1.6.2.1 hoofdpijn
1 / 32
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Wat ervaar je zelf bij hoofdpijn?
Slide 4 - Woordweb
Slide 5 - Tekstslide
Wat is hoofdpijn?
A
Overprikkeling van de haarvaten
B
Overprikkeling van het prikkelverwerkings-systeem
C
Overprikkeling van de vaten in het hoofd
Slide 6 - Quizvraag
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Doffe drukkende pijn
Druk in de sinussen
Zeer heftige hoofdpijn 1 kant van het gezicht
Ernstige hoofdpijn die erger wordt bij inspanning
Sinus hoofdpijn
Spannings- hoofdpijn
Cluster hoofdpijn
Migraine
Slide 9 - Sleepvraag
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Een middel wat ik zou kunnen gebruiken bij sinushoofdpijn is?
A
Paracetamol
B
Alginaat
C
warme kruiken/doeken
Slide 13 - Quizvraag
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Bij clusterhoofdpijn gebruik ik als medicatie?
A
Paracetamol
B
Ibuprofen
C
Zuurstof
D
Naproxen
Slide 16 - Quizvraag
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Tekstslide
Medicatie bij migraine is vaak?
A
sumatriptan
B
verapamil
C
simvastatine
D
enalapril
Slide 24 - Quizvraag
Slide 25 - Tekstslide
Slide 26 - Tekstslide
Slide 27 - Tekstslide
Slide 28 - Tekstslide
Slide 29 - Tekstslide
Wat betekend FAST?
A
Face, Arms, Speak, toes
B
Face, arms, speak, theet
C
Face, arms, speak, time
