Lesson one

1 / 52
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 52 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

  • Taking the register
  • Learning goals
  • Newsround
  • Looking Ahead
  • What do you need?
  • Time Master
  • Introduction Unit 3
  • Let's get down to work (exercises)
  • Exit ticket
  • Monster quiz
  • Homework

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

  • Zelfregulering – Je weet dat er verschillende (leer)strategieën zijn en kunt bepalen welke strategieën passen bij de geformuleerde (leer)doelen.
  • A2.2 Je kunt eenvoudige advertenties met weinig afkortingen begrijpen.
  • A2.3 – Je kunt specifieke informatie in eenvoudige teksten begrijpen.
  • A2.3 – Je kunt de hoofdlijn begrijpen van eenvoudige teksten in een tijdschrift.

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Unit 3 - Fashion

Slide 7 - Tekstslide

  • a or an (een)
  • to be (zijn)
  • present continuous
  • plural (meervoud)
  • my, your, etc. (bezittelijke vnw)
  • vragen naar en geven van informatie (in een winkel)
  • beschrijven van personen
  • zeggen wat je van iets vindt
  • vragen naar en geven van informatie in een winkel

Slide 8 - Tekstslide

iPad      workbook     notebook     pen          airpods
                       A                              and pencil

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Welke kledingstukken ken je?
(in het Engels)

Slide 11 - Woordweb


Do: Exercise 3, page 89+90, Workbook A            

In je boek

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Exercise 3a, page 89+90
models, look, beautiful, clothes, style, stylist, collection, new, magazine, designer, creation, dress, catwalk, high heels, photo shoot.

Slide 14 - Tekstslide

Look at: BoneDry Sportswear, page 91, Workbook A

Do: Exercise 4, page 92, Workbook A            

In je boek

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Exercise 4, page 92
  1. Het zijn advertenties.
  2. Ze gaan over de sportkleding van het merk Bonedry.
  • beautiful, clean, perfect, best quality, cool.

Slide 17 - Tekstslide

Scan: BoneDry Sportswear, page 91, Workbook A

Do: Exercise 5, page 92, Workbook A            

In je boek

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Exercise 5, page 92
  • kniekousen, een oranje jas, warme handschoenen, een waterdichte broek, een extra lange sjaal.
  • Je blijft altijd droog.

Slide 20 - Tekstslide

Read: BoneDry Sportswear, page 91, Workbook A

Do: Exercise 6a+b, page 92+93, Workbook A 
          
       
       

In je boek

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

1. In november kosten de kniekousen £ 7.
2. Je kunt een gratis catalogus krijgen.
3. Je kunt de kleding ook dragen als je niet gaat skiën.
4. De jassen zijn er in allerlei kleuren.
5. De kniekousen zijn extra lang.
6. De laarzen zijn alleen geschikt om te skiën.
7. De sjaals zijn er alleen in rood.
8. Je kunt alle kleren op de computer bekijken.

Slide 23 - Sleepvraag

Exercise 6b, page 93
1. In november kosten de kniekousen £7. 
5. De sokken zijn extra lang.
6. De laarzen zijn alleen geschikt om te skiën.
7. De sjaals zijn er alleen in het rood.
  • 1. In september en oktober kosten de kniekousen £7.
  • 5. De sokken zijn erg zacht/tot de knie. Of: De sjaals zijn extra lang.
  • 6. De laarzen zijn ook geschikt om te snowboarden en om op straat te dragen.
  • 7. De sjaals zijn er in veel kleuren.

