De kracht van non-verbale communicatie SW

De kracht van non-verbale communicatie
Indy Kersten
Student omgangskunde Fontys Tilburg
Gastspreker: ---
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
MentorlesMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

De kracht van non-verbale communicatie
Indy Kersten
Student omgangskunde Fontys Tilburg
Gastspreker: ---

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Inhoudsopgave
-Wat weten we al over non verbale communicatie
-Wat is non verbale communicatie
-Gezichtsuitdrukkingen en emoties
-Culturele verschillen
-Gastspreker
-Bewustwording
-Weerwolven
-Feedback

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je al over non-verbale communicatie?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat is non-verbale communicatie?
-Non-verbale communicatie omvat alle communicatie die niet via woorden plaatsvindt, zoals lichaamstaal, gezichtsuitdrukkingen, gebaren en oogcontact.
- 80 tot 90% van de communicatie is non-verbaal. 
-Emoji's zijn non verbale communicatie middelen via digitale platforms. 
-Eerste indruk ca 30 seconden volledige eerste indruk en oordeel over een persoon.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Impact van lichaamstaal
-Lichaamstaal kan emoties, intenties en zelfs persoonlijkheid uitdrukken. Het kan de verbale boodschap versterken of tegenspreken.
-Empathie en verbondenheid.
-Vertrouwen en veiligheid.
-Grenzen stellen.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gezichtsuitdrukkingen en emoties
-Gezichtsuitdrukkingen zijn krachtige indicatoren van emoties. Ze kunnen de boodschap ondersteunen of juist verwarren.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Pauze

timer
10:00

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Culturele verschillen in non-verbale communicatie
-Culturele verschillen kunnen leiden tot misverstanden in non-verbale communicatie, aangezien gebaren en lichaamstaal verschillende betekenissen hebben in verschillende culturen.
-Duim omhoog westerse cultuur teken van goedkeuring.
-Duim omhoog midden oosten (niet alle landen) belediging.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeelden van cruciale situaties
Situaties zoals sollicitatiegesprekken, presentaties en onderhandelingen benadrukken de cruciale rol van non-verbale communicatie.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bewustwording 
-Ongeïnteresseerdheid pas bij vier non verbale acties.
-Oogcontact speelt een grote rol in non-verbale communicatie zoals dominantie of onzekerheid
-Let op hoe het opgevat kan worden in je werkveld.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waaruit bestaat het grootste deel in communicatie?
A
Verbale communicatie
B
Non verbale communicatie

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk aspect is geen vorm van non-verbale communicatie?
A
lichaamstaal
B
oogcontact
C
gezichtsuitdrukkingen
D
geschreven woorden

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel procent in communicatie is non-verbaal?
A
60%
B
70%
C
80%
D
90%

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is niet belangrijk bij het vormen van een eerste oordeel?
A
Houding
B
Lichaamstaal
C
Uiterlijk
D
Naam

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de basis van beroepshouding?
A
Loyaliteit
B
Betrokkenheid
C
Respect
D
Feedback

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een Whatsapp bericht is een vorm van
A
Verbale communicatie
B
Non verbale communicatie

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 20 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 21 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 22 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.