1.1 tm 1.4 _Test je kennis

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Test je kennis par 1.1 tm 1.4

Sleep de begrippen naar de juiste plaats in de tekening.

Aardkorst

Mantel

Aardkern

Convectiestromen

Vulkaan

Convergentie

Subductie

Divergentie

Diepzeetrog

Mid oceanische rug

Schuif de plaatbewegingen naar de juiste plaats.

Hoe noem je de buitenste laag van de aarde?

1. Buiten aarde
2. Continent
3. Aardkorst
4. Platentektoniek

Hoe noem je de beweging van taai vloeibaar gesteente in de aardmantel?

1. Stromingen
2. Magmastroming
3. Platentektoniek
4. Convectiestromen

Opbouw van de aarde. Wat is de goede volgorde van buiten naar binnen?

1. Aardplaten, aardkorst, aardmantel en aardkern.
2. Aardkorst, aardmantel en aardkern.
3. Aardkern, aardmantel en aardkorst.
4. Aardmantel, aardplaten en aardkern.

Wat is de drijvende kracht achter platentektoniek?

1. Convectiestromen
2. De zee
3. De mantel
4. Lava

Wat zie je op deze kaart?

1. Continenten
2. Aardplaten
3. Verschil zee en land
4. Aardkorst

Opbouw van de aarde. Wat is de goede volgorde van buiten naar binnen?

1. Aardplaten, aardkorst, aardmantel en aardkern.
2. Aardkorst, aardmantel en aardkern.
3. Aardkern, aardmantel en aardkorst.
4. Aardmantel, aardplaten en aardkern.

Hoe noem je de beweging van taai vloeibaar gesteente in de aardmantel?

1. Stromingen
2. Magmastroming
3. Platentektoniek
4. Convectiestromen

Kern

Aardkorst

Aardmantel

Hoe noemen we de plek waar de aardschok aan het oppervlak komt?

1. Hypocentrum
2. Schaal van Richter
3. Epicentrum
4. Subductie

Waar veroorzaken aardbevingen de meeste schade?

1. Rijke Europese landen
2. Groningen
3. Arme landen in Europa
4. Arme landen in Azië en Zuid-Amerika

Waar zijn aardbevingen vaak het zwaarste?

1. Platen bewegen langs elkaar (transform)
2. Platen bewegen uit elkaar (divergent)
3. Platen bewegen naar elkaar toe (convergent)
4. Overal kunnen zware aardbevingen ontstaan

Welk landschap vind je vooral op plaatsen waar platen uit elkaar bewegen (divergent)?

1. Bergen
2. Strand
3. Oceaan
4. Platteland

Waarom zal Nederland nooit het epicentrum zijn van een zware aardbeving?

het epicentrum zit...

1. recht boven de aardbeving
2. 20 km diep in de aardkorst

Welk begrip hoort erbij?
Het deel van de aarde dat ligt tussen de aardkern en aardkorst

Welk begrip hoort erbij?
De plek in de aardkorst waar de aardbeving ontstaat.

Wat geeft de schaal van Mercalli aan?

1. De kracht van een aardbeving
2. De schade die een aardbeving veroorzaakt
3. Hoe lang de aardbeving duurt
4. De diepte van een aardbeving

De financiële schade na een aardbeving is groter in .....

1. arme landen
2. rijke landen

Bij welke plaatbeweging(en) ontstaan aardbevingen?

1. transform en divergent
2. convergent en transform
3. divergent
4. divergent en convergent

Waarom ontstaan bij divergente plaatbewegingen geen aardbevingen?

Op welke drie manieren bewegen platen ten opzichte van elkaar?

Welke twee soorten platen zijn er?

Bekijk de figuur en de stellingen in de groene vakken. Bepaal of de stellingen juist of onjuist zijn. Sleep ze naar het juiste rode vak.

Juist

Onjuist

Aardbevingen bij a zijn meestal veel krachtiger dan bij c. 

Alleen bij letter b komen geen vulkanen voor. 

De oceaanbodem bij letter b is ouder dan de oceaanbodem bij letter a.

Alleen de aardkorst bij letter c bestaat uit continent.

Bij de midoceanische rug ontstaat aardkorst.

Welke platen bewegen hoe ten opzichte van elkaar bij het ontstaat van een mid-oceanische rug?

1. Een continentale plaat en oceanische plaat uit elkaar
2. Twee continentale platen bewegen uit elkaar
3. Twee oceanische platen bewegen uit elkaar
4. Een continentale en oceanische plaat bewe-gen naar elkaar toe.

Waaruit bestaat een vulkaankegel?

1. Gesteente
2. Lagen as en lava
3. Lagen magma en lava
4. Magma en as

IJsland vormt de top van een...

1. subductiezone
2. mid-oceanische rug
3. convergente plaatgrens
4. horst

In welk gebergte vind je veel vulkanen?

1. de Himalaya
2. de Alpen
3. de Andes
4. de Rocky Mountains

Wat is een tsunami?

1. een aardbeving
2. een mat waarop vecht-sporten worden gedaan
3. een vloedgolf als gevolg van 2 cruiseschepen die botsen
4. een vloedgolf als gevolg van een zeebeving

Wat zie je gebeuren op de volgende slide?

Tsunami: sleep de juiste omschrijvingen in de afbeelding

ondiepe kust: afnemende snelheid, hogere golf

onderzeese aardbeving (zeebeving)

golven, zeer hoge snelheid. Tot 800 km/uur

Welk verschijnsel hoort bij welke plaatbeweging?

Convergent

Divergent

Transform

Plooiingsgebergte

Tsunami

Mid - oceanische rug

Wat is een tsunami?

1. Een golf
2. Hoge vloedgolf op zee die de kust overspoelt en die wordt veroorzaakt door een zeebeving.
3. Een aardbeving onderwater
4. Een hoge vloedgolf ontstaan door hele harde wind op zee.

Voor een tsunami heb je nodig ...

1. een aardbeving in de zeebodem en een diepe kust
2. een aardbeving in de zeebodem en een ondiepe kust
3. een aardbeving op land en een diepe zee
4. een aardbeving op land en een ondiepe zee

De tsunami in 2004 (Indonesië) veroorzaakte meer dan 230.000 doden. In 2011 (Japan) veroorzaakte de tsunami 15.800 doden. Wat is de belangrijkste factor voor dit verschil?

1. Verschil in kracht van de aardbeving
2. Verschil in klimaat.
3. Verschil in ontwikkeling van het land
4. Verschil in type plaatbeweging

Op zee merk je weinig van een tsunami

1. Goed
2. Fout

Ben je tevreden met je resultaat?

1. Ja
2. Nee

Heel veel succes met leren voor so!