Slide 24 - Tekstslide

vocabulary 3.1

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Study: vocabulary 3.1

Do: Exercise 7+8, page 93+94, workbook A
In je boek

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Exercise 7, page 93
  • offer
  • helmets
  • boots
  • scarf
  •  sportswear
  • even
  • free
  • trousers
  •         grey
  • jackets
  •     bright 

Slide 31 - Tekstslide

Exercise 8, page 94
  1. heavy
  2. gloves
  3. helmet
  4. free
  5. maybe
  6. ad
  7. safe
  8. purple
  9. grey
  10. jacket

Slide 32 - Tekstslide

Match the shops to the pictures
Newsagent
Pharmacy
Bookshop
Clothes shop
Shoe shop
Department store
Supermarket
Sports shop

Slide 33 - Sleepvraag

Slide 34 - Tekstslide

a / an

Slide 35 - Tekstslide

le

  • (het lidwoord) een
a / an (1/2)
een

  • a
  • an

  • bij woorden die met een medeklinker-klank beginnen

  • bij woorden die met een klinker-klank beginnen

  • Het gaat om wat je hoort
  • Niet wat je schrijft/ziet

Slide 36 - Tekstslide

le
a / an (2/2)
een

  • banana
  • car
  • teacher
  • shoe
  • etc.

  • apple
  • elephant
  • onion
  • idiot
  • etc.

  • a uniform 
  • a European
  • an hour
  • an x-ray 
  • etc.
  • je zegt 'juniform'
  • je zegt 'jeuropean'
  • je zegt 'our'
  • je zegt 'exray'

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide


Wat vind jij van deze uitleg?
😒🙁😐🙂😃

Slide 39 - Poll

le

  • (het lidwoord) een
a / an (1/2)
een

  • a
  • an

  • bij woorden die met een medeklinker-klank beginnen

  • bij woorden die met een klinker-klank beginnen

  • Het gaat om wat je hoort
  • Niet wat je schrijft/ziet

Slide 40 - Tekstslide

le
a / an (2/2)
een

  • banana
  • car
  • teacher
  • shoe
  • etc.

  • apple
  • elephant
  • onion
  • idiot
  • etc.

  • a uniform 
  • a European
  • an hour
  • an x-ray 
  • etc.
  • je zegt 'juniform'
  • je zegt 'jeuropean'
  • je zegt 'our'
  • je zegt 'exray'

Slide 41 - Tekstslide

Slide 42 - Tekstslide

A
An
bike
apple
uniform
pen
igloo
coffee
hour
empire
octopus
waiter
owl
phone
eagle
car
pen

Slide 43 - Sleepvraag

Study: a / an

Do: Exercise 9, page 94+95, workbook A
In je boek

Slide 44 - Tekstslide

Slide 45 - Tekstslide

Exercise 9, page 94+95
  1. an
  2. a
  3. an
  4. a
  5. an
  6. a
  1. medeklinker
  2. klinker
  1. a
  2. an
  3. an
  4. a
  5. an
  6. a
  7. a
  8. an
  9. a

Slide 46 - Tekstslide


Ik weet nu wanneer je a of an gebruikt.
Ik wist dit al
Ja
Ik moet hier nog even goed naar kijken

Slide 47 - Poll

Slide 48 - Tekstslide

Study: 
  - vocabulary 3.1, page 145, Workbook A

Watch: 
  - video a / an

Slide 49 - Tekstslide

Thanks for your attention
      Wait for            Push your chair         Throw away
      the bell             under the table            your litter

Slide 50 - Tekstslide

Vocabulary 3.1
ad (advertisement)
belt
(to) carry
colour
good-looking
hat
head
headscarf
leren, van leer
nek
broekzak
mooi
verkopen
glimlachen
gympen
dragen
Copy & translate

Slide 51 - Tekstslide

Vocabulary 3.1
ad (advertisement)
advertentie
belt
riem
(to) carry
dragen
colour
kleur
good-looking
knap
hat
pet, hoed, muts
head
hoofd
headscarf
hoofddoek
leather
leren, van leer
neck
nek
pocket
broekzak
pretty
mooi
(to) sell
verkopen
smile
glimlachen
trainers
gympen
(to) wear
dragen
Listen & repeat

Slide 52 - Tekstslide