Formeel en informeel

1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

0

Slide 14 - Video

Formeel en informeel
Formeel:

- Je spreekt de ander aan met 'u' 
- Je gebruikt nette taal
- Je bent netjes en beleefd

Tegen wie bijvoorbeeld?
Informeel:

- Je mag 'je' en 'jou' zeggen
- Vlottere taal gebruiken
- Je mag grapjes maken

Tegen wie bijvoorbeeld?

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Formeel of informeel?
Een docent
A
Formeel
B
Informeel
C
Geen van beide
D
Allebei

Slide 18 - Quizvraag

Formeel of informeel?
Een arts in het ziekenhuis
A
Formeel
B
Informeel
C
Geen van beide
D
Allebei

Slide 19 - Quizvraag

formeel
informeel
je spreekt iemand aan met 'U'
een sollicitatiebrief schrijven
een verjaardagskaart sturen naar je vriendin
straattaal gebruiken in een app

Slide 20 - Sleepvraag

Opdracht 1: Zet een X, is het formeel of informeel? 

Slide 21 - Tekstslide

Maak
Maak: Cursus 4 Taal paragraaf 5 Formeel en informeel
Opdracht 1 tot en met 3.

Klaar? Maak de overige opdrachten.
timer
5:00

Slide 22 - Tekstslide

Ik weet wat het verschil is tussen formeel en informeel taalgebruik.
😒🙁😐🙂😃

Slide 23 - Poll

Volgende les
Volgende les: 

Cursus 1: Meer dan lezen paragraaf 7 Stappenplan lezen.

Slide 24 - Tekstslide