2.4 Het Lötschental

2.4 Het Lötschental
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

2.4 Het Lötschental

Slide 1 - Tekstslide

luchtstreken
  • gebieden die aangeven hoe warm of koud het daar kan worden
  • dit kan door middel van breedtecirkels of gebieden van gelijke temperatuur met elkaar verbinden door een lijn

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Leerdoelen
- Je weet wat een hooggebergte is.
- Je kunt uitleggen welke hoogtegordels er zijn in de bergen.
- Je kunt benoemen wat het verband is tussen bevolkingsdichtheid en inrichting.
- Je kunt uitleggen wat het verband is tussen toerisme en bereikbaarheid in de bergen.

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Lees paragraaf 2.4 maar door!
timer
5:00

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Het Lötschental
Gletsjer
Gletsjer = Een enorme ijsmassa die langzaam naar het dal schuift.

Zomer
Winter

Slide 9 - Tekstslide

Gebied met bergen die hoger zijn dan 1.500 m.
Een landschap dat (bijna) niet door mensen is ingericht. Het is puur natuur.

Slide 10 - Tekstslide

Vergelijk de twee kaarten. Wat valt je op?
Je mag het antwoord zo geven. Eerst goed kijken.

Slide 11 - Tekstslide

Bevolkingsdichtheid en reliëf

Slide 12 - Tekstslide

reliëf
Hoogteverschillen in het landschap.
gletsjer
Enorme ijsmassa die langzaam naar beneden schuift.

Slide 13 - Tekstslide

Reliëf = hoogteverschil
4 vormen van reliëf van hoog naar laag:

1- hooggebergte > 1500m
2- middelgebergte 500-1500m
3- heuvelland 200-500m
4- laagland < 200m

Slide 14 - Tekstslide

Iedere 1000m omhoog, wordt het 6 graden kouder.

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Hoogteligging 
Regel
Hoe hoger hoe kouder
Als je 1000 meter stijgt wordt het 6 graden Celsius kouder.

Uitleg
Pas wanneer zonnestralen op het aardoppervlak vallen geven ze hun warmte af. Het aardoppervlak wordt daardoor warm en geeft nu zelf warmte af. De dampkring wordt op die manier van onderaf verwarmd.
Hoogteligging en temperatuur

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

dubbelseizoen
Twee keer per jaar een piek in het aantal toeristen.
alpenweiden
Hoogtegordel in de bergen met grassen, kruiden en lage struikjes (boven de boomgrens).
boomgrens
Grens tussen een gebied waar nog wel bomen groeien en waar geen bomen meer kunnen groeien door de lage temperatuur (kouder dan 10 °C in de zomer).
bereikbaarheid
De mogelijkheid om een plaats te bereiken.

Slide 20 - Tekstslide

Zet de hoogtegordels op de juiste plaats in de tekening.
loofboomgordel
naaldboomgordel
alpenweiden
rotsgordel
eeuwige sneeuw

Slide 21 - Sleepvraag

Slide 22 - Tekstslide

Welke hoogtegordel zie je op de voorgrond?
A
Loofboomgordel
B
Rotsgordel
C
Naaldboomgordel
D
Alpenweide

Slide 23 - Quizvraag

Het toerisme in het Lötschental kent een dubbelseizoen. Welk schaalniveau past het beste bij deze uitspraak?
A
Lokaal
B
Regionaal
C
Nationaal
D
Internationaal

Slide 24 - Quizvraag

Is het op de evenaar op de berg (de Kilimanjaro bijv.) op 4 km hoogte net zo koud als in de Alpen?

Slide 25 - Open vraag

Goed meegedaan! 

Slide 26 - Tekstslide

Opdrachten
Je kunt de opdrachten van 2.4 gaan maken:

- Dit zijn opdracht 1 t/m 4.
- Dit moet voor woensdag af zijn.

Succes!

Slide 27 - Tekstslide

Leerdoelen
- Je weet wat een hooggebergte is.
- Je kunt uitleggen welke hoogtegordels er zijn in de bergen.
- Je kunt benoemen wat het verband is tussen bevolkingsdichtheid en inrichting.
- Je kunt uitleggen wat het verband is tussen toerisme en bereikbaarheid in de bergen.

Slide 28 - Tekstslide

Leerdoel 1: je weet wat een hooggebergte is.

Slide 29 - Open vraag

Leerdoel 2: je kunt uitleggen welke hoogtegordels er zijn in de bergen.

Slide 30 - Open vraag

Leerdoel 3: je kunt benoemen wat het verband is tussen bevolkingsdichtheid en inrichting.

Slide 31 - Open vraag

Leerdoel 4: je kunt uitleggen wat het verband is tussen toerisme en bereikbaarheid in de bergen.

Slide 32 - Open vraag