Een kind leert niet eerst woorden leert die het vervolgens combineert tot zinnen via abstracte, betekenisvolle grammaticale regels. Integendeel, kinderen leren van wat volwassenen zeggen allerlei verschillende taalkundige structuren tegelijk, in allerlei vormen en omvang en op allerlei niveaus van abstractie. Vervolgens maken kinderen hun eigen babbeltaaltje door een aantal van die elementen bij elkaar te voegen op een manier die tegemoetkomt aan hun communicatieve intenties.”