VWO H33 Absorption Costing, herhaling 33. 2 t/m 33 5

VWO H33 herhaling



33.2 t/m 33.5
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
BedrijfseconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

VWO H33 herhaling



33.2 t/m 33.5

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een partij goederen met een vaste kostprijs van €8.000,- wordt verkocht voor €15.125,- inclusief 21% omzetbelasting.
A
Het verkoopresultaat is € 4.500,-
B
Het verkoopresultaat is € 7.125,-
C
Het verkoopresultaat is € 12.500,-
D
Het verkoopresultaat is € 15.125,-

Slide 2 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De formule (W-N)x C/N
berekent het:
A
Verkoopresultaat
B
Break-evenafzet
C
Bezettingsresultaat
D
Bedrijfsresultaat

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kostprijs € 14,40. Verkopen 400 stuks a € 18,50 en 750 stuks a € 18,75 ex BTW. Inkopen 600 stuks a € 11,90 en 500 stuks a € 12,15. Inkoopkosten € 2.800,-. Verkoopresultaat?

Slide 4 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

brutowinst
nettowinst
commerciele kostprijs
verkoopprijs
fabriacage kostprijs
fabricagekosten + verkoopkosten
commerciële kostprijs + winstopslag
c/n +v/w
verkoopprijs - inkoopprijs
brutowinst - bedrijfskosten
brutowinst - exploitatiekosten

Slide 5 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Voorcalculatie
Constante kosten € 100.000
Normale productie 2.000 stuks
Begrote productie 2.500 stuks

Variabele kosten per kast 
2 uur arbeid/ € 15 per uur 
1 m3 hout/ € 20 per m3

Verkoopprijs excl. btw € 1.000 p/stuk

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorcalculatie

Constante kosten € 100.000
Normale productie 2.000 stuks
Begrote productie 2.500 stuks


Variabele kosten per kast
2 uur arbeid/ € 15 per uur
1 m3 hout/ € 20 per m3

Verkoopprijs excl. btw  € 1.000 p/stuk
Stap 1: Standaard kostprijs = 
(€100.000/2.000) + (2 x €15) + €20 = €550 

Stap 2: Verkoopresultaat
2.500 x (€ 1.000 - € 550) = 
€ 1.125.000

Stap 3: Bezettingsresultaat
(B-N) x (C/N) = (2.500-2.000) x €500 = €250.000


Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorgaande stappen
Stap 2: Verkoopresultaat
=  
€ 1.125.000
Stap 3: Bezettingsresultaat
 = €250.000
Stap 4: Voorcalculatorisch bedrijfsresultaat =
verkoopresultaat +/- budgetresultaat

€ 1.125.000 + € 250.000 = € 1.375.000


Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorcalculatorisch bedrijfsresultaat
Twee methodes

 begroot verkoopresultaat     +/- verwacht budgetresultaat 

of 

verwachte opbrengsten - verwachte kosten 


Verwacht budgetresultaat is in de voorcalculatie meestal alleen het bezettingsresultaat.
afzet x (verkoopprijs excl. btw - standaard kostprijs)

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

33.3 Nacalculaties met werkelijke gegevens
Twee methodes

gerealiseerd verkoopresultaat     +/- ger. budgetresultaat 

of 

 totale opbrengsten - totale kosten 


Budgetresultaat bestaat uit: 
- bezettingsresultaat 
- prijsresultaat (constante kosten zonder formule, variabel met formule)
- efficiencyresultaat (variabel)
werkelijke afzet x (werkelijke verkoopprijs excl. btw - standaard kostprijs)

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Resultaten
Verkoopresultaat (brutowinst) =
-
Nettowinst = 
+
verkoopprijs
kostprijs
Verkoopresultaat
bezettingsresultaat

Slide 11 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

De commerciële kostprijs is € 240,-
De winstopslag is 40% van de kostprijs.
Wat is de verkoopprijs?
A
€ 96,-
B
€ 140,-
C
€ 336,-
D
€ 400,-

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bereken het verwachte bedrijfsresultaat op 2 manieren
A
Verwacht Verkoopresultaat + verwacht Budgetresultaat
B
Verwacht Prijsresultaat + Verwacht Efficiency resultaat
C
Verwachte omzet - Verwachte kosten
D
Verwacht Prijsresultaat + Verwacht Efficiencyresultaat + verwacht Bezettingsresultaat

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

nacalculatorisch resultaat
efficiëntieverschillen
prijsverschillen
bezettingsresultaat    +
budgetresultaat

nettowinst = verkoopresultaat + budgetresultaat
(verkoopprijs - standaardkostprijs) x afzet

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

een negatief bezettingsresultaat is:
A
het verschil tussen de begrote en werkelijke constante kosten bij een hogere bezetting
B
het verschil tussen de begrote en werkelijke totale kosten bij een hogere bezetting
C
het deel van de constante kosten dat niet gedekt is omdat de werkelijke bezetting afwijkt van de verwachte bezetting
D
het deel van de constante kosten dat niet gedekt is omdat de werkelijke bezetting afwijkt van de normale bezetting

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

33.4 Wat is een nacalculatorisch budget?

het bedrag wat de totale kosten hadden mogen zijn bij de werkelijke productie/ afzet. 

