtje
C
was/were + werkwoord + ing
D
was/were + werkwoord + s

Slide 16 - Quizvraag

Met de past continuous (was/were + werkwoord + ing) geef je aan dat
A
een handeling in het verleden afgerond is.
B
een handeling langer duurde in de verleden tijd.

Slide 17 - Quizvraag

Homework
Monday, 6 February
do: worksheet 'I was thinking of the Past Continuous'
study: notes on past continuous

Slide 18 - Tekstslide