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De onderneming neemt beleidsbeslissingen o.b.v. vergelijking tussen voor- en nacalculatie
Voorbeelden:
*Waarom was de verkoopprijs lager? Te vaak kortingen? Product oké?
*Waarom is de afzet veel hoger dan verwacht? Groeimarkt? P te laag?
*Groot positief efficiencyresultaat op grondstoffen: kostprijs bijstellen?
*Negatief prijsresultaat op loonkosten: teveel dure overuren?

etc. etc.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

33.5 Berekenen nacalculatorisch bedrijfsresultaat 


 
Twee manieren: 
  • gerealiseerd verkoopresultaat +/- gerealiseerd budgetresultaat
  • gerealiseerde omzet - werkelijke directe en indirecte kosten 

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer gebruik je deze methode? 



Bij ondernemingen die verschillende producten of diensten leveren worden de constante kosten niet over de normale productie (N) maar als opslagpercentage constante kosten in de kostprijs verwerkt. 

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rekenmachine gereed? 
Oefening eerste methode: 
gerealiseerd verkoopresultaat +/- gerealiseerd budgetresultaat

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Facto BV heeft over het afgelopen jaar een omzet gerealiseerd van € 4.350.192 inclusief 21% btw. In de omzet
is een winstopslag inbegrepen van 12% van de standaardkosten. Bereken het gerealiseerd verkoopresultaat.
timer
3:00

Slide 21 - Open vraag

1. Omzet excl. btw = € 4.350.192 / 1,21 = € 3.595.200

2. Standaardkosten is kostprijs, deze is 100%, want volgt na "van de" ,de winstopslag is 12%. Omzet = kostprijs + winstopslag = 100 + 12 = 112%

3. Verkoopresultaat = omzet/112 x 12 = € 3.595.200/112x12 = € 385.200
Uitwerking 
Facto BV heeft over het afgelopen jaar een omzet gerealiseerd van 
€ 4.350.192 inclusief 21% btw. In de omzet
is een winstopslag inbegrepen van 12% van de standaardkosten. Bereken het gerealiseerd verkoopresultaat.

1. Omzet excl. btw = € 4.350.192 / 1,21 = € 3.595.200
2. Standaardkosten is kostprijs, deze is 100%, want volgt na "van de" ,de winstopslag is 12%. Omzet = kostprijs + winstopslag = 100 + 12 = 112% 
3. Verkoopresultaat = omzet/112 x 12 = € 3.595.200/112x12 = € 385.200

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

stap 2: budgetresultaat berekenen
Toegestane variabele materiaalkosten € 2.150.000
Toegestane variabele loonkosten: 42.000 uur - €15 p/uur
Dekking voor de constante kosten is 20% van het variabele materiaalgebruik 

Werkelijk variabel materiaalgebruik: € 2.229.000
Werkelijke variabele loonkosten: 42.700 uur - €15,30 p/uur 
Werkelijk constante kosten: € 437.700


Budgetresultaat is som van: 
resultaat op variabele materiaalkosten
resultaat op variabele loonkosten
resultaat op constante kosten
timer
4:00

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bereken het gerealiseerd budgetresultaat.

timer
1:00

Slide 24 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Antwoord: € 110.010 nadelig; opgebouwd uit 
Variabele materiaalkosten toegestaan: € 2.150.000 
Werkelijk variabel materiaalgebruik:       € 2.229.000 - 
Resultaat                                                               €       79.000 nadelig 

Variabele loonkosten toegestaan  (42.000 x €15):  € 630.000
Werkelijke variabele loonkosten (42.700 x €15,30):€ 653.310 - 
Resultaat                                                                                      €  23.310 nadelig 

 Constante kosten toegestaan (20% x € 2.150.000): € 430.000
Werkelijk constante kosten:                                                 € 437.700 - 
Resultaat                                                                                       €       7.700 nadelig 

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stap 3
Nacalculatorisch bedrijfsresultaat = 
gerealiseerd verkoopresultaat +/- gerealiseerd budgetresultaat

= € 385.200 - € 110.010 = € 275.190

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verschillenanalyse en beleidsbeslissingen

bedrijfsresultaat is opgebouwd uit resultaat van veel verschillende orders, een zeer goede of slechte order kan resultaat meer dan evenredig beïnvloeden

Verschillen worden hierbij meer procentueel beoordeeld; hoeveel % meer of minder dan toegestaan? 

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies